nhoudsopgave Algemene veiligheidsvoorschriften Extra veiligheidsvoorschriften Kenmerken Gebruiksvoorschriften Toepassingen Algemene beschrijving Vaste kop Sleden Slotkast Losse kop Leispindel Tandwielkast Aandrijving Montage en installatie Uitpakken Schoonmaken Opstelling Stroomtoevoer Smering Vaste kop Nortonkast Slotkast Wisselwielen Andere onderdelen Verklaring van gebruikte tekens op de machineschildjes: Gebruik Elektrische installatie Draaisnelheid van de spindel...
hu 1010 b-4 s raaIbank 1. a lgemene veIlIgheIdsvoorschrIften N.B.: Lees de handleiding zorgvuldig door teneinde problemen te voorkomen. Zoals bij alle machines zijn ook aan deze machine tijdens het uitvoeren van werkzaamheden gevaren verbonden. Een juiste bediening beperkt deze risico’s. Bij het niet naleven van de veiligheidsvoorschriften zijn risico’s onvermijdelijk.
xtra veIlIgheIdsvoorschrIften Denk er steeds aan dat: • bij onderhouds- en reparatiewerkzaamheden de machine “UIT” moet staan en spanningsloos moet zijn, • ingespannen werkstukken uitsluitend bij een uitgeschakelde machine opgemeten mogen worden. Ga niet over de machine heen hangen, let op bij loshangende kleding, stropdassen, hemdsmouwen, sieraden e.d.
eIspIndel De leispindel bevindt zich aan de voorzijde van het machinebed en is verbonden met de tandwielkast aan de linkerzijde. andwIelkast De tandwielkast is vervaardigd van hoogwaardig gietijzer en gemonteerd aan de linkerzijde van het machinebed. De motor heeft 9 snelheden. Het tussenwiel moet altijd in de juiste positie worden gebracht bij verandering van snelheid.
lotkast De slotkast moet gevuld worden met Shell Tellus 32 olie tot het juiste niveau. Controleer het oliepeil wekelijks en vervang de olie na drie maanden gebruik. Vervang de olie daarna ieder jaar. Om de olie te verversen moet eerst de oliestop verwijderd worden, die zich aan de onderkant van de slotkast bevindt.
ebruIk Zie afbeelding 1 lektrIsche InstallatIe De koppelingshendel dient voor het kiezen van de draairichting (rechtsom/linksom) en starten van de spindel. In de neutraalstand is de spindel niet gekoppeld. raaIsnelheId van de spIndel 9.2.1 u Itgangsstand • Controleer of de machine gesmeerd is zoals hiervoor beschreven. Wanneer de hoofdspindel draait, worden ook de tandwielkast en de slotkast aangedreven.
9.3.1 a fstellen van de camlock nokken Afbeelding 4 - Camlock-nokken Verwijder de vastzetbout (b). Draai bout (a) eenmaal volledig rond, naar binnen of buiten zoals vereist. Monteer de vastzetbout weer. Nb: iedere nok is voorzien van een referentieteken (c) als indicatie van de oorspronkelijke instelling. oedIngen en draadstIjgIngen Alle beschikbare voedingen en draadstijgingen kunnen worden ingesteld aan de hand van de overeenkomstige tabellen, bevestigd aan de voorzijde van de beschermkap.
10. a fstellen • Na de installatie en opstartprocedure is het raadzaam de afstelling van de machine te controleren voordat er mee wordt gewerkt. Controleer regelmatig de afstelling en of de draaibank waterpas staat om de nauwkeurigheid te handhaven. • De V-snaren zijn toegankelijk na het verwijderen van het achterspatscherm, de beschermkap, en de V-snaarbeschermkap.
IgItale ItlezIng Ino dIgItale uItlezIng voor draaIbanken oord vooraf markeerconventIes Dit gedeelte van deze handleiding bevat hoofdstukken met betrekking tot de werking van de digitale uitlezing, veiligheidsinstructies en pictogrammen. Dit wordt gevolgd door hoofdstukken die betrekking hebben op alle 3. kenmerken handelingen die met de uitlezing in combinatie met een draaibank kunnen worden uitgevoerd.
Pagina 35
5. toetsenbord Op het bedieningspaneel zijn toetsen te vinden die specifiek voor draaien zijn. Alleen deze toetsen worden in deze handleiding beschreven. De toetsen die van toepassing zijn voor frezen en schuren worden buiten beschouwing gelaten. S E L — √...
model 6. setup 6.1 Start, Self check S E L type machine De digitale uitlezing voert een self check uit zodra u de uitlezing inschakelt. S E L aantal assen resolutie De uitlezing is gereed voor gebruik. S E L modus S E L 6.2 Systeem instellen, Set-up...
7. algemene functies 7.1 Assen op 0 zetten Het is mogelijk om elk moment een ingegeven waarde te wissen (de X-as in dit voorbeeld). S E L Druk op [CLS] na het selecteren van de as. De as geeft nu een waarde van 0 aan. S E L 7.2 Vooraf data ingeven Het is mogelijk om vooraf data in te geven en op te slaan.
7.4 Radius / diameter Met de optie radius / diameter kan de gebruiker voor elke as instellen of de normale waarde (radius) of een verdubbelde waarde (diameter) getoond wordt. Refereer aan de afbeelding voor de verschillende posities. Plaats gereedschap in positie A. S E L Selecteer de as en geef de diameter weer.
Pagina 39
Beweeg naar de kleinste waarde. Stel het systeem in absolute modus. Selecteer de as. Geef het aantal segmenten in en bevestig. Afb. 1 Afb. 2 lengte Geef de lengte van de segmenten in en bevestig. Vindt de mechanische oorsprong. Er zijn twee opties: De huidige positie als oorsprong instellen.
(lineAr) ineAire foutencorrectie Let op! Lineaire foutcorrectie kan alleen in de absolute modus (ALE) en bij een instelling van millimeters worden gebruikt. Met lineaire foutcorrectie kan een correctiefactor op de getoonde waarden worden toegepast. Des te verder de liniaal zich van de centerlijn van het werkstuk bevindt, des te groter is de kans op lineaire fouten.
Pagina 41
8. functies voor draaien 8.1 Instellen secundair referentiepunt Deze instelling werkt alleen als de digitale uitlezing zich in de absolute modus bevindt (ALE). Alleen dan kunnen vaste coördinaten worden ingevoerd. ALE is het referentiesysteem. Alle door de gebruiker ingestelde coördinaten (UCS), waarvan 200 verschillende kunnen worden opgeslagen, worden gedefinieerd ten opzichte van ALE.
Pagina 42
Geef de coördinaten van het derde secundaire gereedschappunt in. ± De richting van de coördinaat van de ingegeven secundaire referentiepunten is in het voorbeeld hierboven tegengesteld aan het resultaat op de display. Wanneer een coördinaat van een secundair referentiepunt in UCS-modus wordt ingevoerd op de positie van het nulpunt in de absolute modus, zal het resultaat op de display de positie van het absolute nulpunt zijn.
Wissen van referentiepunten Druk in de absolute modus 10 keer op , het geheugen waarin alle door de gebruiker ingegeven coördinaten zijn opgeslagen wordt gewist. Resetten van referentiepunten Het is mogelijk om tijdens de bewerking een nieuw coördinaat in te geven. Bij een reset-actie wordt dan het punt waarop de reset-actie begon het nieuwe referentiepunt.
Geef een volgend gereedschap in. Sluit af. TOOL Nadat alle gegevens van alle gereedschappen zijn ingegeven, kan het geheel aan gereedschappen worden opgeroepen. De uitlezing moet in de gebruiksmodus staan. S E L Definieer het referentiegereedschap. Dit kan het eerste gereedschap zijn, maar ook een ander nummer.
10. probleemoplossing probleem mogelijke oorzaak mogelijke oplossing Er gebeurt niets Uitlezing niet Sluit de uitlezing aan op de stroomtoevoer wanneer de uitlezing aangesloten op de wordt ingeschakeld stroomtoevoer Netsnoer kapot of Controleer het netsnoer, vervang indien beschadigd noodzakelijk Verkeerd voltage Controleer dat het voltage van stroombron en uitlezing overeenkomen Kortsluiting in liniaal Ontkoppel de liniaal...
Pagina 47
EU VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING (volgens bijlage II A van de Machinerichtlijn) Huvema, handelsnaam van Industrie & Handelsonderneming Huberts BV, Kennedylaan 14, 5466 AA Veghel, Nederland Gemachtigde samensteller van het technisch dossier: L. Verberkt Kennedylaan 14, 5466 AA Veghel, Nederland verklaart geheel onder eigen verantwoordelijkheid dat de machine:...