hefhendel naar voren. Als de motor draait, beginnen de
messen automatisch te draaien.
De motor starten
1. Zorg dat het aandrijfsysteem ingeschakeld is, zie
en uitschakelen van het aandrijfsysteem op pagina
97 .
2. Zet het maaidek omhoog en schakel de parkeerrem
in.
3. Zet de gashendel in de middelste positie.
98
In-
2
1
4. Als de motor koud is, zet u de chokehendel helemaal
naar achteren.
5. Draai de contactsleutel naar de startstand.
6. Laat, zodra de motor aanslaat, de contactsleutel
meteen los naar de neutraalstand.
OPGELET:
niet langer dan 5 seconden per keer.
Als de motor niet start, wacht dan
15 seconden voordat u het opnieuw
probeert.
7. Draai de sleutel in de stand 'verlichting' om de
koplampen en de achterlichten in te schakelen.
Bedien de startmotor
844 - 010 - 15.03.2022