Hoofdmenu
Met de componentenconfiguratie
Overzicht
kunnen de adressen van de aange‑
Contextmenu's
sloten componenten heel eenvou‑
VACUU·BUS
dig gewijzigd of opnieuw toegewe‑
zen worden.
afbreken
Met de componentenactivering
kunnen aangesloten VACUU·BUS‑
bevestigen
componenten afzonderlijk geac‑
tiveerd of gedeactiveerd worden,
d.w.z. dat de componenten gewoon
aangesloten kunnen blijven, maar
voor het draaiende proces naar be‑
hoefte op de controller in‑ of uitge‑
schakeld kunnen worden.
Bedieningsveld voor de kalibratie
van aangesloten vacuümsenso-
ren bij omgevingsdruk en onder
zie hoofdstuk: 7.2
7.2
vacuüm,
Kalibratie vacuümsensor
Kalibratie
vacuümsensor.
.
OPTIE
Bedieningsveld voor de kalibratie
van aangesloten vulpeilsensoren.
76
20999346_NL_VACUU·SELECT_V1.13_220524