De volgende triggerfuncties kunnen worden geselecteerd (afhankelijk van het triggertype zijn
verdere instellingen mogelijk om de triggerfunctie verder te variëren):
groepsadres (vastleggen van een groepsadres dat wordt getriggerd)
■
scène oproepen
■
script (oproepen van een vastgelegd script; dit script moet eerder aangemaakt worden)
■
commando (oproepen van een vastgelegd commando; dit commando moet eerder
■
aangemaakt worden)
aanwezigheidssimulatie
■
wachten
■
6. Om af te sluiten, tikt u op het schakelvlak 'Klaar'.
De triggerfunctie wordt in de lijst met de beschikbare triggerfuncties opgenomen.
Opmerking
Aanpassingen kunnen ook achteraf nog op ieder moment worden aangebracht:
■
■
Om triggerfuncties eenvoudiger in de lijst te vinden, kunnen ook filterfuncties worden gebruikt.
De triggerfuncties kunnen aan bestaande groepen worden toegevoegd. Bovendien kunnen
nieuwe groepen worden toegevoegd.
Producthandboek 2CKA002273B8903
Gegevens aanpassen:
Tik in de lijst op het bewerkingssymbool naast de triggerfunctie. → De
bewerkingspagina verschijnt. Ter afsluiting moet op het schakelvlak 'Klaar'
worden getikt.
Wissen :
Tik in de lijst op het bewerkingssymbool naast de triggerfunctie. → De
bewerkingspagina verschijnt. Tik op het vuilnisbaksymbool.
Inbedrijfname
│57