10.5.35 Dimmen
10.5.36 Dimmen — E1-E5 — dimmen
Nummer
120
211
281
351
454
Met het object wordt de bijbehorende hexadecimale waarde voor OMHOOG-/OMLAAG-dimmen
via de uitgang of het bijbehorende KNX-object op de KNX-bus verzonden.
10.5.37 Dimmen — E1-E5 — schakelen
Nummer
119
210
280
350
453
De uitgang zendt afwisselend de waarde "0" of "1" op de KNX-bus.
10.5.38 Dimmen — E1-E5 — Blokkeren
Nummer
121
212
282
352
455
Door de ontvangst van de waarde "1" op het object wordt de geparametreerde functie compleet
geblokkeerd.
De vrijgave gebeurt door ontvangst van de waarde "0". Pas daarna is een communicatie van de
objecten van de ingang op de KNX-bus weer mogelijk.
KNX Technisch Handboek 2CKA002273B9209
Naam
E1: dimmen
E2: dimmen
E3: dimmen
E4: dimmen
E5: dimmen
Naam
E1: schakelen
E2: schakelen
E3: schakelen
E4: schakelen
E5: schakelen
Naam
E1: blokkeren
E2: blokkeren
E3: blokkeren
E4: blokkeren
E5: blokkeren
Applicatie-/parameterbeschrijvingen
Communicatieobjecten "Ingangen"
Objectfunctie
Uitgang
Uitgang
Uitgang
Uitgang
Uitgang
Objectfunctie
Uitgang
Uitgang
Uitgang
Uitgang
Uitgang
Objectfunctie
Ingang
Ingang
Ingang
Ingang
Ingang
Gegevenstype (DPT)
Control_Dimming
Control_Dimming
Control_Dimming
Control_Dimming
Control_Dimming
Gegevenstype (DPT)
Switch
Switch
Switch
Switch
Switch
Gegevenstype (DPT)
Enable
Enable
Enable
Enable
Enable
│139