Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

2CKA002273B8902 │ 21.07.2017
KNX Technisch Handboek
Busch-ControlTouch
®
®
Busch-ControlTouch
6136/APP

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Busch-Jaeger Busch-ControlTouch 6136/APP

  • Pagina 1 2CKA002273B8902 │ 21.07.2017 KNX Technisch Handboek Busch-ControlTouch ® ® Busch-ControlTouch 6136/APP...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Inhoudsopgave Opmerkingen over de handleiding ......................6 Veiligheid ..............................7 Gebruikte aanwijzing en symbolen ....................7 Beoogd gebruik ..........................8 Beoogd gebruik ..........................8 Doelgroep / personeelskwalificatie ....................8 2.4.1 Installatie, inbedrijfname en onderhoud ................... 8 Veiligheidsinstructies ........................9 Opmerkingen over milieubescherming .....................
  • Pagina 3 Inhoudsopgave ® 8.4.1.2 Busch-ControlTouch via myBUSCH-JAEGER registreren en inrichten ..30 8.4.2 Eerste inbedrijfname apparaat (directe toegang) ................32 8.4.3 Uitnodiging aan klant verzenden ....................34 ® 8.4.4 Aanmelding nieuwe Busch-ControlTouch bij myBUSCH-JAEGER met bestaande toegang ..35 Een project-systeemconfiguratie maken ..................36 8.5.1 Algemene aanwijzingen .........................36 8.5.2 Project maken ..........................37...
  • Pagina 4 Inhoudsopgave 8.6.10.13 Luchtdruk weergeven ..................88 8.6.10.14 Luchtvochtigheid weergeven ................89 8.6.10.15 RGB-bediening ....................90 8.6.10.16 Schakelaar ......................91 8.6.10.17 Paginalink .......................92 8.6.10.18 Statische tekst ....................92 8.6.10.19 Scène ......................93 8.6.10.20 Impulsdrukkerreeks ..................94 8.6.10.21 Temperatuur weergeven ................96 8.6.10.22 Temperatuur wijzigen ..................97 8.6.10.23 UPnP-schuifschakelaar ..................99 8.6.10.24 Variabele tekst .....................
  • Pagina 5 Inhoudsopgave 8.9.6 Integratie uPnP-apparaten ......................131 8.9.7 KNX-instellingen aanpassen ....................... 132 8.9.8 Gebruikersprotocollen ......................... 133 8.9.9 Wachtwoord wijzigen ........................133 8.9.10 Autorisatie verlenen ........................133 8.9.11 Configuratie Philips Hue ......................134 8.9.12 Aanwezige scripts weergeven ..................... 135 8.9.13 Aanwezige alarmmeldingen weergeven ..................135 8.9.14 Apparaat opnieuw starten ......................
  • Pagina 6: Opmerkingen Over De Handleiding

    Voor schade die ontstaat door het niet in acht nemen van het handboek aanvaardt Busch- Jaeger geen aansprakelijkheid. Als u meer informatie nodig heeft of vragen heeft over het apparaat, wendt u zich tot Busch- Jaeger of bezoekt ons op internet: www.BUSCH-JAEGER.de KNX Technisch Handboek 2CKA002273B8902 │6...
  • Pagina 7: Veiligheid

    Toch bestaan er restrisico's. Om gevaren te vermijden, dient u de veiligheidsinstructies te lezen en op te volgen. Voor schade die ontstaat door het niet in acht nemen van de veiligheidsinstructies aanvaardt Busch-Jaeger geen aansprakelijkheid. Gebruikte aanwijzing en symbolen De volgende aanwijzingen wijzen op bijzondere gevaren in de omgang met het apparaat of...
  • Pagina 8: Beoogd Gebruik

    Ieder gebruik dat niet wordt genoemd in Hoofdstuk 2.2 “Beoogd gebruik“ op pagina 8 geldt als niet beoogd en kan leiden tot letsel en materiële schade. Busch-Jaeger is niet aansprakelijk voor schade die door niet beoogd gebruik van het apparaat ontstaat. Het risico draagt uitsluitend de gebruiker / exploitant.
  • Pagina 9: Veiligheidsinstructies

    Veiligheid Veiligheidsinstructies Gevaar – Elektrische spanning! Elektrische spanning! Levensgevaar en brandgevaar door elektrische spanning van 100 … 240 V. Bij direct of indirect contact met spanningsgeleidende delen ontstaat een gevaarlijke doorstroming van het lichaam. Elektrische schok, brandwonden of de dood kunnen het gevolg zijn. Werkzaamheden aan het 100 …...
  • Pagina 10: Opmerkingen Over Milieubescherming

    Opmerkingen over milieubescherming Opmerkingen over milieubescherming Milieu Denk aan de bescherming van het milieu! Oude elektrische en elektronische apparaten mogen niet bij het huishoudelijke afval worden gegooid. – Het apparaat bevat waardevolle grondstoffen die kunnen worden hergebruikt. Geef het apparaat daarom af bij een verzamelpunt voor afgedankte apparatuur.
  • Pagina 11: Opbouw En Functie

    Opbouw en functie Opbouw en functie Apparaatoverzicht Afb. 1: Apparaatoverzicht [A] Aansluiting hulpspanning 5 ... 36 V DC [B] Aansluitbus 5 V DC [C] Resetknop [D] UTP-aansluiting (LAN) [E] Indicatie bedrijfsstatus (leds) [F] Aansluiting KNX-bus De Busch-ControlTouch ® is uitsluitend geschikt voor gebruik binnen gebouwen. De apparaten bieden een eenvoudige en directe bediening van huisautomatiseringssystemen met Apple- (ook Apple SmartWatch), Android-toestellen of laptop/desktop.
  • Pagina 12: Levering

    Opbouw en functie Meer productkenmerken: Eenvoudige visualisering via lijstmenu en kleurconcept ■ Wijzigingen kunnen online worden aangebracht ■ Eenvoudige app-afstandsbediening voor kNX (ook via VPN-verbinding) ■ Eenvoudige besturing van KNX-functie in huis ■ Integratie van UPnP-apparaten (bijv. Sonos) ■ Integratie van Philips Hue-lampen ■...
  • Pagina 13: Functies

    Opbouw en functie Functies 4.4.1 Functieoverzicht De onderstaande tabellen geven een overzicht van de bedieningselementen, mogelijke functies en toepassingen van het apparaat. Bedieningselementen Schakelaar Luchtvochtigheidsindicatie Dimmer Windsnelheidsindicatie Jaloezie Overige indicaties Scène starten Waardezender Datum / tijd RTR temperatuur verstellen Goto account RTR bedrijfsmodus Goto menu Regelaar...
  • Pagina 14: Functiebeschrijving

    Opbouw en functie Met de uPnP-functie ‘UPNP COMMANDS’ kunnen verschillende commando's worden geactiveerd, bijvoorbeeld voor Sonos-functies. Deze commando's verschijnen automatisch als een geschikt uPnP-apparaat (bijv. Sonos-luidspreker) wordt aangesloten dat deze functies ondersteunt. De extra functies (commando's) kunnen door een scène, een tijdprogramma, een actie (trigger) of een ander script worden getriggerd.
  • Pagina 15: Technische Gegevens

    Technische gegevens Technische gegevens Technische gegevens Benaming Waarde Aansluitspanning Hulpspanning 5 … 36 VDC Stroomverbruik 250 mA (bij 5 VDC) KNX-aansluiting Busaansluitklem, schroefloos Ethernet 10 / 100 Mbit Geheugen 4GB eMMC (Flash), 256MB DDR2 RAM Processor Cortex A5 Omgevingstemperatuur 0 °C … +70 °C Relatieve luchtvochtigheid 0 tot 90% (niet condenserend) Beschermingsgraad...
  • Pagina 16: Maatschetsen

    Technische gegevens Maatschetsen ® Afb. 3: Afmetingen Busch-ControlTouch Opmerking Alle afmetingen in mm. KNX Technisch Handboek 2CKA002273B8902 │16...
  • Pagina 17: Aansluiting, Inbouw / Montage

    Aansluiting, inbouw / montage Aansluiting, inbouw / montage Gevaar – Elektrische spanning! Levensgevaar door elektrische spanning van 100 … 240 V bij kortsluiting op de laagspanningsleiding. – Laagspannings- en 100 … 240 V-kabels mogen niet samen in een inbouwdoos worden gelegd! Eisen aan de installateur Gevaar –...
  • Pagina 18: Montage

    Aansluiting, inbouw / montage Montage Het apparaat voor montage op DIN-rail mag uitsluitend op DIN-rails volgens DIN EN 500022 / DIN 60715 TH 35 (inclusief industriële uitvoering) worden gemonteerd. Monteren Om het apparaat te monteren, gaat u als volgt te werk: 1.
  • Pagina 19: Elektrische Aansluiting

    Aansluiting, inbouw / montage Elektrische aansluiting Afb. 6: Elektrische aansluiting KNX Technisch Handboek 2CKA002273B8902 │19...
  • Pagina 20: Bediening

    Bediening Bediening Bediening uitgebreid bedrijf Afb. 7: Impulsdrukkers en leds op het apparaat [A] Impulsdrukker: R1 [B] Impulsdrukker: R2 [C] Led: OK [D] Led: Network 7.1.1 RESETOPTIES Opmerking Met de 2 impulsdrukkers kan ofwel een soft-herstart (resetten van de toepassing) of een complete herstart worden uitgevoerd. Impulsdruk Handeling Functie...
  • Pagina 21: Bedrijfsstatus

    Bediening 7.1.2 Bedrijfsstatus Opmerking De 2 leds geven één van de volgende toestanden aan: – Klaar voor gebruik – Status LAN-verbinding – Status KNX-verbinding Weergavemod Functie Kleur knippert Opstarten of afsluiten ‘OK’ Groen langzaam Groen continu Toepassing is startklaar knippert Normaal bedrijf –...
  • Pagina 22: Inbedrijfname

    Inbedrijfname Inbedrijfname Korte handleiding typische inbedrijfname 8.1.1.1 Uitvoering door installateur / vakkundige klant Aanmelding bij myBUSCH-JAEGER Apparaat voor de toegang (account) myBUSCH-JAEGER registreren (invoer serienummer) App-toegang (account) maken Toewijzen naam en wachtwoord Overnemen projectgegevens uit ETS (groepsadressen instellen) Visualisering maken Apparaat bij eindklant installeren (+ netwerkverbinding) Apparaat in het netwerk vinden met IP-Finder...
  • Pagina 23: Uitvoering Door Installateur / Vakkundige Klant (Vervolg Vorige Weergave)

    Inbedrijfname Uitvoering door installateur / vakkundige klant (vervolg vorige weergave) Apparaat in bedrijf nemen (inbedrijfnamewizard) Gegevens voor app-toegang (zie boven) invullen App op eindapparaat installeren Gegevens voor app-toegang (zie boven) invullen Profiel selecteren Startklaar 1. Uitnodiging aan eindklant (zie volgend overzicht) a) Hoofdstuk 8.3 “Toelichting op het inbedrijfnameproces“...
  • Pagina 24: Uitvoering Door Eindgebruiker (Vervolg Vorige Weergave)

    Inbedrijfname 8.1.1.2 Uitvoering door eindgebruiker (vervolg vorige weergave) Ontvangst e-mail = aanmelding bij myBUSCH-JAEGER Apparaat voor de toegang (account) myBUSCH-JAEGER registreren (invoer serienummer) personaliseren App-toegang (account) maken Toewijzen naam en wachtwoord Visualisering maken App op eindapparaat van eindgebruiker installeren Gegevens voor app-toegang (zie boven) invullen Startklaar 2.
  • Pagina 25 Inbedrijfname Overzicht systeem Busch-ControlTouch ® Toegang via myBUSCH-JAEGER Toegang met eigen wachtwoord Toegang voor alle componenten met een wachtwoord App-toegang (account) → bewerking profielen en visualiseringen Wachtwoord voor apparaat bij Apparaat → bewerking o.a. van scènes registratie (wachtwoord ook voor en tijdprogramma's directe toegang apparaat en app)! Wachtwoord van app-toegang!
  • Pagina 26: Voorbereidende Stappen

    Inbedrijfname Voorbereidende stappen Opmerking De apparaten vormen een product in het KNX-systeem en voldoen aan de KNX- richtlijnen. Gedetailleerde vakkennis door KNX-scholingen wordt verondersteld. Bovendien moet men ook over voldoende kennis beschikken over verdere componenten van de huisautomatisering (bijvoorbeeld Philips Hue) als deze in het systeem worden gebruikt.
  • Pagina 27: Configuratieoverzicht

    Inbedrijfname Opmerking Alle apparaten in het systeem moeten correct bedraad en op de buslijn aangesloten zijn! De Busch-ControlTouch moet in het netwerk geïntegreerd zijn. Pas dan mag het apparaat onder spanning worden gezet. 4. Inbedrijfname van het apparaat door directe toegang tot het apparaat. 5.
  • Pagina 28: Aanmelding / Registratie Van Een Busch-Controltouch

    Inbedrijfname Opmerking De installateur (vakkundige klant) kan het project maken en op het apparaat zetten. Natuurlijk kan de installateur (vakkundige klant) met een account meerdere projecten en apparaten beheren. Hij heeft ook toegang tot de configuratieomgeving van de eindklant. Let op! De eindklant kan met zijn persoonlijke toegang via de myBUSCH-JAEGER de toegang tot de profielen voor de vakkundige klant laten blokkeren.
  • Pagina 29: Eerste Aanmelding Busch-Controltouch Bij Mybusch-Jaeger Zonder Bestaand Account

    Inbedrijfname 8.4.1 Eerste aanmelding Busch-ControlTouch ® bij myBUSCH-JAEGER zonder bestaand account 8.4.1.1 Registreren en aanmelden 1. Open de pagina myBUSCH-JAEGER en registreer u als nieuwe gebruiker. De wizard leidt u door de registratie. Opmerking Als u de inbedrijfname uitvoert is het absoluut belangrijk dat u ‘Vakkundige klant’ selecteert.
  • Pagina 30: Busch-Controltouch ® Via Mybusch-Jaeger Registreren En Inrichten

    Inbedrijfname 8.4.1.2 Busch-ControlTouch ® via myBUSCH-JAEGER registreren en inrichten Afb. 10: Menupunt ‘Mijn installatie’ 1. Open na de aanmelding ‘Mijn installaties’. ® 2. Klik/tik daarna op ‘Busch-ControlTouch ’ ® 3. Klik/tik daarna op ‘Busch-ControlTouch oproepen’ Afb. 11: Apparaat registreren 4. Voer het serienummer (zie sticker op zijkant van apparaat) van het apparaat in. Bevestig de invoer met ‘Volgende’.
  • Pagina 31 Inbedrijfname 6. Bevestigen met ‘Volgende’. Nu kunt u beginnen met het maken van het project (zie hoofdstuk “Een project-systeemconfiguratie maken“ op pagina 36) KNX Technisch Handboek 2CKA002273B8902 │31...
  • Pagina 32: Eerste Inbedrijfname Apparaat (Directe Toegang)

    Het programma ‘IP-Finder’ (extra software: vind je Busch-ControlTouch ® ■ moet vooraf worden geïnstalleerd. Dit programma kan via de softwaredownload-pagina van de e-catalogus (www.busch-jaeger- catalogus.nl) worden gedownload. Volg tijdens de installatie van aanwijzingen van de installatiewizard. Voor de koppeling moet een internverbinding aanwezig zijn. Bovendien moet ■...
  • Pagina 33 Inbedrijfname 5. Selecteer een taal. Afb. 14: Menu Taal 6. Voer de gegevens over de locatie in. Afb. 15: Menu Locatie-instelling 7. Voer nu de gebruikersnaam en het wachtwoord voor de persoonlijke toegang tot de Busch-ControlTouch ® in, die voor de app-toegang is toegewezen (zie hoofdstuk “Eerste aanmelding Busch-ControlTouch ®...
  • Pagina 34: Uitnodiging Aan Klant Verzenden

    Inbedrijfname 8. Controleer daarna de netwerkinstellingen voor het aangesloten apparaat. Afb. 17: Menu Netwerkinstelling 9. Sluit de eerste inbedrijfname af. De directe toegangspagina op het apparaat wordt geopend (zie hoofdstuk “Verdere instellingen voor het apparaat (configuratiepagina)“ op pagina 112). Afb. 18: Installatie voltooid 8.4.3 Uitnodiging aan klant verzenden...
  • Pagina 35: Aanmelding Nieuwe Busch-Controltouch Toegang

    Inbedrijfname 8.4.4 Aanmelding nieuwe Busch-ControlTouch ® bij myBUSCH-JAEGER met bestaande toegang In myBUSCH-JAEGER portaal aanmelden Opmerking De installateur (vakkundige klant) kan één toegang hebben via welke hij meerdere apparaten beheerd! 1. Open de pagina myBUSCH-JAEGER. 2. Meld u aan op het portaal met uw gebruikersnaam en wachtwoord. 3.
  • Pagina 36: Een Project-Systeemconfiguratie Maken

    Inbedrijfname Een project-systeemconfiguratie maken 8.5.1 Algemene aanwijzingen Ieder project bestaat uit de componenten van het huisautomatiseringssysteem. Iedere component bestaat uit een combinatie van type, naam en groepsadres, om de component eenduidig te identificeren. Het type (gegevenstype) van de component moet overeenkomen met de eigenschappen van de huisautomatiseringscomponent waarvoor deze moet worden gebruikt (bijvoorbeeld schakelaar voor ‘licht inschakelen’).
  • Pagina 37: Project Maken

    Inbedrijfname Scènes kunnen op de actuele waarden van de in de scène opgenomen componenten worden gezet. Hiervoor wordt een KNX-leertelegram met de waardewijziging naar de KNX-bus voor het groepsadres verzonden. Opmerking Er moet lang op de toets van een scène-element (apparaatvisualisering ■...
  • Pagina 38 Inbedrijfname De beschikbare eindapparaten worden weergegeven. 3. Klik op het pictogram. Afb. 21: Pictogram Afb. 22: Configuratiepagina De configuratiepagina verschijnt. Opmerking De gebruiker kan apparaten en projecten archiveren, door op het activeringschakelvlak (pijl wijst naar archief) te klikken. Daardoor wordt het apparaat of project onder ‘Archief’...
  • Pagina 39 Inbedrijfname Afb. 23: Projectoverzicht 3. Tik op ‘+Nieuw project toevoegen’. Er wordt een nieuw project gemaakt. Opmerking Bij de registratie wordt automatisch een standaardproject [Standaardproject (apparaatnummer)] gemaakt. Dit kan ook worden gebruikt om te bewerken. 4. Vul de invoervelden correct in. Opmerking De velden voor de groepsadressen hoeven niet te worden ingevuld.
  • Pagina 40: Groepsadressen

    Inbedrijfname 8.5.3 Groepsadressen Opmerking De groepsadressen en gebouwgegevens moeten vooraf in de ETS worden aangemaakt en als projectbestand worden opgeslagen. Dit kan ook vooraf worden gedaan zonder dat alle KNX-apparaten reeds op het systeem aangesloten zijn. Via het menupunt ‘Groepsadressen’ kunnen groepsadressen uit de ETS in het project worden geïmporteerd.
  • Pagina 41 Inbedrijfname Afb. 26: >>Groepsadressen<< 4. Tik op het schakelvlak ‘Bestand selecteren’. Via het dialoogventer kan het gewenste projectbestand worden geselecteerd. Dit wordt daarna in het project geïmporteerd. KNX Technisch Handboek 2CKA002273B8902 │41...
  • Pagina 42 Inbedrijfname Afb. 27: >>Voorbeeld KNXproj import<< 5. Nu kunt u de groepsadressen definiëren die u in de visualisering wilt gebruiken. Dit kunt u op verschillende manieren doen. U selecteert een bepaald groepsadres uit de lijst en voert aan waarvoor u de groepsadressen wilt gebruiken (bijvoorbeeld voor een schakelaar of dimmer).
  • Pagina 43 Inbedrijfname Afb. 28: Functies De gegevens voor de groepsadressen kunnen in het bovenste blok (tabblad ‘Groepsadressen’) of in het onderste blok worden ingevoerd. Op het tabblad ‘Gebouw’ kunnen geen directe aanpassingen worden uitgevoerd (alleen link naar componenten via ‘Waarde verzonden’ en ‘Waarden ontvangen’).
  • Pagina 44: Camera's

    Inbedrijfname Opmerking De aanpassingen moeten met het schakelvlak ‘Opslaan’ worden ■ opgeslagen. Om bepaalde componenten eenvoudiger te vinden, kunnen ook de ■ filterfuncties worden gebruikt. De componenten kunnen worden toegevoegd aan bestaande groepen. ■ Bovendien kunnen nieuwe groepen worden toegevoegd. Aanpassingen kunnen ook achteraf nog op ieder moment worden ■...
  • Pagina 45 Inbedrijfname Afb. 30: Camera invoerveld 3. Voer hier de benodigde gegeven in de invoervelden in. De volgende lijst geeft toelichtingen: Naam: Vrij te kiezen naam (bijv. camera huisdeur) ■ Type: Naast Axis/Vapix of Mobotix kunnen ook andere typen worden vastgelegd. ■...
  • Pagina 46: Commando's

    Inbedrijfname De camera wordt in de lijst met de beschikbare camera's opgenomen. Opmerking Aanpassingen kunnen ook achteraf nog op ieder moment worden aangebracht: Gegevens aanpassen: ■ Tik in de lijst op het bewerkingssymbool naast de camera. De bewerkingspagina wordt geopend. Om af te sluiten op schakelvlak ‘Toevoegen’...
  • Pagina 47: Datalogger

    Inbedrijfname Opmerking Deze invoer moet met ‘Opslaan’ worden bevestigd. 3. Tik op het schakelvlak ‘Opslaan’. 4. Maak een nieuw HTTP-commando aan. 5. Selecteer daarna het commandotype. 6. Voer bovendien een naam (voor latere toewijzing) en de commandowaarde (hexadecimale waarde) voor het commandotype in. 7.
  • Pagina 48 Inbedrijfname Afb. 33: Datalogger invoerveld 3. Voer hier een naam in. 4. Leg het tijdvenster voor de opname vast. Er kunnen meerdere parallel geselecteerd zijn. 5. Bepaald het gegevenstype: Gemiddelde waarde, minimum Zender zendt schommelende waarden bijvoorbeeld temperatuur ■ en maximum (normaal opslaan van gegevens) Totalen/verschillen (totaal wordt bijvoorbeeld als een teller een tellerstand (totale waarde)
  • Pagina 49: Aanwezigheidsmelding

    Inbedrijfname 8.5.7 Aanwezigheidsmelding Opmerking U dient er rekening mee te houden dat bij de aanpassing van een bestaand project of als een extra project moet worden gemaakt, altijd een toegang via de myBUSCH-JAEGER moet worden verkregen. Open hier de toepassing ‘Busch-ControlTouch’ (pad: Startpagina -> Service & ®...
  • Pagina 50: Trigger

    Inbedrijfname De aanwezigheidsmelding wordt o.a. in de lijst met beschikbare aanwezigheidsmeldingen voor de alarmen of triggers opgenomen Opmerking Aanpassingen kunnen ook achteraf nog op ieder moment worden aangebracht: Gegevens aanpassen: ■ Pas de gegevens aan door ofwel een ander groepsadres te kiezen of de tijdsgegevens aan te passen.
  • Pagina 51 Inbedrijfname Afb. 36: Trigger invoerveld Iedere triggerfunctie kan geactiveerd en gedeactiveerd worden. Deze functie kan ook in de overzichtslijst worden uitgevoerd door op de naam te klikken. 3. Voer hier een naam in. 4. Leg met ‘Voorwaarde’ vast welke triggerfunctie deze start. Op een groepsadressen gebaseerde voorwaarden kunnen ofwel een triggerende voorwaarde zijn of een voorwaarde die bij het triggeren van een andere voorwaarde wordt gevalideerd.
  • Pagina 52: Scripts

    Inbedrijfname De volgende triggerfuncties kunnen worden geselecteerd (afhankelijk van het triggertype zijn verdere instellingen mogelijk om de triggerfunctie verder te variëren): groepsadres (vastleggen van een groepsadres dat wordt getriggerd) ■ scène oproepen ■ script (oproepen van een vastgelegd script; dit script moet eerder aangemaakt worden) ■...
  • Pagina 53 Inbedrijfname Afb. 37: Scripts toevoegen 1. Tik op het menupunt ‘Scripts’ 2. Tik op het schakelvlak ‘Script toevoegen’ Afb. 38: Scripts invoerveld 3. Ieder script kan geactiveerd en gedeactiveerd worden. Opmerking Een gedeactiveerd script kan niet worden gebruikt. Het kan echter aangemaakt en naar behoefte worden geactiveerd.
  • Pagina 54: Scripts Maken

    Scripts maken Script-editor Opmerking Voorbeeldscripts vindt u onder www.busch-jaeger-katalog.de. Als u een script toevoegt of bewerkt, kunt u kiezen of het script moet worden geactiveerd. U aangeven dat het script voor de eindgebruiker voor gebruik in scène's of de scheduler beschikbaar moet zijn.
  • Pagina 55 Inbedrijfname het commandogereedschap toevoegt. Als een commando met het commandogereedschap wordt toegevoegd, worden de bijbehorende velden met betrekking to hun configuratie automatisch als links toegevoerd. Daardoor is het mogelijk om correcte commando's snel en eenvoudig met behulp van de editor toe te voegen. Nadat u één of meerdere commando's in de editor heeft ingevoerd, kunt u deze op geldigheid controleren door op het schakelvlak ‘Opslaan en controleren’...
  • Pagina 56: Besturingscomponenten

    Inbedrijfname Commando's De paragraaf Commando's is in de verschillende beschikbare hoofdtypen van commando's onderverdeeld. Besturingscomponenten SET [component] TO [value] Met dit commando kunt u bit-, byte- en float-(2byte)-componenten op een bepaalde waarde instellen. Gebruik het ‘.’-teken als zwevendekommawaarden. U kunt ook andere componenten als waardedeel van dit commando gebruiken.
  • Pagina 57: Besturing Van (Meer) Scripts

    Inbedrijfname Besturing van (meer) scripts STOP Dit commando stopt eenvoudig het uitgevoerde script. RESTART Dit commando start het uitgevoerde script opnieuw. Met andere woorden, het script wordt weer van voren af aan uitgevoerd. BELANGRIJK: Met de herstart van een script zonder toepassing van het WAIT-commando (zie volgende paragraaf) voert het script een eindeloze lus uit;...
  • Pagina 58: Scène's, Alarmen En Schedulers

    Inbedrijfname Scène's, alarmen en schedulers Bestaande scène's, alarmen en schedulers kunnen in scripts met de volgende commando's worden gebruikt. CALL [scenario] Daarmee wordt de opgegeven scène opgeroepen. Vervang [scenario] door de daadwerkelijke scène die u wilt oproepen. LEARN [scenario] Het commando modificeert de scène. Alle componenten in de scène worden in de huisbesturingsinstallatie op hun actuele toestand ingesteld.
  • Pagina 59: Berekening

    Zwevendekommawaarden kunnen door het gebruik van de ‘.’ als separator worden gebruikt, bijvoorbeeld 2.42 Houd er rekening dat alle variabelen voor de hele Busch-Jaeger gelden. Als u dus een bepaalde variabele in een script instelt, kan een ander script de waarde ook gebruiken. Als u een bepaalde variabele alleen in één script wilt gebruiken, moet u erop letten dat u niet dezelfde...
  • Pagina 60: Wiskundig

    Inbedrijfname De volgende operators kunnen worden gebruikt: optellen aftrekken vermenigvuldigen delen modulair (delingsrest) macht & (resultaat = 1, als beide waarden groter dan 0, 0, indien onwaar) resp. (resultaat = 1, als één van de waarden groter dan 0, 0, indien onwaar) is gelijk aan (resultaat = 1, indien waar, 0, indien onwaar)
  • Pagina 61 Inbedrijfname Tijdfuncties NOW() Geeft de actuele tijd als tijdstempel in seconden weer vanaf 1 januari 1970 (Unix-datum). Deze tijdstempel kan worden vergeleken met een eerdere waarde om vast te stellen hoeveel tijd verstreken is. DAYTIME() of DAYTIME(timestamp) Geeft een 1 weer als de zon is opgekomen en een 0 als de zon is ondergegaan. Als een tijdstempel is ingesteld, wordt deze tijd gebruikt, anders wordt de actuele tijd gebruikt.
  • Pagina 62 Inbedrijfname Tekstfuncties CONCAT("abc", "def", ..) Teksten kunnen aan elkaar worden gekoppeld. Bijvoorbeeld: CONCAT (‘abc’, ‘def’, ‘ghi’) geeft als resultaat ‘abcdefghi‘ FORMAT(format, parameters..) Met deze functie kan de tekst worden opgemaakt. Daarbij beschrijft ‘format’ hoe dit moet gebeuren. De volgende parameters geven het tekstgedeelte aan waarvoor dit moet worden uitgevoerd.
  • Pagina 63: Besturingsstructuren

    Inbedrijfname Besturingsstructuren IF en WHILE U kunt IF-statements en WHILE-lussen alleen gebruiken om bepaalde acties uit te voeren als is voldaan aan een bepaalde voorwaarde. De voorwaarde kan zoals hierboven is toegelicht met behulp van alle rekenkundige operators worden gedefinieerd. Bijvoorbeeld: IF $LIGHT >...
  • Pagina 64 Inbedrijfname BEGIN en END Als u na een IF-, WHILE- of ELSE-statement meer dan één commando moet uitvoeren, kunt u BEGIN- en END-statements gebruiken. Deze zouden eveneens in een aparte regel moeten worden geschreven, bijvoorbeeld: $X = 0 WHILE $X < 11 BEGIN $Y = $X * 10 SET BYTE(22/EXAMPLE BYTE) TO $Y...
  • Pagina 65: Project Aan Een Apparaat Toewijzen

    Inbedrijfname 8.5.10 Project aan een apparaat toewijzen Er kunnen weliswaar meerdere projecten worden aangemaakt. Er kan echter in één apparaat slechts één project worden gebruikt. Aan ieder apparaat moet dus steeds één project worden toegewezen. Dit gebeurt met de functie ‘Project in apparaat’. Uit de keuzelijst kunnen alle bestaande projecten worden gekozen.
  • Pagina 66: Project (Back-Up) Herstellen

    Inbedrijfname 8.5.14 Project (back-up) herstellen U kunt een back-up herstellen. 1. Selecteer in de menukolom het menu Back-up. Daarna selecteert u de gewenste back-up. 2. Tik op het cloud-symbool (met pijl). Het project wordt weer naar de normale lijst gekopieerd. Opmerking De back-up kan echter ook vanuit het menu worden gewist.
  • Pagina 67: Een Profiel Maken

    Inbedrijfname Een profiel maken Het profiel bevat de vorm van de visualisering (user interface) voor smartphones en tablets voor de bediening van het huisautomatiseringssysteem via de Busch-ControlTouch ® . Bij de ® overdracht van het profiel naar een Busch-ControlTouch wordt de visualisering voor het apparaat vrijgegeven en eraan toegewezen.
  • Pagina 68 Inbedrijfname De beschikbare eindapparaten worden weergegeven. 3. Klik op het pictogram. Afb. 42: Pictogram Afb. 43: Configuratiepagina De configuratiepagina verschijnt. Opmerking De gebruiker kan apparaten en projecten archiveren, door op het activeringschakelvlak (pijl wijst naar archief) te klikken. Daardoor wordt het apparaat of project onder ‘Archief’...
  • Pagina 69: Standaard-Profiel Oproepen

    Inbedrijfname 8.6.1.2 Standaard-profiel oproepen Tik op ‘Profielen’. Het standaardprofiel wordt geopend. Afb. 44: Profielen invoerveld U kunt nu het standaardprofiel direct verder bewerken of een kopie aanmaken (zie hoofdstuk “Profiel kopiëren“ op pagina 71) en die vervolgens wordt bewerkt. 2. Voer een nieuwe naam in voor het profiel. De volgende selecties kunnen worden uitgevoerd.
  • Pagina 70 Inbedrijfname Opmerking Vaak is het eenvoudiger om eerst een profiel te selecteren, dat moet lijken op het nieuwe profiel dat moet worden aangemaakt. Dit kan dan gekopieerd (zie hoofdstuk “Profiel kopiëren“ op pagina 71) worden waardoor een volledige kopie van het profiel wordt gemaakt. Deze kopie kan vervolgens worden aangepast. Het item ‘Uitgebreide opties’...
  • Pagina 71: Nieuw Profiel Aanmaken

    Inbedrijfname 8.6.1.3 Nieuw profiel aanmaken De werkwijze is dezelfde als beschreven onder het punt ‘(standaard-)profiel oproepen’. Hier wordt echter het menupunt ‘Nieuw profiel toevoegen’ opgeroepen. Hier wordt dan een nieuw profiel (net als ‘Standaardprofiel’) toegevoegd die in de menukolom wordt weergegeven. Dit profiel kan dan normaal worden aangepast. Opmerking Vaak is het eenvoudiger om eerst een profiel te selecteren, dat moet lijken op het nieuwe profiel dat moet worden aangemaakt.
  • Pagina 72: Profiel (Back-Up) Herstellen

    Inbedrijfname 8.6.5 Profiel (back-up) herstellen U kunt een back-up herstellen. 1. Selecteer in de menukolom het menu Back-up. Daarna selecteert u de gewenste back-up. 2. Tik op het cloud-symbool (met pijl). Het profiel wordt weer naar de normale lijst gekopieerd. Opmerking De back-up kan echter ook vanuit het menu worden gewist.
  • Pagina 73: Pagina's Maken

    Inbedrijfname 8.6.9 Pagina's maken Elke zijde kan individueel vormgegeven worden. Het maken van een navigatiepagina verschilt uitsluitend van het maken van een besturingspagina in het selecteren van het paginatype. Daarmee wordt bepaald welke algemene profielinstellingen voor de pagina wordt weergegeven (zie hoofdstuk “Eerste inbedrijfname apparaat (directe toegang)“...
  • Pagina 74 Inbedrijfname 3. Klik op het pictogram. Afb. 47: Pictogram Afb. 48: Configuratiepagina De configuratiepagina verschijnt. Opmerking De gebruiker kan apparaten en projecten archiveren, door op het activeringschakelvlak (pijl wijst naar archief) te klikken. Daardoor wordt het apparaat of project onder ‘Archief’ in de menubalk verplaatst. Hierdoor verschijnt het apparaat niet meer in de lijst.
  • Pagina 75 Inbedrijfname 2. Tik op het item ‘Pagina 1’ De pagina wordt geopend. Afb. 50: Pagina 1 invoerveld 3. U kunt nu deze standaardpagina direct verder bewerken of een kopie aanmaken (zie hoofdstuk 8.6.13 “Pagina's kopiëren“ op pagina 108) om deze vervolgens te bewerken. 4.
  • Pagina 76 Inbedrijfname Het element wordt vervolgens op het beeld van de iPhone weergegeven. Opmerking De zie hoofdstuk 8.6.10 “Lijst profiel(pagina-)elementen (acties)“ op pagina ■ 77 toont de actuele profiel(pagina-)elementen met de instelmogelijkheden. Klik / tik op het element op het beeld van de iPhone. Daarna worden de instelmogelijkheden voor het element weergegeven.
  • Pagina 77: Nieuwe Pagina Maken

    Inbedrijfname 8.6.9.3 Nieuwe pagina maken De werkwijze is dezelfde als beschreven onder het punt ‘(standaard-)pagina oproepen’. Hier wordt echter het menupunt ‘Nieuwe pagina toevoegen’ opgeroepen. Hier wordt dan een nieuwe pagina (net als ‘Pagina 1) toegevoegd die in de menukolom wordt weergegeven.
  • Pagina 78: Commandozender

    Inbedrijfname 8.6.10.2 Commandozender Afb. 52: Commandozender Hiermee kunnen commando's naar aangesloten apparaatcomponenten worden verzonden die onder ‘Project → Commando's’ (zie hoofdstuk “Commando's“ op pagina 46) zijn aangemaakt. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam commandozender ■ Commando's Als er commando's beschikbaar zijn, kunnen deze worden ■...
  • Pagina 79: Verlichtingssterkte Weergeven

    Inbedrijfname 8.6.10.3 Verlichtingssterkte weergeven Afb. 53: Verlichtingssterkte weergeven Hiermee kan de actuele verlichtingssterkte / lichtintensiteit van een geselecteerd element (groepsadres) worden weergegeven. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam statusindicatie verlichtingssterkte ■ Verlichtingssterkte: Toewijzing van een bijbehorend groepsadres. ■ Kleur functielijn: Vastleggen welke kleur de functielijn heeft. ■...
  • Pagina 80: Datalogger

    Inbedrijfname 8.6.10.4 Datalogger Afb. 54: Datalogger Via het element ‘Datalogger’ kunnen de gegevens van componenten grafisch worden weergegeven. Als deze componenten via groepsadressen aan sensoren zijn gekoppeld, kunnen bijvoorbeeld het energieverbruik van een huis, de prestatie van een fotovoltaïsch systeem of het peil van een olietank worden gevisualiseerd. De datalogger worden aangemaakt onder ‘Project →...
  • Pagina 81: Datum/Tijd

    Inbedrijfname Instellingen voor y-as afdwingen: Bij de instelling ‘Ja’ wordt het aangeven van de minimum- ■ en maximum-waarden op de y-as geactiveerd. Kleur functielijn: Vastleggen welke kleur de functielijn heeft. Voor dit soort ■ functies is eigenlijk grijs gepland. 8.6.10.5 Datum/tijd Afb.
  • Pagina 82: Dimmer

    Inbedrijfname 8.6.10.6 Dimmer Afb. 56: Dimmer Via het element ‘Dimmer’ kan een dimmerregeling worden ingericht. Hier kan dan een toegewezen lamp zowel worden gedimd als uit- en ingeschakeld worden. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam dimmer ■ Dimmer: Selecteren van een groepsadres voor een dimmer → de dimmer wordt via ■...
  • Pagina 83: Ga Naar Account

    Inbedrijfname 8.6.10.7 Ga naar account Afb. 57: Ga naar account Hiermee kan direct naar een account van de app worden gelinkt. Deze wordt daarmee dus geopend. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam accountlink ■ Account: Als er accounts beschikbaar zijn, kunnen deze worden geselecteerd. ■...
  • Pagina 84: Ga Naar Menu

    Inbedrijfname 8.6.10.8 Ga naar menu Afb. 58: Ga naar menu Hiermee kan direct naar een menu van de app worden gelinkt. Deze wordt daarmee dus geopend. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam menulink ■ Ga naar menu: De volgende menu's van de app kunnen worden geselecteerd: ■...
  • Pagina 85: Groepskop

    Inbedrijfname 8.6.10.9 Groepskop Afb. 59: Groepskop Hier kunnen secties op een pagina worden gemaakt. Daarmee kunnen bijvoorbeeld paginalinks worden samengevat en benoemd worden (bijvoorbeeld begane grond als groepskopnaam → daaronder volgt een lijst met alle paginalinks voor deze etage). Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam groepskop ■...
  • Pagina 86: Jaloezie

    Inbedrijfname 8.6.10.10 Jaloezie Afb. 60: Jaloezie Via het element ‘Jaloezie’ kan een jaloeziesturing worden ingericht. Hiermee kan dan een jaloezie worden bediend. Hiervoor moeten door de installateur 2 schakelaars worden ingericht. Bij het indrukken [lange bediening → van een impulsdrukker] wordt de beweging van de jaloezie gestart.
  • Pagina 87: Camera

    Inbedrijfname 8.6.10.11 Camera Afb. 61: >>Camera<< Hierbij kan direct toegang worden gekregen tot geïntegreerde intercomcamera's. De camerabeelden worden afhankelijk van het indicatietype in de app weergegeven. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Cameranaam: Naam van de cameratoepassing ■ Indictietype: Hier kan worden vastgelegd, of er alleen tot één of tot meerdere camera's toegang ■...
  • Pagina 88: Lege Zone

    Inbedrijfname 8.6.10.12 Lege zone Afb. 62: Lege zone Hier kunnen lege zones (paginadelen zonder inhoud. zogenaamde ‘plaatshouders') op een pagina worden gemaakt. Daarmee kunnen pagina's overzichtelijker gestructureerd worden (zo kunnen delen beter van elkaar onderscheiden worden). Meer instel-/selectiemogelijkheden: Lage hoogte: De hoogte van de zone kan worden verkleind.
  • Pagina 89: Luchtvochtigheid Weergeven

    Inbedrijfname 8.6.10.14 Luchtvochtigheid weergeven Afb. 64: Luchtvochtigheid weergeven Hiermee kan de actuele luchtvochtigheid van een geselecteerd element (groepsadres) worden weergegeven. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam statusindicatie luchtvochtigheid ■ Luchtdruk: Toewijzing van een bijbehorend groepsadres ■ Kleur Vastleggen welke kleur de functielijn heeft. ■...
  • Pagina 90: Rgb-Bediening

    Inbedrijfname 8.6.10.15 RGB-bediening Afb. 65: RGB-bediening Hiermee kan een RGB-bedieningselementen voor geschikte lampen (leds, Philips Hue etc.) worden ingericht. De toewijzing vindt plaats met geselecteerde elementen (groepsadressen). Voor de lampen kunnen dan bepaalde instellingen worden aangepast. Zo kunnen bijvoorbeeld de kleuren gewisseld of het aandeel warm wit aangepast worden. De volgende afbeeldingen tonen een voorbeeld.
  • Pagina 91: Schakelaar

    Inbedrijfname 8.6.10.16 Schakelaar Afb. 67: Schakelaar Via het element ‘Schakelaar’ kan een lichtbesturing worden ingericht. Hier kan dan een toegewezen lamp uit- en ingeschakeld worden. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam schakelaar (bijvoorbeeld naam van lamp die wordt geschakeld) ■ Schakelaar: Toewijzing van een bijbehorend groepsadres van een lichtaktor. ■...
  • Pagina 92: Paginalink

    Inbedrijfname 8.6.10.17 Paginalink AFb. 68: Paginalink Hiermee kan direct naar een aangemaakte pagina worden gelinkt. Deze wordt daarmee geopend. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Op pagina: Selecteren van de pagina waarnaar moet worden gelinkt. Deze pagina's moeten ■ vooraf worden aangemaakt. Pas dan worden ze weergegeven. De selectie wordt dan als naam weergegeven.
  • Pagina 93: Scène

    Inbedrijfname 8.6.10.19 Scène Afb. 70: Scène Via het element ‘Scène’ kan een scène worden toegewezen. Door op dit element te klikken/tikken wordt de scène gestart. De scènes moeten vooraf door de installateur worden aangemaakt. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam scène (bijvoorbeeld wekken) ■...
  • Pagina 94: Impulsdrukkerreeks

    Inbedrijfname 8.6.10.20 Impulsdrukkerreeks Afb. 71: Impulsdrukkerreeks Bij een impulsdrukkerreeks kunnen tot 6 individuele impulsdrukkers worden weergegeven. Iedere impulsdrukker kan een andere functie activeren of verschillende waarden versturen. De symbolen kunnen verschillen afhankelijk van de toestand. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Aantal Selecteren hoeveel impulsdrukkers (tot 6) in een reeks moeten worden ■...
  • Pagina 95 Inbedrijfname Status GA Toewijzing van een bijbehorend status-groepsadres. De volgende mogelijkheden ■ zijn er: – Schakelaar (DPT 1.x) – Dimmer (DPT 5.001) – 1-bit-waarde (DPT 1.x) – 1-byte-waarde (DPT 5.010) – 2-byte-waarde (DPT 9.x float) – 2-byte-waarde (DPT 7.x) – 2-byte-waarde (DPT 8.x) –...
  • Pagina 96: Temperatuur Weergeven

    Inbedrijfname 8.6.10.21 Temperatuur weergeven Afb. 72: Temperatuur weergeven Hiermee kan de actueel gemeten temperatuurwaarde van een geselecteerd element (groepsadres) worden weergegeven. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam statusindicatie temperatuur ■ Temperatuur: Toewijzing van een bijbehorend groepsadres ■ Aantal Hiermee kan worden vastgelegd hoeveel cijfers achter het decimale teken ■...
  • Pagina 97: Temperatuur Wijzigen

    Inbedrijfname 8.6.10.22 Temperatuur wijzigen Afb. 73: Temperatuur wijzigen Via het element ‘Temperatuur wijzigen’ kan een temperatuurregeling worden ingesteld. Hiermee kan dan bij een toegewezen temperatuurregelaar (thermostaat) de temperatuur verlaagd of verhoogd worden. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam van thermostaat (bijvoorbeeld naam van de RTR die wordt ■...
  • Pagina 98 Inbedrijfname Afb. 74: Objecten / groepsadressen (De nummer van de groepsadressen zijn slechts voorbeelden) 2. Deze groepsadressen moeten dan in een project Busch-ControlTouch ® worden aangemaakt: Afb. 75: Groepsadressen 3. De aangemaakte functies moeten dan met het bedieningselement ‘Temperatuur wijzigen’ worden verbonden: Afb.
  • Pagina 99: Upnp-Schuifschakelaar

    Inbedrijfname 8.6.10.23 UPnP-schuifschakelaar Afb. 77: UPnP-schuifschakelaar Hiermee kunnen commando's (bijvoorbeeld volume aanpassing) naar aangesloten uPnP- apparaatcomponenten worden verzonden die onder ‘Project → Commando's’ (zie hoofdstuk “Commando's“ op pagina 46) zijn aangemaakt. In dit geval vindt de besturing plaats via een schuifschakelaar / toetsregelaar als bedieningselement.
  • Pagina 100: Variabele Tekst

    Inbedrijfname 8.6.10.24 Variabele tekst Afb. 78: Variabele tekst Hiermee kunnen variabele teksten van KNX- of uPnP-apparaten worden weergegeven. Zo kan bijvoorbeeld de actuele artiest worden weergegeven van het lied dat op dat moment wordt afgespeeld. Bij het wisselen van het lied verschijnt dan ook een andere tekst. Voor deze functie moeten geschikte apparaten in het systeem beschikbaar zijn, zodat deze kunnen worden toegewezen.
  • Pagina 101: Website

    Inbedrijfname 8.6.10.25 Website Afb. 79: Website Hiermee kan een directe link worden gemaakt naar een website (internetsite). Deze wordt daarmee geopend. Deze functie kan bijvoorbeeld ook voor de bediening van een alarmsysteem of een audioserver via het internet worden gebruikt. Via deze link kan echter ook bijvoorbeeld een app worden geopend.
  • Pagina 102: Waarde Weergeven

    Inbedrijfname 8.6.10.26 Waarde weergeven Afb. 80: Waarde weergeven Hiermee kunnen actueel verzonden waarden van een geselecteerd element (groepsadres) worden weergegeven. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam waarde-indicatie: ■ Waarden: Toewijzing van een bijbehorend status-groepsadres. De volgende ■ mogelijkheden zijn beschikbaar: – Schakelaar (DPT 1.x) –...
  • Pagina 103: Waarderegelaar

    Inbedrijfname Opmerking U kunt de volgende speciale combinaties in het veld voor de eenheden gebruiken: [deg] voor ° - [2] voor ² - [3] voor ³ Als geen weergavewaarde wordt geselecteerd, wordt niets weergegeven. Waardefactor: = alle waarden worden met de aangegeven factor vermenigvuldig en het ■...
  • Pagina 104 Inbedrijfname Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam van waarderegelaar (bijvoorbeeld beschrijving van apparaat). ■ Waardeobject: Toewijzing van een bijbehorend groepsadres. Waarden worden verzonden. ■ De volgende mogelijkheden zijn beschikbaar: – Schakelaar (DPT 1.x) – Dimmer (DPT 5.001) – 1-bit-waarde (DPT 1.x) – 1-byte-waarde (DPT 5.010) –...
  • Pagina 105: Waardezender

    Inbedrijfname Factor: Alle waarden worden met de aangegeven factor vermenigvuldig en het ■ resultaat weergegeven (bijvoorbeeld wissel van W naar KW), Waardeverschuiving: Alle waarden wordt in de aangegeven eenheid gewijzigd en het resultaat ■ wordt weergegeven (bijvoorbeeld wijziging van F naar °C). Minimaal: Hiermee kan worden vastgelegd welke waarde als minimum wordt ■...
  • Pagina 106: Waardetaster

    Inbedrijfname 8.6.10.29 Waardetaster Afb. 83: Waarde-impulsdrukker Hiermee kunnen waarden naar een geselecteerd element (groepsadres) via een impulsdrukker worden verzonden. Het is mogelijk dat bij het indrukken van de impulsdrukker andere waarden worden verstuurd dan bij het loslaten van de impulsdrukker. Meer instel-/selectiemogelijkheden: Naam: Naam van waarde-impulsdrukker (bijvoorbeeld beschrijving van apparaat).
  • Pagina 107: Windsnelheid Weergeven

    Inbedrijfname Symbool: Kies desgewenst een symbool voor dit element. Dit symbool wordt dan ■ weergegeven. Bovendien kan worden bepaald of het symbool rechts of links van de tekst wordt weergegeven. Kleur functielijn: Voor functies van dit type is grijs gepland. ■...
  • Pagina 108: Pagina-Element Kopiëren

    Inbedrijfname 8.6.12 Pagina-element kopiëren Ieder profiel(pagina-)element kan ook met alle instellingen worden gekopieerd. 1. Selecteer in de menukolom het profiel. Het profiel wordt geopend. 2. Selecteer daarna in de rechter menukolom de pagina met het element dat moet worden gekopieerd. De pagina wordt geopend.
  • Pagina 109: Alarmen

    Inbedrijfname 8.6.15 Alarmen Alarmmeldingen kunnen via push-notificatie of e-mail naar vermelde ontvangers / mobiele toestellen worden verstuurd. De alarmmeldingen kunnen worden geconfigureerd. Hieronder wordt in het algemeen toegelicht hoe de functie ‘Alarmen’ wordt geopend en aangepast kan worden. De verschillende aanpassingsmogelijkheden worden in de onderstaande paragrafen beschreven.
  • Pagina 110 Inbedrijfname Afb. 88: Configuratiepagina De configuratiepagina verschijnt. Opmerking De gebruiker kan apparaten en projecten archiveren, door op het activeringschakelvlak (pijl wijst naar archief) te klikken. Daardoor wordt het apparaat of project onder ‘Archief’ in de menubalk verplaatst. Hierdoor verschijnt het apparaat niet meer in de lijst. Gearchiveerde apparaten en projecten kunnen nog steeds worden bewerkt.
  • Pagina 111: Alarmoverzicht

    Inbedrijfname Het profiel wordt geopend. Afb. 90: Overzicht alarmen 2. Tik op ‘Alarmen’ in de menukolom. Het overzicht van de aangemaakte alarmen en de ontvangers ervan worden in een overzichtslijst weergegeven. 8.6.15.2 Alarmoverzicht Het overzicht over alle aangemaakte alarmen en de ontvangers ervan wordt opgeroepen op de in het vorige hoofdstuk beschreven wijze.
  • Pagina 112: Alarm Aanpassen

    Inbedrijfname Max. 1 Hier kan een tijdinterval worden vastgelegd, waarin het alarm opnieuw moet worden ■ melding om verzonden. Ontvanger: ■ – Type Selecteren of het alarm als e-mail of push-notificatie wordt verzonden. – Aan Bij e-mail → invoer e-mailadres: bij push-notificatie → selecteren van een mobiel toestel Voorwaarde (alle triggeren een alarm): ■...
  • Pagina 113: Configuratiepagina Openen

    Inbedrijfname Configuratiepagina openen 8.7.1.1 Open de pagina myBUSCH-JAEGER en meld u aan. 1. Klik op ‘Mijn installaties’ 2. Klik op ‘Busch-ControlTouch’ Afb. 92: Mijn installaties Afb. 93: Eindapparatuur De beschikbare eindapparaten worden weergegeven. 3. Klik op het pictogram. Afb. 94: Pictogram Afb.
  • Pagina 114: App-Instellingen

    Inbedrijfname Opmerking De gebruiker kan apparaten en projecten archiveren, door op het activeringschakelvlak (pijl wijst naar archief) te klikken. Daardoor wordt het apparaat of project onder ‘Archief’ in de menubalk verplaatst. Hierdoor verschijnt het apparaat niet meer in de lijst. Gearchiveerde apparaten en projecten kunnen nog steeds worden bewerkt.
  • Pagina 115: Lokale Gebruiker

    Inbedrijfname De verbindingsparameters van de gebruiker worden weergegeven. Een QR-code wordt automatisch gegenereerd. 8.7.3 Lokale gebruiker Op de configuratiepagina kan worden bepaald, welke gebruiker van het apparaat en de app welke toegangsrechten heeft. Om deze reden kunnen gebruikers aangemaakt en beheerd worden.
  • Pagina 116: Gebruiker Maken En Toevoegen

    Inbedrijfname 8.7.3.2 Gebruiker maken en toevoegen Er kunnen op ieder moment extra gebruikers worden aangemaakt en toegevoegd. 1. Open de functie ‘Lokale gebruiker’. Ga hiervoor te werk zoals beschreven in Hoofdstuk 8.7.3 “Lokale gebruiker“ op pagina 115. 2. Klik/tik in de rechter menukolom op ‘Nieuwe toevoegen’. Afb.
  • Pagina 117: Gebruiker Aanpassen

    Inbedrijfname 8.7.3.3 Gebruiker aanpassen Bestaande gebruikers kunnen op ieder moment worden aangepast. 1. Open de functie ‘Lokale gebruiker’. 2. Tik in de menukolom op de gebruiker die moet worden aangepast. De gebruiker wordt geopend. U kunt nu de instellingen aanpassen. 3.
  • Pagina 118: Rollen Maken En Toevoegen

    Inbedrijfname 8.7.4.2 Rollen maken en toevoegen Er kunnen op ieder moment extra gebruikers worden aangemaakt en toegevoegd. Opmerking De rol ‘Standaard' wordt automatisch aangemaakt. Deze bevat de belangrijkste basisinstellingen en kan niet worden gewist. Deze kan echter met het ‘kopieersymbool’ rechtsboven worden gekopieerd en dan als een nieuwe rol worden bewerkt.
  • Pagina 119: Rollen Aanpassen

    Inbedrijfname 8.7.4.3 Rollen aanpassen Bestaande rollen kunnen op ieder moment worden aangepast. 1. Open de functie ‘Toegangsrechten’. 2. Tik in de menukolom op de rol die moet worden aangepast. De rol wordt geopend. U kunt nu de instellingen aanpassen. 3. Tik ter afsluiting op het schakelvlak ‘Opslaan’. 8.7.4.4 Rollen wissen Bestaande rollen kunnen op ieder moment worden gewist.
  • Pagina 120: Installateursaccount Afmelden Aanmelding Van Installateur Bevestigen

    Inbedrijfname 8.7.6 Installateursaccount afmelden Aanmelding van installateur bevestigen Via de configuratiepagina van het apparaat kan de eindgebruiker dwingend vastleggen dat het account van een installateur van een apparaat wordt afgemeld (echter alleen als de eindgebruiker en de installateur niet dezelfde persoon zijn). Als het apparaat afgemeld wordt, wordt het project gekopieerd.
  • Pagina 121 Inbedrijfname 1. Open de functie ‘iOS Widget’. Afb. 100: iOS Widget 2. Daarna klikt/tikt u op ‘+’ om een impulsdrukker toe te voegen. 3. Kies een impulsdrukker. Pas de instellingen van het type impulsdrukker aan (zie soortgelijke elementen). 4. Klik/tik ter afsluiting op het schakelvlak ‘Opslaan’. De impulsdrukker wordt vervolgens op het beeld van de iPhone weergegeven.
  • Pagina 122: Configuratie In De Busch-Controltouch ® Laden

    Het programma ‘IP-Finder’ (extra software: vind je Busch-ControlTouch ■ moet vooraf worden geïnstalleerd. Dit programma kan via de softwaredownload-pagina van de e-catalogus (www.busch-jaeger- catalogus.nl) worden gedownload. Volg tijdens de installatie van aanwijzingen van de installatiewizard. Voor de koppeling moet een internverbinding aanwezig zijn. Bovendien moet ■...
  • Pagina 123: Instellingen In Het Apparaat (Directe Toegang)

    Inbedrijfname Instellingen in het apparaat (directe toegang) Enkele instellingen kunnen alleen via een directe toegang op het apparaat worden aangepast. Deze instellingen zijn dan ook alleen speciaal voor dit apparaat beschikbaar. Voor dit doel met een verbinding met het apparaat bestaan. Deze verbinding wordt reeds bij het laden van de configuratie op het apparaat gemaakt.
  • Pagina 124 Inbedrijfname Informatie over de inbouwplaats van het apparaat (aanpassingen na de eerste inbedrijfname, bijvoorbeeld na locatiewissel van apparaat) Taal: Vastleggen in welke taal de teksten worden weergegeven ■ Tijdzone: Vastleggen van de tijdzone. ■ Europese Vastleggen of er automatisch moet worden gewisseld van zomer- naar ■...
  • Pagina 125: Statusindicaties

    Inbedrijfname Logboekbestanden naar support- De logboekbestanden worden automatisch via de server ■ helpdesk sturen naar een serviceadres doorgestuurd. Configuratie naar support-helpdesk De configuratiebestanden worden automatisch via de server ■ sturen naar een serviceadres doorgestuurd. 8.9.2 Statusindicaties Via ‘Status’ kan de actuele systeemstatus worden ingezien. Bovendien kan via het schakelvlak ‘Internetverbinding controleren’...
  • Pagina 126: Optioneel Scènes Maken

    Inbedrijfname 8.9.3 Optioneel scènes maken Via ‘Scènes’ kunnen scènes worden gemaakt en beheerd. Opmerking De groepsadressen en componenten voor de scènes moeten vooraf in de ETS zijn aangemaakt. Scène aanmaken In de onderste lijst worden alle componenten weergegeven waaraan scènes zijn toegewezen. Afb.
  • Pagina 127: Scène Aanpassen

    Inbedrijfname ’Alles selecteren’ wordt gebruikt, kunnen bijvoorbeeld ook alle bestanddelen in één keer worden geactiveerd. 4. Bestanddelen van een scène kunnen ook met het vuilnisbaksymbool worden gewist. 5. Sla de aanpassingen op met het schakelvlak ‘Wijzigingen toepassen’. 6. Voor deze scène worden dan de geactiveerde scènebestanddelen weergegeven. 7.
  • Pagina 128: Optioneel Maken Van Tijdprogramma's (Tijdschakelklok)

    Inbedrijfname 8.9.4 Optioneel maken van tijdprogramma's (tijdschakelklok) Via ‘Tijdschakelklok’ kunnen tijdprogramma's worden gemaakt en beheerd. Opmerking De tijdprogramma's kunnen ook in de app worden gemaakt en aangepast! Tijdprogramma aanmaken Afb. 107: Tijdschakelklok Hieronder worden de instelmogelijkheden voor de tijdprogramma's beschreven: Naam: Voer een naam in voor het tijdprogramma dat wordt gemaakt.
  • Pagina 129: Tijdprogramma Aanpassen

    Inbedrijfname Actie: Vastleggen welke actie door de start van het tijdprogramma moet worden ■ getriggerd. De volgende opties kunnen worden bepaald. – Datum/tijd wordt verzonden – Er kan een scène worden geselecteerd – Groepsadres Afhankelijk van de geselecteerde actie kunnen verdere instellingen (bijvoorbeeld aan of uit) plaatsvinden.
  • Pagina 130: Proxy-Instellingen - Internetverbinding (Poorttoewijzing)

    Inbedrijfname 8.9.5 Proxy-instellingen – internetverbinding (poorttoewijzing) Met ‘Instellingen – basis’ kunnen de proxy-instellingen worden gewijzigd. Opmerking De proxy-instellingen zouden alleen moeten worden aangepast als het echt nodig is! Afb. 108: Netwerkinstellingen De DHCP-functie kan hier worden gedeactiveerd/geactiveerd. Bovendien kunnen ook uitgebreide netwerkinstellingen worden aangepast.
  • Pagina 131: Integratie Upnp-Apparaten

    Inbedrijfname Het deactiveren van HTTP deactiveert ook de secundaire HTTP-poort (standaardpoort 8000). De HTTP-portforwarding (8001) wordt door deze functie niet beïnvloed en blijft bestaan. De HTTPS-poort kan op dezelfde wijze worden gewijzigd. De gebruiker kan het openbare deel van het HTTPS-certificaat hier downloaden om het handmatig in een browser of een besturingssysteem te importeren.
  • Pagina 132: Knx-Instellingen Aanpassen

    Inbedrijfname 8.9.7 KNX-instellingen aanpassen Met ‘Instellingen – protocollen’ kunnen de KNX-instellingen worden aangepast. Afb. 111: KNX-instelling De volgende instellingen kunnen worden aangepast: KNX-protocol: De-/activering mogelijk. Bij activering wordt het protocolverkeer ■ ook onder ‘Status’ weergegeven. Fysiek adres KNX> Dit geeft het actuele fysieke adres van het apparaat aan. Onder ■...
  • Pagina 133: Gebruikersprotocollen

    Inbedrijfname 8.9.8 Gebruikersprotocollen Met ‘Instellingen protocollen’ kunnen de gebruikersprotocollen geactiveerd/gedeactiveerd worden. Bij activering wordt het protocolverkeer ook onder ‘Status’ weergegeven. Afb. 112: Gebruikersprotocol 1. Ter afsluiting worden de aanpassingen met het schakelvlak ‘Toepassen’ opgeslagen. Opmerking Het protocolvenster (zie onder ‘Status’) wordt na enkele seconden vernieuwd. Bovendien worden twee schakelvlakken weergegeven waarmee de vernieuwing kan worden gestopt of weer worden gestart.
  • Pagina 134: Configuratie Philips Hue

    Inbedrijfname 8.9.11 Configuratie Philips Hue Via ‘Instellingen – protocollen’ kan een configuratie met Philips Hue worden gemaakt. Afb. 114: Instelling protocollen 1. Voer het IP/adres van de Hue Bridge in. [1] Impulsdrukker Afb. 115: Impulsdrukker Phillips HUE 2. Druk daarna op de impulsdrukker van de Hue Bridge. 3.
  • Pagina 135: Aanwezige Scripts Weergeven

    Inbedrijfname De volgende configuratievereisten moeten worden opgevolgd. Alle Hue-componenten moeten vooraf via het Hue-systeem correct geconfigureerd zijn. ■ Een Hue-component moet zowel een zendend groepsadres als een statusgroepsadres ■ afbeelden. Dit vindt volgens het onderstaande schema plaats: ‘HUE:’ gevolgd door het lampnummer, a ‘/’ en het gewenste commando. Voorbeeld: ‘HUE:1/S’...
  • Pagina 136: Apparaat Opnieuw Starten

    Inbedrijfname 8.9.14 Apparaat opnieuw starten Afb. 116: Apparaat opnieuw starten Met ‘Instellingen – Systeem’ kan een apparaat opnieuw worden gestart. 8.9.15 Resetten op fabrieksinstellingen Afb. 117: Fabrieksinstellingen Met ‘Instellingen – systeem’ kan het apparaat worden gereset op de fabrieksinstellingen. Het .xec-exportbestand bevat ook de gegevens en instellingen van de aanwezigheidssimulatie. Als een apparaat op de fabrieksinstellingen wordt gereset en vervolgens het .xec-bestand wordt geladen, worden ook de gegevens voor de aanwezigheidssimulatie geladen.
  • Pagina 137: Remote-Toegang (Toegang Op Afstand) Via Mybusch-Jaeger Activeren

    Inbedrijfname 8.9.16 Remote-toegang (toegang op afstand) via myBUSCH-JAEGER activeren Opmerking De functie kan worden gebruikt zonder portforwarding of VPN. Voor de activering is een registratie vereist. Registreert u zich eerst voor deze service (registratie via myBUSCH-JAEGER) voor de activering op het apparaat en in de app. Voor activering van de remote-toegang zijn er drie belangrijke instellingen.
  • Pagina 138: Aanwezigheidssimulatie - Zelfleerfunctie

    Inbedrijfname 8.9.17 Aanwezigheidssimulatie – zelfleerfunctie Op de pagina ‘Aanwezigheidssimulatie’ kan de simulatiestatus worden gewijzigd (met schakel:vlakken: afspelen/opnemen/stoppen). Verdere functies: ■ Het aantal per dag opgenomen telegrammen wordt weergegeven. ■ Bovendien kunnen opgenomen telegrammen geëxporteerd (csv-formaat) en opgenomen telegrammen verwijderd worden. ■...
  • Pagina 139: App Installeren En Instellen

    Inbedrijfname 8.10 App installeren en instellen Via de app kan het huisautomatiseringssysteem direct worden bestuurd. Hiermee kunnen bijvoorbeeld lampen handmatig in- of uitgeschakeld worden. Opmerking Als het apparaat in het lokale netwerk geïntegreerd is, is voor de bedienen ■ via de app geen internetverbinding nodig. Deze is alleen nodig als het eindapparaat met de app zicht buiten het lokale netwerk bevindt.
  • Pagina 140: Instellingen

    Inbedrijfname 8.10.3 Instellingen Opmerking Het apparaat moet in bedrijf worden genomen en in het netwerk geïntegreerd zijn. Voor de toegang is een internetverbinding nodig. In de regel wordt de verbinding met het apparaat automatisch gemaakt. Gevraagd wordt dan welk profiel moet worden gebruikt. Anders moeten de verbindingsparameters ingevuld worden. In de volgende werkstappen wordt beschreven hoe de verbindingsparameters handmatig kunnen worden ingevoerd.
  • Pagina 141 Inbedrijfname 4. Activeer ‘Meerdere configuraties’ zodat tot 5 accounts (configuraties) kunnen worden geselecteerd. Daarmee kunnen bijvoorbeeld tot 5 apparaten met de app worden bediend. De apparaten bevinden zich als voorbeeld in 5 verschillende gebouwen. 5. Selecteer nu het account. Hiervoor zijn meerdere mogelijkheden beschikbaar: Selecteren door scrollen van rechts naar links (via menupagina ‘Configuratie’) ■...
  • Pagina 142 Inbedrijfname 6. Selecteer nu het profiel. Klik/tik op ‘Profiel’. 7. Bepaal nu een profiel dat de app moet toepassen. De invoer moet hier met het vinkje worden bevestigd. 8. Laad nu het configuratieprofiel (→ ‘Configuratieprofiel laden’) KNX Technisch Handboek 2CKA002273B8902 │142...
  • Pagina 143: Verdere Instellingen: Pin

    Inbedrijfname Verdere instellingen: PIN Via ‘PIN’ kan worden bepaald of voor de aanpassing van functie in de app een wachtwoord moet worden ingevoerd. Het volgende venster verschijnt: 1. Voer een pincode in. 2. Bepaal bovendien voor welke functie een pincode moet worden ingevoerd. 3.
  • Pagina 144 Inbedrijfname Verdere instellingen: toegang op afstand Via ‘Toegang op afstand’ kan worden bepaald of de KNX-toegang op afstand gedeactiveerd/geactiveerd wordt. Bij activering wordt de KNX-interface vrijgegeven. Dan is voor de afstandsbediening geen VPN-tunnel nodig. De vrijschakeling voor de toegang via de app wordt voor 8 uur gegeven.
  • Pagina 145: Voorinstellingen

    Inbedrijfname 8.10.4 Voorinstellingen Via ‘Voorinstellingen’ kunnen instellingen voor de weergave en andere waarden worden aangepast. 1. Open de app. 2. Klik/tik op het gereedschapssymbool. Het volgende venster verschijnt: 3. Klik/tik op ‘Voorinstellingen’. Het volgende venster verschijnt: KNX Technisch Handboek 2CKA002273B8902 │145...
  • Pagina 146 Inbedrijfname 4. De volgende instellingen kunnen voor de weergave worden aangepast (aanpassingen worden meteen toegepast): Uitlijning: Hier wordt vastgelegd of de uitlijning van de app horizontaal of ■ verticaal is. Paginaschaal: Hier wordt vastgelegd in welke schaal de app wordt weergegeven ■...
  • Pagina 147: Scènes

    Inbedrijfname 8.10.5 Scènes Opmerking Toegang kan worden beveiligd met een pincode (zie hoofdstuk “Instellingen“ op pagina 140). Met scènes kan de eindklant een hele reeks van acties activeren door bijvoorbeeld slechts één keer een schakelaar te bedienen. De eindklant kan de scènes zelf in de app samenstellen. Hiervoor moet de installateur (vakkundige klant) vooraf echter een basisconstructie met scènes gemaakt heffen waarop de Busch-ControlTouch ®...
  • Pagina 148: Verdere Functies

    Inbedrijfname In de overzichtslijst van de scène kunnen de toegevoegde scènebestanddelen nu door direct tikken worden gedeactiveerd/geactiveerd. Geactiveerd Gedeactiveerd Scène aanpassen 1. Om de naam te wijzigen, tikt u direct op de naam van de scène. De naam kan nu worden gewijzigd. 2.
  • Pagina 149: Leerfunctie

    Inbedrijfname Leerfunctie Normaal kan een scène via het instellingenmilieu worden gewijzigd. Met de leerfunctie (zenden van een KNX-leertelegram) kan de actuele scène via de reguliere visualisering worden vernieuwd. Bij het lang indrukken van een scène-element in de visualisering wordt aan de gebruiker gevraagd of hij de scène met de huidige waarden wil vernieuwen.
  • Pagina 150 Inbedrijfname De tekstkleur geeft aan of het tijdprogramma geactiveerd of gedeactiveerd is. Rood Gedeactiveerd Groen Actief Tijdprogramma toevoegen 1. Klik/tik op ‘Tijdschakelklok toevoegen’. In het venster kan het tijdprogramma worden gemaakt. De instelmogelijkheden zijn zoals beschreven in Hoofdstuk 8.9.4 “Optioneel maken van tijdprogramma's (tijdschakelklok)“...
  • Pagina 151: Alarmenlijst

    Inbedrijfname 8.10.7 Alarmenlijst Opmerking Toegang kan worden beveiligd met een pincode (zie hoofdstuk “Instellingen“ op pagina 140). 1. Open de app. 2. Tik op het gereedschapssymbool. Het volgende venster verschijnt: 1. Om de alarmenlijst te openen tikt u op ‘Alarmenlijst’. In het venster worden alle gemelde alarmmeldingen weergegeven.
  • Pagina 152: Configuratieprofiel Laden

    Inbedrijfname 8.10.8 Configuratieprofiel laden 1. Open de app. 2. Tik op het gereedschapssymbool. Het volgende venster verschijnt: 3. Laad nu het configuratieprofiel (→ ‘Configuratieprofiel laden’) Opmerking Het profiel kan op ieder moment worden vernieuwd, door de menuweergave naar onderen te trekken. Afb.
  • Pagina 153: Qr-Codescanner

    Inbedrijfname QR-codescanner 8.10.9 In het configuratiemenu kan de functie QR-scanner worden geopend. Met deze functie kunnen gebruikers direct een ControlTouch configuratie-QR-code voor het instellen van een account scannen. Na het scannen wordt het wachtwoord gevraagd en het beeldscherm voor het instellen van het gebruikersaccount weergegeven.
  • Pagina 154: 8.10.11 Aanwezigheidssimulatie

    Inbedrijfname 8.10.11 Aanwezigheidssimulatie Opmerking Toegang kan worden beveiligd met een pincode (zie hoofdstuk “Instellingen“ op pagina 140). In het menu ‘Aanwezigheidssimulatie’ kan de gebruiker componenten (groepsadressen) aan de aanwezigheidssimulatie toevoegen die later moeten worden opgenomen en afgespeeld. Alle voor scènes en tijdschakelklokken beschikbare KNX-componenten worden hier weergegeven. 1.
  • Pagina 155: Installatieproces

    Inbedrijfname 8.11.1.1 Installatieproces 1. Laat de app uit de store uw smartphone. 2. Na de installatie wordt het pictogram voor de app op de desktop van de Apple Watch weergegeven. 8.11.1.2 Voorinstellingen in profiel Om ervoor te zorgen dat de in het KNX-bussysteem geïntegreerde apparaten ook direct met de app voor de Apple Watch bediend kunnen worden, moeten in het profiel de gewenste functies voor de Apple Watch geactiveerd zijn (standaardinstelling).
  • Pagina 156: Complicaties Voor Apple Watch (Snelstart)

    Inbedrijfname 8.11.2 Complicaties voor Apple Watch (snelstart) Voor de Apple Watch kan een complicatie worden gemaakt die later wordt toegevoegd aan het cijferblad. De complicatie heeft hetzelfde symbool als de app (in zwart en wit). Door op het symbool te tikken wordt de klokapp gestart. Opmerking De instellingen worden aangepast in de Apple Watch (via het menu ‘Complicaties’).
  • Pagina 157: Updatemogelijkheden

    Updatemogelijkheden Updatemogelijkheden Firmware-update Opmerking Hiervoor is toegang tot het apparaat nodig (zie hoofdstuk “Instellingen in het apparaat (directe toegang)“ op pagina 123). Met ‘Instellingen – systeem’ kan de firmware worden geüpdatet. Afb. 122: Firmware-update 1. Tik op het schakelvlak ‘Zoeken’. Het zoeken wordt gestart.
  • Pagina 158: Onderhoud

    Onderhoud Onderhoud Het apparaat is onderhoudsvrij. Bij beschadiging, bijvoorbeeld bij transport of opslag, mogen geen reparaties worden verricht. Als het apparaat wordt geopend, vervalt de aanspraak op garantie! Het apparaat moet toegankelijk zijn om een correcte werking, keuring, visuele controle, onderhoud en reparaties mogelijk te maken (volgens DIN VDE 0100-520).
  • Pagina 159: Index

    Index Index Eisen aan de installateur ............17 Elektrische aansluiting ...........19, 26 Aanmelding ................35 Aanmelding / registratie ........23, 24, 26, 28 Aanmelding van installateur bevestigen ......123 Firmware-update ..............160 Aansluiting, inbouw / montage ..........17 Functiebeschrijving ..............14 Aanwezige alarmmeldingen weergeven ......138 Functieoverzicht ..............13 Aanwezige scripts weergeven Aanwezige scripts weergeven Functies ................13...
  • Pagina 160 Index Scènes ................150 Schakelaar ................94 Onderhoud ................. 161 Scripts ..................52 Opbouw en functie ............... 11 Scripts maken ..............54 Opmerkingen over de handleiding ......... 6 Standaard-pagina oproepen ..........74 Opmerkingen over milieubescherming ........ 10 Standaard-profiel oproepen ..........69 Optioneel maken van tijdprogramma's (tijdschakelklok) ... 131, Statische tekst ..............95 Statusindicaties ..............128 Optioneel scènes maken ...........
  • Pagina 161 Apple Store, iPhone, iPad iPod touch en Apple Watch zijn merken van Apple Inc, die in de VS en andere landen zijn geregistreerd. Google Store en Android zijn merken van Google Inc. Copyright © 2017 Busch-Jaeger Elektro GmbH Alle rechten voorbehouden...

Inhoudsopgave