Reinigen en onderhouden
De aanwijzingen in dit hoofdstuk helpen u bij het onderhoud
van uw kookplaat.
Geschikte reinigings- en onderhoudsmiddelen kunt u kopen via
de klantenservice of in onze e-shop.
Glaskeramiek
Reinig de kookplaat altijd na gebruik. Zo branden kookresten
nooit vast.
Reinig de kookplaat pas wanneer deze voldoende is afgekoeld.
Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor
glaskeramiek. Houd u aan de schoonmaakinstructies die op de
verpakking staan.
Gebruik nooit:
onverdunde afwasmiddelen
■
reinigingsmiddelen voor de vaatwasmachine
■
schuurmiddelen
■
Storing opheffen
Storingen worden vaak veroorzaakt door een kleinigheid. Neem
alstublieft de volgende aanwijzingen in acht voor u de
klantenservice belt.
Indicatie
Fout
Geen
De stroomtoevoer is onderbroken.
knippert Het bedieningsvlak is vochtig of er ligt
"
een voorwerp op.
+ cijfer Storing in het elektronisch systeem.
"§
De elektronica is oververhit, waardoor
"ƒ
de betreffende kookzone is uitgescha-
keld.
De elektronica is oververhit, waardoor
"...
alle kookzones zijn uitgeschakeld.
De kookzone is te lang in gebruik
"‰
geweest en is daarom uitgeschakeld.
* Plaats geen hete pannen tegen of op het bedieningspaneel
36
agressieve reinigingsmiddelen, zoals ovensprays of middelen
■
om vlekken te verwijderen
krassende sponzen
■
hogedrukreinigers of stoomstraalapparaten
■
Sterk vuil verwijdert u het best met een in de handel
verkrijgbare schraper. Neem de aanwijzingen van de fabrikant
in acht.
Een geschikte schraper verkrijgt u ook via de klantendienst of
in onze e-shop.
Omlijsting van de kookplaat
Om schade aan de omlijsting van de kookplaat te voorkomen,
dient u zich te houden aan de aanwijzingen:
Gebruik alleen warm zeepsop.
■
Gebruik in geen geval bijtende of schurende
■
reinigingsproducten.
Gebruik geen schrapers.
■
Maatregel
Controleer de zekering van het apparaat. Controleer aan de hand van andere
elektronische apparaten of er sprake is van een stroomuitval.
Droog het bedieningsvlak of verwijder het voorwerp.
Schakel het apparaat altijd via de zekering of de veiligheidsschakelaar in de
meterkast uit en na 30 seconden weer in. Neem contact op met de klanten-
service wanneer de indicatie weer verschijnt.
Wacht tot de elektronica voldoende afgekoeld is. Raak dan een bedienings-
vlak van de kookzone aan.*
Wacht tot de elektronica voldoende afgekoeld is. Raak dan een willekeurig
bedieningsvlak aan.*
U kunt de kookzone direct weer inschakelen.