Enerpac E Series Handleiding pagina 17
Elektrische momentsleutelpompen
Verberg thumbnails
Zie ook voor E Series:
- Gebruikershandleiding (24 pagina's) ,
- Handleiding (24 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Symptoom
4. Lage
a. Netspanning te laag.
vloeistofopbrengst.
b. Uitwendig of inwendig hydraulisch lek.
c. De pomp moet geprepareerd worden.
d. Niet-werkende omleidingsklep.
e. Inlaatfilter voor de pompolie is
f. Inwendige lekkage van de pomp.
g. Pompafdichtingen zijn versleten of
h. Inwendige schade aan pomp en/of
5. Momentsleutel loopt
a. Oliepeil te laag.
niet uit of niet terug.
b. Instelling van drukbegrenzingsklep is te
c. De pomp moet geprepareerd worden.
d. Inlaatfilter voor de pompolie is
e. Inwendige beschadiging van de klep.
6. Uitloop en terugloop
a. Lucht in het systeem.
van momentsleutel
verlopen onregelmatig.
b. Uitwendig hydraulisch lek.
c. Inwendige lekkage in het ventiel.
d. Inwendige beschadiging van de klep.
e. Inwendige beschadiging van de pomp.
7. De pomp maakt
a. De pomp moet geprepareerd worden.
lawaai.
b. Hoge olieopbrengst via de
c. Overdrukinstelling te dicht bij de
d. Beschadigde en/of losse onderdelen
e. Pompelementen zijn versleten of
f. Motor is versleten of beschadigd.
8. Pomp wordt warm.
a. Oliepeil te laag.
b. De olieopbrengst wordt beperkt of
c. Olie stroomt langere tijd door de
d. Luchtroosters zijn verstopt en/of
e. Lage spanning.
Tabel 1. Problemen oplossen (vervolg)
Mogelijke oorzaak
verontreinigd.
beschadigd.
motor.
laag.
verontreinigd.
drukbegrenzingsklep.
instelling van de omleidingsklep van de
pomp.
in de pomp trillen en/of maken contact
met de pomp.
beschadigd.
geblokkeerd.
drukbegrenzingsklep.
koelribben van de pomp zijn bedekt
met vuil.
(vervolg op volgende pagina)
Een lage netspanning kan leiden tot lagere motorsnelheden en een
lager hydraulisch vermogen.
Repareer of vervang de onderdelen, indien nodig.
Vul olie bij in het reservoir. Zie paragraaf 11.2. Volg de
preparatieprocedure in paragraaf 11.5 als het pompreservoir tijdens
bedrijf of tijdens onderhoud aan de pomp geleegd is.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Zorg dat het oliereservoir helemaal vol is.
Verhoog de instelling van de drukbegrenzingsklep. Zie paragraaf 9.1.
Volg de preparatieprocedure in paragraaf 11.5 als het pompreservoir
tijdens bedrijf of tijdens onderhoud aan de pomp geleegd is.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Laat de momentsleutel enkele keren uitlopen en teruglopen totdat dit
soepel gaat. Zie paragraaf 7.3.
Draai de aansluitingen aan. Vervang beschadigde onderdelen.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Zie paragraaf 11.5 voor de procedure voor prepareren/ontluchten.
De instelbare drukbegrenzingsklep kan bij het ontlasten van een
sterke olieopbrengst een hoog geluid produceren.
Stel de drukbegrenzingsklep niet in op de instelling van de
omleidingsklep van de pomp [207 bar].
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Neem contact op met een erkend Enerpac servicecentrum.
Controleer het oliepeil bij stilstaande pomp en ingetrokken
momentsleutel. Vul zo nodig olie bij. Zie paragraaf 11.3.
Controleer of de hydraulische koppelingen goed vastzitten.
Controleer de slangen op verstoppingen of knikken.
Laat de motor minder lang draaien terwijl de olie door de
drukbegrenzingsklep stroomt.
Verwijder eventuele verontreinigingen van de luchtroosters. Verwijder
verontreinigingen en stof van de koelribben van de pomp.
Controleer de netspanning. De pomp werkt mogelijk wel als de
netspanning iets te laag is, maar er kan oververhitting ontstaan.
17
Actie
Advertenties
Inhoudsopgave
