4
Installatie
Om een veilige werking van het apparaat te waarborgen, moet zich ervan verzekeren dat MADSEN Zodiac correct is geïn-
stalleerd en dat aan de onder waarschuwingsopmerkingen vermelde vereisten wordt voldaan.
Zie
Waarschuwingen
Locatie
Let op
•
Bij gebruik bij temperaturen onder -20 °C (-4 °F) of boven +60 °C (140 °F) kan het apparaat permanent bescha-
digd raken.
U kunt immittantietests uitvoeren in een redelijk stille ruimte. Een geluidscabine of een geluidsvrije ruimte is niet nodig.
Probe
Bij levering is de probe al aangesloten op MADSEN Zodiac.
We raden u aan om dagelijks een probecontrole uit te voeren om te verifiëren dat het systeem correct meet.
Opmerking
raden we u aan om een admittantiekalibratie uit te voeren. Zie de Zodiac-referentiehandleiding.
Probestation
U kunt het probestation aan de wand bevestigen met behulp van de optionele wandmontagekit voor het probestation.
Voeding
•
Zie
Het apparaat van stroom voorzien
4.1
Het apparaat van stroom voorzien
Zodiac werkt met een externe voeding en wordt rechtstreeks op het elektriciteitsnet aangesloten.
Let op
Gebruik uitsluitend de voeding die is gespecificeerd in
•
Sluit de externe voeding aan op Zodiac
Otometrics - MADSEN Zodiac
►
42.
Als het resultaat van de probecontrole geen waarde van 1,9-2,1 mmho/cc/cm
•
►
1. Sluit het stekkeruiteinde van de externe voedingskabel aan op het aansluitpunt van de externe voe-
ding aan de achterzijde van het apparaat.
7.
Technische specificaties
Gebruiksaanwijzing
3
/ml bij 226 Hz geeft,
►
30.
7