4
Schud de tonercassette vijf of zes keer heen en weer (zie afbeelding) zodat de toner gelijkmatig in de
cassette wordt verdeeld.
5
Plaats de tonercassette op een egale ondergrond.
6
Neem het tabje vast en trek de afdichtingstape naar buiten (circa 48 cm).
BELANGRIJK
Aandachtspunten bij het verwijderen van de afdichtingstape
Trek de afdichtingstape niet in een diagonale, opwaartse of neerwaartse richting. Als de tape breekt, kan het moeilijk
zijn om deze volledig te verwijderen.
Als de afdichtingstape in het midden hapert, trek de tape dan geheel uit de tonercassette. Afdichtingstape die in de
tonercassette achterblijft, kan leiden tot een afname van de afdrukkwaliteit.
Voer de verwijderde afdichtingstape af volgens de geldende voorschriften.
7
Installeer de tonercassette.
Druk de tonercassette stevig in de printer totdat de cassette de achterkant van de printer raakt. Lijn daarbij beide zijden van
de tonercassette uit met de geleiders binnenin de printer (A).