Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

5. Installatie
(vervolg)
6. Gebruik
E 1995 Nordson Corporation
Alle rechten voorbehouden
S
Controleer of de vloer van de spuitzone met de aarde verbonden is of
dat het platform van de operateur geaard is.
S
Til zware apparatuur enkel op aan de gemarkeerde punten of oren.
Zware apparatuur dient in evenwicht gehouden en geblokkeerd te
worden, wanneer ze opgetild wordt, zodat ze niet kan gaan schuiven.
Hefwerktuigen moeten geïnspecteerd, gecertificeerd en berekend zijn
voor een nominaal gewicht, dat groter is dan hetgeen opgetild wordt.
S
Gebruik geen niet-gekeurde vloeistofslangen. Zij kunnen snel door
oplosmiddelen aangetast worden, waardoor brandbaar materiaal of
materiaal onder druk kan ontsnappen.
S
Bescherm de componenten tegen beschadiging, slijtage en harde
omgevingsomstandigheden.
S
Stel genoeg ruimte ter beschikking voor het uitvoeren van onder­
houdswerkzaamheden, voor het aanvoeren en opladen van de
materiaalverpakkingen, voor de toegankelijkheid van de bedieningse­
lementen en voor het verwijderen van afdekkingen.
S
Beveilig de apparatuur met de nodige toestellen, zoals voorgeschre­
ven in de veiligheidsvoorschriften, die van toepassing zijn.
S
Wanneer veiligheidsapparatuur voor de installatie verwijderd dient te
worden, breng ze dan onmiddellijk terug aan, nadat het werk is
beëindigd en controleer de werking ervan.
Deze apparatuur mag enkel door gekwalificeerd personeel bediend
worden, dat fysisch in orde is en geen beperkingen heeft wat betreft
beoordelingsvermogen en reactietijd.
Lees alle componenten-handleidingen, alvorens deze apparatuur te
gebruiken. Om deze apparatuur veilig en efficiënt te kunnen bedienen is
het nuttig over een goed begrip van alle systeem-componenten en hun
vereisten te beschikken.
S
Gebruik deze apparatuur enkel in een omgeving, waarvoor ze gedacht
is. Gebruik ze niet in vochtige, brandbare of explosieve omgevingen,
tenzij ze daarvoor voorzien is.
S
Voordat de apparatuur in bedrijf genomen wordt, dienen alle veilig­
heids-vergrendelingen en beschermingen, zoals afdekkingen en
panelen nagekeken te worden. Overtuig u ervan dat alle toestellen
functioneel zijn. Zet het systeem niet in gang, indien dit niet het geval
is. Deactiveer of overbrug geen automatische veiligheidsvergrendelin­
gen, elektrische blokkeringen of pneumatische ventielen.
Uitgave 05/95
Veiligheidsvoorschriften
A1DU-02-[SF-LIQD]-1
1‐5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave