Instellingen wijzigen
Overige instellingen wijzigen
U kunt in de instellingsmodus be-
paalde instellingen wijzigen en functies
kiezen om het koeltoestel aan uw ge-
woontes aan te passen.
Nadere toelichting en informatie over
deze instellingen vindt u op de vol-
gende pagina's.
Wanneer het toestel in de instellings-
modus staat, wordt het deuralarm of
een andere waarschuwing automa-
tisch onderdrukt. Op de display wordt
geen symbool weergegeven en er
klinkt geen zoemer. Uitzondering: bij
een storing in het toestel (F + cijfers)
wordt de instellingsmodus direct uit-
geschakeld. De foutcode verschijnt op
de display en er klinkt een zoemer (zie
het hoofdstuk "Nuttige tips", paragraaf
"Meldingen op de display").
Het kiezen van de gewenste instelling
2
°C
-18
°C
Startscherm
Druk op .
36
Instellingsmodus
Blader met de pijltoetsen of naar
links of rechts.
Midden op de display verschijnt het
symbool van de instelling die u kunt kie-
zen.
Rechts en links op de achtergrond ziet
u de symbolen van de volgende moge-
lijke instelling; die kunt u echter niet kie-
zen.
Raak het symbool van de gewenste
instelling aan (zie het hoofdstuk
"Overzicht instellingen").
Naargelang welke instelling u kiest, zijn
er twee mogelijkheden:
1. U komt in een submenu en kunt nu
een instelling kiezen of een waarde
invoeren.
2. U kiest de instelling direct. Het sym-
bool kleurt oranje en bevestigt daar-
door uw keuze. Kleurt het symbool
wit, dan is de functie niet geacti-
veerd.