7.8. PC regeling toestel
Is een accessoire en voor de implementatie is de speciale netwerkmodule "Ping2"nodig. Aansluitschema's en
installatie benodigdheden worden bij de "Ping2" module geleverd
Na het aansluiten van de toestellen door deze speciale networkmodule op het computer network of via inter-
net na het geven van een IP adres. D.m.v. een ventilatieregeling visualisatieprogramma kan vanaf een computer
niet alleen de gegevens bekeken worden, maar ook regelen: aan/uit schakelen, aanpassen van de ventilatiestand
en enz. Ook foutmeldingen kunnen daar bekeken worden.
7.9. Foutoplossing
Als het toestel niet werkt:
•
Zorg dat het toestel is aangesloten op de netvoeding.
•
Controleer of de hoofdschakelaar van het toestel aan staat (indien van toepassing).
•
Controleer alle aansluitblok zekeringen. Indien nodig, vervang kapotte zekeringen door nieuwe met dezelfde
technische eigenschappen (type zekering wordt weergegeven in het bedradingsschema).
•
Controleer of er geen foutmeldingen worden aangegeven in de bediening. Indien aanwezig moet deze eerst
verholpen worden. Om deze op te lossen gebruik tabel 7.9, welke de foutmeldingen beschrijft.
•
Als er niets aangegeven wordt op het panel, controleer of de kabelaansluiting tussen toestel en bediening
niet verbroken is.
Tabel 7.9. Foutmeldingen op het bedieningspaneel, mogelijke redenen en het oplossen ervan
Melding
UAB Amalva behoudt het recht om veranderingen door te voeren zonder dit vooraf kenbaar te maken
LED
Mogelijke reden
Rood en groen
Toevoerfilter is vervuild.
knippert
Rood en groen
Afzuigfilter is vervuild.
knippert
Toevoertemperatuur
Rood licht
toegestane niveau.
Toevoertemperatuur
Rood licht
toegestane niveau.
Toevoermotor oververhitting door
Rood licht
overbelasting.
Afzuigmotor
Rood licht
overbelasting.
Rood en groen
Verwarming is losgekoppeld door
knippert
te lage luchtstroom.
Oververhittingsbevei-liging
Rood licht
trische verwarming is geactiveerd.
Retourwater temperatuur gedaald
Rood licht
tot onder toegestande niveau.
Temperatuur van lucht die doorheen
plaatvormige warmtewisselaar gaat
Rood licht
gedaald tot onder toelaatbaar ni-
veau.
Rotorriem is gebroken of fout in de
Rood licht
rotormotor.
Brandalarm vanuit het brandsys-
Rood licht
teem van het gebouw.
Na het uitschakelen van de unit moet het filter
vervangen worden.
Na het uitschakelen van de unit moet het filter
vervangen worden.
onder
Controleer programma instellingen, toestel
warmtewisselaar en verwarming.
boven
het
Controleer programma instellingen, toestel
warmtewisselaar en verwarming.
Controleer of de filters aanwezig zijn, of de
deuren gesloten zijn, of het ventilatiesysteem
correct geinstalleerd is.
Controleer of de filters aanwezig zijn, of de
oververhitting
door
deuren gesloten zijn, of het ventilatiesysteem
correct geinstalleerd is.
Als de heater weer afkoeld, reset de
beveiliging automatisch. Aanbevolen het
ventilatievolume te verhogen.
Om de beveiliging te resetten, dient op de
elek-
"RESET" knop gedrukt te worden op de
verwarmingsbatterij.
Controleer circulatiepomp en verwarmingssys-
teem en mengklep motor.
Controleer omloopgeluiddempertoestand en
actuatorprestaties. Het is aan te raden venti-
latieniveau te verlagen.
Controleer rotoraandrijving en
rotatiebeveiligingsensor.
Als het brandalarm verdwijnt, moet het to-
estel opnieuw gestart worden op het bedi-
eningspaneel.
Oplossing
121