Opbouw en functie
Bedieningsconcept
5.7
Bedieningsconcept
Aangezien het plasma-lasproces zich direct op het TIG-lasproces baseert, zijn de TIG-
beschrijvingen, op enkele uitzonderingen na, ook van toepassing voor het plasma-
lassen.
Af fabriek worden er in de apparaatbesturing alle tot een bepaalde lasopdracht behorende en vereiste
instellingen opgeslagen en van een jobnummer voorzien. Door het selecteren van dit jobnummer zijn alle
voor de lasopdracht vereiste instellingen direct beschikbaar.
Af fabriek zijn voor dit lasapparaat de volgende job-instellingen (incl. de in functieverloop ingestelde
parameters) doorgevoerd:
•
Job 0 = "TIG-lassen"
•
Job 1 tot 7 = "polariteit DC-plasmalassen"
Alle jobs in de apparaatbesturing kunnen naar wens worden veranderd resp. aangepast.
De uitgevoerde instellingen van de desbetreffende lasopdrachten worden opgeslagen
en zijn bij het volgende laswerk (onder het desbetreffende jobnummer) direct
beschikbaar.
Via de seriële PC-interface en de PC 300 software kunnen daarnaast nog andere
parameters en grenswaarden worden ingesteld.
5.7.1
Lasgegevens-display
De volgende parameters kunnen vóór (instelwaarden) of tijdens (werkelijke waarden) het lassen worden
weergegeven:
Parameter
Lasstroom
Lasspanning
JOB-nummer
Parameter-tijden
Parameter-stromen
5.7.1.1
Instelling lasparameters
De tijdens het principeschema van de apparaatbediening in te stellen parameters zijn van de
geselecteerde lasopdracht afhankelijk. Dit betekent dat wanneer er bijv. geen pulsvariant is geselecteerd
er ook in het principeschema geen pulstijden zijn in te stellen.
28
INSTRUCTIE
INSTRUCTIE
Vóór het lassen (instelwaarden)
Tijdens het lassen (werk. waarden)
099-007017-EW505
09.08.2011