1)Draai met een schroevendraaier één schroef los die vastzit tussen het EVA-filternet en de achterschaal,
en neem het EVA-filternet eruit.
Leg het EVA-filter in warm water met een neutraal afwasmiddel (ongeveer 40 ℃ / 104 ℉) en droog het in de
schaduw na het schoonspoelen.
VIII. Opslag van de unit:
1: Schroef het afvoerdeksel los, maak de waterplug los en voer het water in de waterbak af in een ander
waterreservoir of kantel de behuizing om het water in een andere reservoirs af te voeren.
2: Schakel de unit in, stel het in op de ventilatiemodus met weinig wind en handhaaf deze stand totdat de
afvoerleiding droog is, zodat de binnenkant van de behuizing droog blijft en schimmelvorming wordt
voorkomen.
3: Schakel de unit uit, koppel de aan/uit-stekker los en wikkel het netsnoer rond de wikkelpaal; installeer de
waterplug en het afvoerdeksel.
4: Verwijder de uitlaatpijp en bewaar het goed.
5: Dek de unit af met een plastic zak. Bewaar de unit op een droge plaats, houd het buiten het bereik van
kinderen en neem maatregelen tegen stofvorming.
6: Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening en bewaar ze goed.
Opmerking: Zorg ervoor dat de behuizing op een droge plaats staat en bewaar alle onderdelen goed.
IX. Problemenoplossing I
Informatie over onderhoud
1.
Controles voor de omgeving
1)
Alvorens te beginnen met werkzaamheden aan systemen die ontvlambare koelmiddelen bevatten, moeten
veiligheidscontroles worden uitgevoerd om ervoor te zorgen dat het risico op ontsteking tot een minimum
wordt beperkt. Voor reparaties aan het koelsysteem moeten de volgende voorzorgsmaatregelen in acht
worden genomen alvorens werkzaamheden aan het systeem uit te voeren.
Werkprocedure
2)
De werkzaamheden moeten worden uitgevoerd volgens een gecontroleerde procedure, zodat het risico van
de aanwezigheid van ontvlambaar gas of ontvlambare dampen tijdens de uitvoering van de werkzaamheden
tot een minimum wordt beperkt.
Algemene werkomgeving
3)
Al het onderhoudspersoneel en anderen die in de omgeving werkzaam zijn, moeten worden geïnstrueerd over
de aard van de werkzaamheden die worden uitgevoerd. Werk in besloten ruimten moet worden vermeden. De
omgeving rondom de werkruimte moet worden afgezet. Zorg ervoor dat de omstandigheden in de omgeving
veilig zijn gemaakt door controle van ontvlambaar materiaal.
Controle op de aanwezigheid van koelmiddel
4)
Vóór en tijdens de werkzaamheden moet het gebied worden gecontroleerd met een geschikte
koelmiddeldetector, zodat de monteur zich bewust is van mogelijk ontvlambare atmosferen. Zorg ervoor dat de
gebruikte lekdetectieapparatuur geschikt is voor gebruik met ontvlambare koelmiddelen, d.w.z. vonkvrij,
afdoende afgedicht of intrinsiek veilig.
Aanwezigheid van brandblusser
5)
Indien aan de koelapparatuur of aanverwante onderdelen laswerkzaamheden moeten worden verricht,
12