Tankmethode
Tijdens de praktische kalibratie van de opnemer van de doorstroom-
meter wordt de tank gedeeltelijk geledigd door de spuitdoppen. Tijdens
het leegraken berekent het display de uitgestoten hoeveelheid op ba-
sis van de gebruikte kalibratiewaarde (PPU). De getoonde waarde
wordt vergeleken met de werkelijk gedoseerde waarde.
Dit kan gebeuren aan de hand van de tankvullingsindicator of aan de
hand van het gewichtsverschil voor en na de kalibratie. De afgelezen
hoeveelheid corrigeren, zodat de werkelijk gedoseerde hoeveelheid
wordt afgelezen.
Methode
1. Plaats de tank op een horizontale vloer en vul met water tot het ni-
veau een bepaalde waarde bereikt op de tankvullingsindicator, b.v.
1000 liter.
2. Open alle boomsecties.
3. Open het menu en zet de AAN/UIT hoofdkraan aan.
4. Als bijvoorbeeld 600 liter uit de tank is verspoten, af te lezen op de
tankvullingsindicator, de AAN/UIT hoofdkraan afsluiten.
5. Corrigeer de hoeveelheid die op het display wordt weergegeven
met de pijltjestoets, zodat de verspoten hoeveelheid, zoals de
tankvullingsindicator aangaf, wordt afgelezen. Het display toont
even de nieuwe kalibratiewaarde PPU, wanneer u terugkeert naar
het menu.
24
F L O W C A L I B R A T I E
T a n k m e t h o d e
TA N K M E T H O D E
V e r s p o t e n x x x x L
Het display gaat dan het volume berekenen dat
door de spuitdoppen de tank verlaat.