Dell Diagnostics
Als zich een probleem met de computer
voordoet, voert u eerst de controles uit
die worden beschreven in 'Vastlopen en
softwareproblemen' op pagina 44 en voert u
Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uit voordat
u contact met Dell opneemt voor technische
ondersteuning.
Het verdient aanbeveling om deze procedures af
te drukken voordat u begint.
OPMERKING: Dell Diagnostics werkt alleen
op Dell-computers.
OPMERKING: De schijf Drivers and Utilities
is optioneel en is mogelijk niet met uw
computer meegeleverd.
Raadpleeg de Comprehensive Specifications
(Uitgebreide specificaties) om de
configuratiegegevens van uw computer te
bekijken en te controleren of het apparaat
dat u wilt testen in het hulpprogramma voor
Ondersteuningshulpmiddelen gebruiken
systeeminstellingen wordt weergegeven en is
geactiveerd.
Start Dell Diagnostics vanaf de vaste schijf of
vanaf de schijf Drivers and Utilities .
Dell Diagnostics starten vanaf de harde
schijf
Het hulpprogramma Dell Diagnostics bevindt
zich op een verborgen partitie op de harde
schijf.
OPMERKING: Zie 'Contact opnemen met
Dell' op pagina 69 als uw computer geen
beeld geeft.
1.
Controleer of de computer is aangesloten op
een werkend stopcontact.
2.
Start de computer (opnieuw) op.
Druk op <F12> zodra het DELL
3.
verschijnt. Selecteer Diagnostics in het
opstartmenu en druk op <Enter>. Hierdoor
wordt op uw computer mogelijk de PSA (Pre-
Boot System Assessment) opgeroepen.
-logo
™
51