Verbinden via draadloos LAN
Om af te drukken verbindt u dit apparaat en een computer via een droodloze LAN.
Het bekabeld LAN1 en het draadloos LAN kunnen tegelijkertijd worden gebruikt. Als draadloos LAN1 en draadloos
LAN verbonden zijn met hetzelfde subnet, kan de communicatie onstabiel zijn.
Plaats een elektrisch apparaat (vooral microgolfoven of digitale snoerloze telefoon) dat zwakke elektrische golven
uitzendt niet naast dit apparaat.
De communicatiesnelheid van de draadloos LAN-verbinding kan afhankelijk van de omgeving trager zijn dan
bekabelde LAN-verbinding of USB-verbinding. Voor het afdrukken van grote gegevens zoals foto's raden we u aan
om via een draadloos LAN- of USB-verbinding af te drukken.
Als er gedetailleerde instellingen zoals beveiliging en server nodig zijn, dient u die vanaf de webpagina van dit
apparaat in te stellen.
Webpagina (Dit apparaat vanaf een computer beheren)(Gebruikershandleiding)
Verbindingsvorm
Er zijn twee soorten verbindingsvormen tussen dit apparaat en de computer via draadloos LAN. Selecteer de
verbinding op basis van uw omgeving en bereid volgens de onderstaande tabel het nodige voor de verbinding.
Draadloos LAN (infrastructuur) en draadloos LAN (AP-modus) kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt.
Het bekabeld LAN1 en het draadloos LAN kunnen tegelijkertijd worden gebruikt.
Aangezien de communicatie onstabiel kan zijn als het bekabeld LAN1 en draadloos LAN tegelijkertijd verbonden zijn
met hetzelfde subnet, dient u met een ander subnet te verbinden.
Type
Afbeelding
verbinding
Beschrijvi
Verbind dit apparaat en de draadloze terminal
ng
(computer, tablet, smartphone enz.) via een
toegangspunt.
Vereiste
Controleer de volgende informatie en maak een
voorbereid
notitie.
ingen
Draadloze instellingen van de printer
Automatische/handmatige instelling van het
IP-adres
Voor handmatige instelling:
Controleer of uw draadloze LAN-toegangspunt
de volgende omgeving ondersteunt.
Standaard: IEEE 802.11 a/b/g/n
Toegangsmodus: Modus Infrastructuur
Controleer of de draadloze
LAN-toegangspunten WPS (Wi-Fi Protected
Setup) ondersteunen.
Als WPS niet wordt ondersteund, controleer dan
de SSID en de encryptiesleutel in de
gebruikershandleiding die met uw draadloze
toegangspunt is meegeleverd.
Aansluitm
Verbinden via een toegangspunt
ethode
(infrastructuur)(P.41)
Infrastructuur
IPv4-adres
Subnetmasker
Gateway-adres
Draadloos LAN-toegangspunt
SSID
Encryptiesleutel
Na voorbereiding van het apparaat verbinding maken met de pc
Stel dit apparaat in als een draadloos toegangspunt
en verbind ze rechtstreeks met de draadloze terminal
(computer, tablet, smartphone enz.).
Controleer of uw draadloze terminal de volgende
omgeving ondersteunt.
Standaard: IEEE 802.11 b/g/n
Beveiliging: WPA2-PSK(AES)
Controleer of uw draadloze terminal WPS-PBC
ondersteunt (drukknop).
Als u niet zeker bent of WPS-PBC wordt
ondersteund, verbind dan handmatig nadat u dit
apparaat hebt ingeschakeld.
Rechtstreeks met dit apparaat verbinden
(AP-modus)(P.53)
- 40 -
AP-modus