Montage en inbedrijfstelling
18
4.
Geen afsluitinrichtingen gebruiken.
5.
Slangverbindingen borgen met slangklemmen, die over de
gehele omtrek aansluiten.
Onder de volgende voorwaarden kunnen als alternatief
snelsluitkoppelingen (eenzijdig afsluitend, nominale breedte 7,2,
Rectu Base type 26) op de aansluiting aan de tankzijde van de
drukleiding en van de meetleiding van de bewakingsruimte gebruikt
worden:
•
Het koppelingsgedeelte met het sluitelement wordt direct stevig
op de tank gemonteerd.
•
Het aansluitstuk voor de druk- en meetleiding wordt met één
klem per slangleiding geborgd.
•
De druk- en meetleiding moeten zodanig worden gemonteerd
en aangesloten dat ze niet kunnen verdraaien.
De snelsluitkoppelingen maken het vullen van de bewakingsruimte
met gedroogde lucht af fabriek mogelijk, waardoor de inbedrijfstelling
ter plekke aanzienlijk sneller verloopt. Hierbij moet erop worden gelet
dat:
•
er alleen gedroogde lucht (of stikstof) in de bewakingsruimte
aanwezig is,
•
het koppelingsgedeelte aan de tankzijde bij de montage niet
verontreinigd is om een beschadiging van de pakking te
voorkomen.
6.
De afdekking over de slangaansluitingen schuiven om ze te
beschermen.
Europress