2.2 Vóór en tijdens de rit
bespreken. Elke gebruiker van de caravan moet
weten wat hem/haar te doen staat in geval van
brand.
Wat te doen als het alarmsignaal klinkt?
Verlaat de caravan onmiddellijk via de deur of
via een raam, al naar gelang de plek van de
brandhaard, en overeenkomstig de afspraken
die gemaakt zijn tijdens de bespreking van het
vluchtplan. Elke seconde telt. Verknoei geen tijd
met aankleden of het bij elkaar zoeken van waar-
devolle spullen enz. Zodra u de caravan hebt
verlaten, ga dan op een veilige afstand staan.
Alarmeer direct de brandweer, via de buren of
via uw eigen mobiele telefoon. Ga in geen geval
terug de brandende caravan in. Mochten zich
caravans van buren in de gevarenzone bevinden,
alarmeer hen dan bij voorkeur door luid roepen.
Betreed de caravan niet meer voordat de brand-
weer daarvoor toestemming heeft verleend.
De rookmelder dient niet ter voorkom-
ing van brand, noch is hij bedoeld
om een brand te blussen. Bij gebruik
volgens de voorschriften zorgt hij
alleen voor de beslissende seconden
die nodig zijn om uzelf in veiligheid
te brengen en de hulpdiensten te
alarmeren.
Als caravaneigenaar bent u te allen tijde voor
de conditie van uw caravan verantwoordelijk.
Daarom dient u de volgende punten goed in acht
te nemen.
Buitenkant
Loop om de combinatie heen en maak deze als
volgt klaar voor de reis.
Caravan reisklaar maken
• De caravan moet goed aangekoppeld zijn (zie
aanwijzing veiligheidskoppeling AKS 3004).
• Ontgrendel de handrem van de caravan en
koppel de breekkabel aan de kogelhals van
het trekkende voertuig.
• Draai bij de eerste rit de wielmoeren na 50 km
aan.
• Steek de 13-polige stekker in de contactdoos
van het trekkende voertuig.
• Controleer of de verkeersverlichting werkt.
• Draaisteunen omhoogdraaien.
02-3