▼ Met gas vullen van de installatie
Indien er koelvloeistof moet worden bijgevuld,
dan moet dit gebeuren voordat de hydraulische
module met gas gevuld wordt. Zie paragraaf
"Bijvullen", bladzijde 28.
- Verwijder de doppen (A) die toegang geven tot de
bedieningen van de kranen.
- Draai eerst de vloeibare kraan (klein) volledig open en
daarna de gaskraan (grote) met een zeskantsleutel
(tegenuurwijzerzin) zonder te hard op de aanslag te
duwen.
- Koppel de slang van de Manifold snel los.
- Monteer de 2 oorspronkelijke doppen opnieuw
(kijk hun properheid na) en span ze aan met het
aanbevolen koppel. zie
De dichtheid van de doppen wordt enkel door metaal
op metaal verwezenlijkt.
De buitenunit bevat geen aanvullend koelmiddel
hetgeen toelaat om de installatie ontluchten.
Ontluchten door spoeling is streng verboden.
▼ Finale dichtheidstest
De dichtheidstest moet worden uitgevoerd met een
goedgekeurde gasdetector.(gevoeligheid 5g/jaar).
Zodra de koelkring met gas gevuld is zoals hierboven
beschreven, moet de dichtheid van alle koelaansluitingen
van de installatie gecontroleerd worden (4 aanslutingen).
Als de fl arekoppelingen correct werden uitgevoerd, mag
er geen lek zijn. Controleer eventueel de dichtheid van
de doppen van de koelkranen.
Bij geval van een gaslek:
- Voer het gas terug naar de buitenunit (pump down).
De druk mag niet onder de atmosferische druk dalen
(0 bar relatief afgelezen aan het verdeelstuk), teneinde
het opgevangen gas niet te verontreinigen met lucht of
vocht.
- De defecte aansluiting opnieuw maken,
- Herbegin de procedure voor indienststelling.
- 28 -
fi g. 20, bladzijde
25.
▼ Bijvullen
Lengte van de
verbindingen
Bijvullen
De vulling van de buitenunits is afhankelijk van de
maximumafstanden tussen buitenunit en hydraulische
module die gedefi nieerd zijn in de
het geval van grotere afstanden, moet extra R410A
bijgevuld worden. De bijvulling is voor elk type van
toestel afhankelijk van de afstand tussen de buitenunit
en de hydraulische module. Het bijvullen van R410A
moet verplicht door een erkende specialist worden
uitgevoerd.
• Voorbeeld:
Een buitenunit op een afstand van 17 m van de
hydraulische module vergt een bijvulling van:
Bijvulling = (17 - 15) x 50 = 100 g.
Het vullen moet als volgt worden uitgevoerd nadat de
hydraulische module vacuüm gezogen werd en voordat
ze met gas gevuld wordt:
- Koppel de vacuümpomp los (gele slang) en sluit in
de plaats daarvan een fl es R410A aan in de stand
waarin vloeistof wordt afgenomen.
- Open de kraan van de fl es.
- Ontlucht de gele slang door ze lichtjes los te draaien
aan de kant van de manometerset.
- Plaats de fl es op een weegschaal met een minimale
nauwkeurigheid van 10 g. Noteer het gewicht.
- Draai de blauwe kraan voorzichtig een beetje open en
houd de door de weegschaal aangeduide waarde in
het oog.
- Zodra de aangeduide waarde evenveel gedaald is als
de berekende waarde van de bijvulling, sluit u de fl es
en koppelt u ze los.
- Koppel dan de op het toestel aangesloten slang snel
los.
- Vul de hydraulische module met gas.
Gebruik uitsluitend R410A !
Gebruik alleen gereedschap dat geschikt is
voor R410A (manometerset).
Altijd in vloeibare fase vullen.
De lengte en het maximaal hoogteverschil
mogen niet worden overschreden.
Gas
Vloeistof
fi g. 23 - Gasfl es R410A
alfea excellia A.I. / Installatie / 1876 - NL
50 g R410A
per extra meter
15 m
20 m max.
Geen
250 g
bladzijde
R410A
24. In