Inhoudsopgave
Advertenties
OSM-besturingselementen (On-Screen-Manager) –
computerinvoer
Druk op de OMHOOG- of
OMLAAG-knop om een
submenu te selecteren.
Afstandsbediening
Druk op de OMHOOG- of
OMLAAG-knop om een
selectie te maken.
Bedieningspaneel
BRIGHTNESS
CONTRAST
SHARPNESS
BLACK LEVEL
OSM screen
COLOR CONTROL
COLOR TEMPERATURE
PICTURE RESET
:SEL EXIT:PRE SET:NEXT MENU:END
Hoofdmenu
PICTURE (Beeld)
Submenu
BRIGHTNESS
(Helderheid)
CONTRAST
(Contrast)
*:alleen INPUT RGB2/3
SHARPNESS
(Scherpte)
*:alleen INPUT RGB2/3
BLACK LEVEL
(Zwartniveau)
*:alleen INPUT RGB2/3
COLOR CONTROL
(Kleurenbeheer)
Druk op de knop
SET (Instellen) om
uw keuze te
bevestigen.
SET
SET
Druk op de knop
INPUT (Invoer) om
uw keuze te
bevestigen.
INPUT
OMHOOG- of
Knop INPUT
OMLAAG-knop
BRIGHTNESS
BRIGHTNESS
CONTRAST
SHARPNESS
-
BLACK LEVEL
COLOR CONTROL
COLOR TEMPERATURE
PICTURE RESET
:SEL EXIT:PRE SET:NEXT MENU:END
:SEL
CONTRAST
BRIGHTNESS
CONTRAST
SHARPNESS
-
BLACK LEVEL
COLOR CONTROL
COLOR TEMPERATURE
PICTURE RESET
:SEL
:SEL EXIT:PRE SET:NEXT MENU:END
SHARPNESS
BRIGHTNESS
CONTRAST
SHARPNESS
-
BLACK LEVEL
COLOR CONTROL
COLOR TEMPERATURE
PICTURE RESET
:SEL EXIT:PRE SET:NEXT MENU:END
:SEL
BLACK LEVEL
BRIGHTNESS
CONTRAST
SHARPNESS
-
BLACK LEVEL
COLOR CONTROL
COLOR TEMPERATURE
PICTURE RESET
:SEL EXIT:PRE SET:NEXT MENU:END
:SEL
COLOR CONTROL
BRIGHTNESS
R
CONTRAST
Y
SHARPNESS
G
BLACK LEVEL
C
COLOR CONTROL
B
COLOR TEMPERATURE
M
PICTURE RESET
S
:SEL EXIT:PRE SET:NEXT MENU:END
:SEL
Nederlands-21
Druk op OMHOOG of OMLAAG en
op de PLUS- of MINUS-knop om
een functie of besturingselement te
selecteren.
SET
Druk op de OMHOOG- of
OMLAAG-knop om een
selectie te maken.
BRIGHTNESS
:SEL
EXIT:PRE
MENU:END
Hiermee stelt u de algemene helderheid van het beeld
en de achtergrond op het scherm in.
50
+
Druk op de '+'-knop om de helderheid te verhogen.
Druk op de '–'-knop om de helderheid te verlagen.
EXIT:PRE
MENU:END
Hiermee stelt u de helderheid van het beeld ten
opzichte van de achtergrond in.
50
+
Druk op de '+'-knop om het contrast te vergroten.
Druk op de '–'-knop om het contrast te verkleinen.
EXIT:PRE
MENU:END
Met deze functie kunt u op digitale wijze ervoor zorgen
dat u bij elke signaaltiming een duidelijk beeld hebt.
50
Deze functie is voortdurend aanpasbaar voor een
+
duidelijk of zachter beeld, afhankelijk van uw voorkeur,
en wordt onafhankelijk ingesteld door verschillende
signaaltimings.
EXIT:PRE
MENU:END
Druk op de '+'-knop om de scherpte te verhogen.
Druk op de '–'-knop om de scherpte te verlagen.
Druk op de '+'-knop om het zwartniveau te vergroten.
50
Druk op de '–'-knop om het zwartniveau te verkleinen.
+
EXIT:PRE
MENU:END
U kunt de gewenste kleuren instellen met behulp van
zes vooraf ingestelde kleurensets. In elke kleurenset
0
0
kunt u een hogere of lagere kleurentemperatuur
0
0
instellen. R, Y, G, C, B, M, S: hiermee verhoogt of
0
verlaagt u de kleur rood, geel, groen, cyaan, blauw of
0
0
magenta en de verzadiging, afhankelijk van de optie
EXIT:PRE
MENU:END
die is geselecteerd. Als u een kleur verandert, is dit
onmiddellijk zichtbaar op het scherm. De instelling
(hoger of lager) wordt door de kleurenbalken
aangegeven.
Druk op de knop MENU
(Menu) of EXIT (Afsluiten)
om uw keuze te bevestigen.
MENU
SET
EXIT
Druk op de knop
INPUT (Invoer) om
uw keuze te
bevestigen.
INPUT
PICTURE
SCREEN
AUDIO
PICTURE IN PICTURE
CONFIGURATION 1
CONFIGURATION 2
:SEL EXIT:PRE SET:NEXT MENU:END
Advertenties
Inhoudsopgave
