12. ONDERHOUD
RISICO'S
PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN
F
Vo o r a f g a a n d o p h e t u i t v o e r e n v a n o n -
derhoudswerkzaamheden moet de elektrische
netvoeding worden losgekoppeld. In geval de
scheidingsschakelaar niet zichtbaar is, moet een bord
worden aangebracht met het opschrift "OPGELET -
Onderhoud in uitvoering". Herstel de elektrische
voeding na het voltooien van het onderhoud en na
de omgeving te hebben opgeruimd.
Het is niet toegestaan om de afdekking van de kaart
te verwijderen. Voor geen enkel onderhoud is het
nodig om deze te verwijderen.
!
De slagboom mag niet vrij worden gelaten. Indien de
slagboom voor langere tijd buiten dienst wordt gezet,
dan dient de boom te worden verwijderd.
Laat het onderhoud uitvoeren door de installateur/
onderhoudsmonteur.
Neem alle aanwijzingen en veiligheidsaanbevelingen
van deze handleiding in acht.
Baken het werkgebied af en verbied de toegang/do-
organg. Laat het werkgebied niet onbewaakt achter.
Het werkgebied moet in orde worden gehouden
en opgeruimd worden na het voltooien van het
onderhoud.
Alvorens de werkzaamheden te starten, moet ge-
wacht worden tot de onderdelen, die onderhevig zijn
aan verhitting, zijn afgekoeld.
Voer geen wijzigingen uit op de originele onderdelen.
FAAC S.p.A. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor
schade veroorzaakt door gewijzigde of onklaar
gemaakte componenten.
De garantie vervalt wanneer er met de onderdelen
geknoeid wordt.
Gebruik voor de vervangingen uitsluitend originele
onderdelen FAAC.
B614
12.1 GEWOON ONDERHOUD
De Gewoon onderhoud geeft een indicatie van de pe-
riodieke handelingen die nodig zijn om de automatise-
ring efficiënt en veilig te houden. Deze indicatie dient
als richtlijn te worden beschouwd. De installateur/
fabrikant van de machine moet het onderhoudsplan
van de automatisering bepalen door de lijst aan te
vullen of de onderhoudsintervallen te wijzigen op
basis van de kenmerken van de machine.
13 Gewoon onderhoud
Wanneer de hieronder aangegeven controles niet-
voorziene omstandigheden vaststellen, moet gezorgd
worden voor het herstel. Het is verboden de installatie
in bedrijf te stellen zolang niet alle veiligheidsvoor-
schriften uit deze handleiding en de documentatie van
alle andere onderdelen in acht zijn genomen.
Handelingen
Frequentie (maanden)
Structuren
Controleer de sokkel, de structuren en de delen van het ge-
bouw/de omheining in de nabijheid van de automatisering:
deze mogen geen beschadigingen, barsten, breuken of
verzakkingen vertonen.
Controleer de actieradius van de boom: hierin mogen geen
voorwerpen/ophopingen aanwezig zijn die de beveiligingen
kunnen beperken, en/of obstakels die de beweging van de
boom kunnen belemmeren, zoals kabels, takken, enz...
Controleer de afwezigheid van haken of gevaarlijke uit-
steeksels.
Slagboom
Controleer de bevestiging van de dragende behuizing op
de bodemplaat.
Controleer de slagboom en de bevestigingselementen op
intacte staat, afwezigheid van vervormingen, roest, enz.
Controleer de correcte aanscherping van bouten en schro-
even.
Controleer de intacte staat en de correcte bevestiging van
de boom.
Controleer de intacte staat en de correcte bevestiging van
de boom.
Controleer de aanwezigheid en intacte staat van de reflecto-
ren op de boom en andere nodige waarschuwingssignalen.
Controleer de intacte staat en juiste bevestiging v de veer
en trekstangen.
Controleer de configuratie en uitbalancering van de
slagboom.
Controleer de intacte staat, de correcte werking en de afstel-
ling van de eindschakelaars.
54
12
12
12
6
12
12
12
6
12
12
12
732998 - Rev.B