7.3 SETUP
In setup worden de eindstanden opgeslagen.
Wanneer is een setup vereist
- Bij de eerste inbedrijfname van de automatisering
- Na het vervangen van de kaart
- Iedere keer dat op de display
automatisering niet werkt
- Na het wijzigen van de standen van de eindscha-
kelaars.
Hoe wordt de setup uitgevoerd:
!
Tijdens de SETUP worden de beveiligingen genegeerd;
blijf op afstand en voorkom dat anderen de automa-
tisering benaderen totdat de procedure is voltooid.
De SETUP MOET worden uitgevoerd:
- in aanwezigheid van netspanning
- met automatisering in automatische werking
- met de ingangen
1. Selecteer parameter
--.
de display toont
+
2. Houd de knoppen
S1
drukt Als
knippert, laat de knoppen weer
los. De boom begint te sluiten en stopt zodra
de eindstand is bereikt.
3. Op de display knippert
seconden dicht.
4. Op de display knippert
openen en stopt zodra de eindstand is bereikt.
5. De procedure is voltooid en op de display wordt de
open stand van de automatisering getoond (
B614
50
knippert en de
STOP/EMER
niet actief
tL
in Basisprogrammering,
en - ongeveer 3 sec. inge-
S2
. De boom blijft enkele
S3
. De boom begint te
01
).
42
732998 - Rev.B