5.2 HET PLAATSEN VAN DE BODEMPLAAT
RISICO'S
PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN
F
De handelingen moeten zonder elektrische voeding
worden uitgevoerd.
!
- De slagboom moet geïnstalleerd worden met de
bodemplaat.
- Het als bijlage van deze handleiding geleverde
funderingsschema verstrekt de louter indicatieve
kenmerken van de fundering. Het schema toont de
slagboom binnen de in deze handleiding aangegeven
maximale toepassingsgrenzen, en onder de zwaarste
omstandigheden. De installateur is verantwoordelijk
voor de beoordeling van de afmetingen en de mate-
rialen van de fundering op basis van de kenmerken
van de bodem en de omgeving van installatie. Voer,
indien nodig, een structurele berekening uit.
1. Graaf het gat in de grond. Vul met beton en laat
de buizen voor de elektrische kabels naar buiten
steken.
2. (8) Bodemplaat monteren.
3. (9) Laat de bodemplaat in de fundering zakken
en laat de bovenkant vrij.
!
De plaat moet in het midden van de sokkel staan.
De kabeldoorvoer moet in overeenstemming zijn met
de voorziene draairichting van de boom (boomzijde,
deurzijde).
De buizen voor de kabels moeten circa 20 cm uit het
gat op de plaat steken.
Controleer de horizontale stand van de plaat met
een waterpas.
Verwijder het betonresten van de plaat en de moeren
met ringen, om latere afstellingen mogelijk te maken.
4. Wacht tot het beton is uitgehard.
B614
22 mm
19
8
boomzijde
deurzijde
B614
9
732998 - Rev.B