64 Telefoonfuncties gebruiken
3.1 De telefoon gebruiken
Net als bij een gewone mobiele telefoon kunt u het toestel gebruiken om
telefoontjes te plegen en berichten te schrijven, ontvangen en bijhouden.
U kunt ook rechtstreeks vanuit Contactpersonen een nummer kiezen en
eenvoudig telefoonboekgegevens kopiëren van uw SIM-kaart naar het
toestel.
Het Telefoonscherm
Vanuit het Telefoonscherm heeft u toegang tot Oproepen, Snelkeuze en
Telefooninstellingen. U opent het Telefoonscherm als volgt:
•
Tik op Start > Telefoon.
•
Druk op de KIES/
VERZENDEN-toets.
De PIN invoeren
De meeste SIM-kaarten zijn voorzien van een PIN die wordt geleverd door
uw serviceprovider.
1.
Voer de PIN in die u van uw serviceprovider hebt gekregen.
2.
Tik op Enter.
Opmerking Als driemaal de verkeerde pincode is ingevoerd, wordt de SIM-kaart
De telefoonfunctie aan- en uitzetten
In veel landen is het wettelijk verplicht de telefoon aan boord van
vliegtuigen uit te schakelen.
De telefoonfunctie in- of uitschakelen
1.
Tik op Start > Programma's > Comm Manager.
2.
Tik in het venster van Comm Manager op de Telefoon-knop om de
telefoonfunctie in- of uitschakelen. Indien ingeschakeld, is de AAN-
indicator geactiveerd.
geblokkeerd. Als dit gebeurt, kunt u de kaart deblokkeren met de PUK-
code (PIN Unblocking Key) die u van uw serviceprovider hebt gekregen.
KIES/
VERZENDEN-
toets