4.4.1
Stopplaatsen maken
Op iedere plaats waar u de lift wilt laten stoppen, moet u een stopplaats maken.
Afhankelijk van de uitvoering kan de stopplaats uit deze onderdelen bestaan:
Bedieningskast (optie) of kabeldoos
Etageafsluiting (verplicht)
Aanslag etageafsluiting
Opmerking
De uitbouw is niet nodig indien de lift is uitgerust met de optionele zij-
uitvalbeveiliging; dit is een oprijklep met hekwerken die het gat tussen de
lift en de steiger afschermen.
Wanneer de lift is voorzien van de optionele zij-uitvalbeveiliging dient de
plaatsing aan de volgende voorwaarden te voldoen:
- minimaal 10 cm oplegging van 0,6 m klep op uitstapplaats,
- verankerd (of gefixeerd aan steiger tot vrijstaande hoogte).
- er dient gebruik te worden gemaakt van een originele De Jong zij-
uitvalbeveiliging met hand-, knie- en voetregel.
Let op
Zorg dat de wartels van de elektrische kasten en dozen altijd aan de
onderzijde zitten, zodat er geen water de kasten in kan lopen en dat
stekkerverbindingen afgeschermd zijn van weersinvloeden.
Let op
Zorg dat de stekkerverbindingen van de etageafsluitingen en de
etagebedieningskasten horizontaal opgehangen worden (aan bijvoorbeeld
een leuning of ligger van de steiger) zodat er geen regenwater in de
stekers kan lopen.
De etageafsluiting is een hek. Plaats de etageafsluiting aan de rand van het
bouwwerk of de steiger, en maak een uitbouw om de afstand tussen de lift en het
bouwwerk te overbruggen. De uitvalklep van de lift moet minimaal 10 cm op de
steiger of de uitbouw rusten.
De uitbouw moet aan de volgende eisen voldoen:
30
PT500 A / SP