104
Spraakherkenning
Spraakherkenning
Via de spraakdoorschakel-toepas‐
sing van het Infotainmentsysteem
hebt u toegang tot de spraakherken‐
ningscommando's op een smart‐
phone. Raadpleeg de gebruiksaan‐
wijzing van de smartphonefabrikant
om te controleren of de smartphone
deze functie ondersteunt.
Om de spraakdoorschakeling te
kunnen gebruiken moet de smart‐
phone zijn verbonden via Bluetooth
3 106.
Spraakherkenning activeren
Houd Y op het stuurwiel ingedrukt
totdat een spraakherkenningssessie
is gestart.
Volume van gesproken vragen
aanpassen
Draai aan ) op het bedieningspaneel
of druk de volumeknop op het stuur‐
wiel omhoog (hoger volume) Y of
omlaag (lager volume) Z.
Spraakherkenning deactiveren
Druk op 6 op het stuurwiel. De
spraakherkenningssessie wordt
beëindigd.