PROBLEEMOPLOSSING
Probleem
De waarden van de
draadloze sensor (van de
temperatuur en de
luchtvochtigheid) worden
niet weergegeven op de
hoofdunit
Op het beeldscherm
worden streepjes
weergegeven
De geïntegreerde
draadloze 6-in-1 sensor
met ultrasone anemometer
geeft geen waarden weer
op de hoofdunit
Oplossing
Zorg ervoor dat de draadloze sensor binnen signaalbereik is.
Reset de sensor en koppel/synchroniseer hem met de
hoofdunit.
Plaats nieuwe batterijen in de draadloze sensor.
Het radiosignaal vanuit de draadloze sensor kan beïnvloed
worden door de afstand, door storingen (door andere
weerstations, draadloze telefoons, televisies en/of
beeldschermen van computers) en door obstakels die zich op
de weg van het naar de hoofdunit overgedragen signaal
bevinden (bijvoorbeeld een muur). Radiosignalen worden in
het algemeen tegengehouden door massief metalen objecten
en door aarde (bijv. een heuvel)
Het is mogelijk dat de sensor niet juist gekoppeld is en dat de
hoofdunit de gegevens heeft aangemerkt als ongeldig, de
hoofdunit dient dus gereset te worden. Houd de knop
], aangebracht op de rechterzijkant van de hoofdunit,
gedurende 3 seconden ingedrukt om haar helemaal leeg te
maken.
Neem de batterijen uit de sensor en dek het zonnepaneel
gedurende enige minuten af, zodat ook de restspanning
verdwijnt. Plaats de batterijen terug en voer de koppeling
opnieuw uit door de hoofdunit uit en in te schakelen op een
afstand van ongeveer 3 meter van de sensor. Het ledlampje
zal gaan knipperen, afhankelijk van de actuele toestand
waarin de sensor zich bevindt. Als het ledlampje niet knippert:
Vervang dan de batterijen van de sensor. Als de
•
batterijen onlangs vervangen zijn, controleer dan hun
polariteit. Als het ledlampje normaal knippert, ga dan
verder met de volgende stap.
Het signaal zou verloren gegaan kunnen zijn t.g.v. een
•
storing of t.g.v. andere factoren die samenhangen met
de locatie van de sensor, misschien zijn de batterijen van
de sensor vervangen en heeft er vervolgens geen
nieuwe koppeling met de hoofdunit plaatsgevonden.
Probeer de hoofdunit uit en in te schakelen.
Plaats de hoofdunit op een afstand van max. 3 meter van
•
de sensor, koppel de voedingsadapter los en wacht 10
seconden. Sluit de voedingsadapter vervolgens weer
aan op de hoofdunit.
68
[ RESET