92
Telefoon
q, w: gesprek aannemen, spraak‐
herkenning activeren.
n, x: gesprek beëindigen/weige‐
ren, spraakherkenning uitschakelen.
Het telefoonportaal kan daarnaast
ook met spraakherkenning worden
bediend 3 85.
Verbinding
De telefoonportal schakelt zichzelf in
en uit via de ontsteking. Bij uitgescha‐
kelde ontsteking kunt u de telefoon‐
portal in- en uitschakelen via het info‐
tainmentsysteem.
U kunt via Bluetooth een verbinding
maken tussen uw mobiele telefoon en
de telefoonportal. Daarvoor moet uw
mobiele telefoon Bluetooth onder‐
steunen.
Om een Bluetooth-verbinding op te
zetten, moet de telefoonportal zijn in‐
geschakeld en moet Bluetooth inge‐
schakeld zijn.
Voor informatie over de Bluetooth-
functie van uw mobiele telefoon zie
de bedieningshandleiding van de mo‐
biele telefoon.
Telefoonspecifieke adapters
Bij het gebruik van een telefoonspe‐
cifieke adapter werkt de telefoon via
de externe antenne. De adapter dient
ook als oplaadstation.
Gebruik alleen adapters die voor uw
auto en uw mobiele telefoon zijn
goedgekeurd.
Mobiele telefoons met een
verbindingsinterface aan de
onderzijde
Adapter installeren
Bevestig de adapter op de basisplaat.
Zorg ervoor dat de contacten op de
juiste manier zijn aangesloten.
Eerst brengt u de voorzijde van de
adapter omlaag, zoals getoond in de
bovenstaande afbeelding.
Dan brengt u de achterzijde omlaag.
Er moet een klikkend geluid hoorbaar
zijn als de adapter wordt vergrendeld.
Om te verwijderen, drukt u op de ont‐
grendelknop op de basishouder en tilt
u de achterzijde van de adapter om‐
hoog.
Mobiele telefoon plaatsen
Plaats de mobiele telefoon in de
adapter. Zorg ervoor dat de contacten
op de juiste manier zijn aangesloten.