Problemen met printcartridges
Verkeerde printcartridge(s)
Verkeerd geplaatste printcartridge(s)
Printcartridge(s) ontbreken
Opmerking
In de onderstaande procedures wordt de problematische printcartridge
met het knipperende waarschuwingslampje aangegeven. Het linker statuslampje
knippert als de driekleurenprintcartridge (links) het probleem veroorzaakt en het
rechter lampje knippert als de zwarte printcartridge (rechts) het probleem
veroorzaakt. Als beide lampjes knipperen is er een probleem met beide
printcartridges of kan de printer niet vaststellen bij welke printcartridge het probleem
zit.
Vaststellen welke cartridge het probleem veroorzaakt
1. Controleer of de printer is ingeschakeld.
2. Open de printerkap. Wacht totdat de printcartridgewagen zich naar de rechterzijde
heeft verplaatst, niet meer beweegt en geen geluid meer maakt.
3. Verwijder de driekleurenprintcartridge uit de sleuf aan de linkerzijde. Druk de
printcartridge naar beneden en schuif hem uit de printcartridgewagen.
4. Sluit de printerkap.
5. Kijk of de fout is verholpen.
•
Als de fout is verholpen, is er een probleem met de driekleurenprintcartridge.
•
Als de fout niet is verholpen, gaat u verder met de volgende stap.
Problemen met printcartridges
81