nog overeenkomt met 80% van het vermogen
in de nieuwe toestand! Verzwakte cellen in
een verouderde accupack zijn niet meer op-
gewassen tegen de hoge prestatievereisten
en betekenen bijgevolg een veiligheidsrisico.
•
Verbruikte accu's niet in het open vuur gooi-
en. Explosiegevaar!
•
Accu niet ontsteken of blootstellen aan verb-
randing.
•
Accu's niet diep ontladen! Door diepe
ontlading wordt schade berokkend aan de
accucellen. De vaakst voorkomende oorzaak
voor diepe ontlading van accupacks is het
langdurig opbergen of niet-gebruik van ge-
deeltelijk ontladen accu's. Stop met de accu
te werken zodra de capaciteit duidelijk ach-
teruitgaat of als de veiligheidselektronica re-
ageert. Berg de accu pas nadat hij helemaal
opgeladen is.
•
Accu's of het toestel beschermen te-
gen overbelasting! Overbelasting leidt
snel tot oververhitting en beschadiging van de
cellen binnen in het accuhuis zonder dat men
de oververhitting buiten waarneemt.
•
Vermijd beschadigingen en stoten!
Vervang onmiddellijk elke accu die per onge-
luk vanaf een hoogte van meer dan één meter
naar beneden is gevallen of die blootgesteld
was aan hevige stoten ook al is het huis van
de accupack blijkbaar onbeschadigd. De
accucellen binnenin kunnen ernstige schade
hebben opgelopen. Gelieve hieromtrent ook
de informatie omtrent de verwijdering van
afgedankte accu's in acht te nemen.
•
Bij overbelasting en oververhitting wordt het
toestel om veiligheidsredenen uitgeschakeld
door de geïntegreerde veiligheidsuitscha-
keling. Let op! Bedien niet meer de AAN/
UIT-schakelaar als de veiligheidsuitschakeling
het toestel heeft uitgeschakeld. Daardoor kan
schade aan de accu worden berokkend.
•
Gebruik enkel originele accu's. Het gebruik
van andere accu's kan leiden tot letsel, explo-
sie en brandgevaar.
Anl_4513422.indb 24
Anl_4513422.indb 24
NL/BE
Aanwijzingen omtrent het laadtoestel en
het laden
•
Gebruik de bijgeleverde lader niet voor het
opladen van niet herlaadbare batterijen.
•
Neem de gegevens in acht die vermeld staan
op het kenplaatje van de lader. Sluit de lader
enkel aan op de netspanning vermeld op het
kenplaatje.
•
Bescherm de lader en de kabel tegen be-
schadiging en scherpe kanten. Beschadigde
kabels of stekkers dienen onmiddellijk door
een elektrovakman te worden vervangen.
•
De lader is niet bedoeld om door personen
(inclusief kinderen) met een beperkt fysiek,
sensorisch en geestelijk vermogen of door
personen, die niet de nodige ervaring en/of
kennis hebben, te worden gebruikt, tenzij dit
onder toezicht van een persoon gebeurt die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid of die
hen aanwijst, hoe het toestel moet worden
gebruikt.
•
Op kinderen moet toezicht worden gehouden
om te voorkomen dat ze dichtbij het toestel
spelen.
•
Geen beschadigde laadtoestellen gebruiken.
•
Gebruik de bijgeleverde lader niet voor het
laden van andere accutoestellen.
•
Bij een flinke belasting wordt de accupack
warm. Laat de accupack voor begin van de
laadbeurt afkoelen op kamertemperatuur.
•
Accu's niet overladen!
Neem de maximale laadtijden in acht.
Deze laadtijden gelden alleen voor ontla-
den accu's. Herhaaldelijk insteken van een
geladen of gedeeltelijk geladen accu heeft
overlading en beschadiging van de cellen tot
gevolg. Accu's niet meerdere dagen in het
laadtoestel laten zitten.
•
Gebruik en laad nooit accu's waarvan
u vermoedt dat de laatste oplading
van de accu langer dan 12 maanden
geleden is. De accu is dan hoogstwaar-
schijnlijk reeds beschadigd (diepe ontlading).
•
Laden bij een temperatuur van onder 10° C
leidt tot chemische beschadiging van de cel
en kan brand veroorzaken.
•
Gebruik geen accu's die tijdens het laden
warm zijn geworden omdat de accucellen
- 24 -
25.10.12 18:33
25.10.12 18:33