P
T
Zoom
Protocol
P bewegi n gssnel h ei d
T bewegi n gssnel h ei d
controle
controle
bediening
PANASONIC
O
O
O
O
O
HONEYWELL
O
O
O
O
O
AD
O
O
O
O
O
VICON
O
O
O
O
O
GE
O
O
O
O
O
BOSCH
O
O
O
O
O
5. Klik op de cursor [
] op het schermbewegingspad om de beweging van het scherm te bedienen.
• Scherm bewegen: beweeg de cursor in de gewenste richting.
• De snelheid van schermbewegingen bedienen : Hoe verder de cursor is verwijderd van het midden, des
te sneller het over het scherm beweegt.
6. Bedien de zoombeweging.
• Inzoomen: beweeg de balk aan de rechterzijde van de gebruikersinterface omhoog of druk op de knop
[
].
Hoe verder de balk zich van het midden bevindt, hoe sneller het beeld wordt vergroot.
• uitzoomen: beweeg de balk aan de rechterzijde van de gebruikersinterface omlaag of druk op de knop
[
].
Hoe verder de balk zich van het midden bevindt, hoe sneller het beeld wordt verkleind.
7. Pas de scherpstelling aan.
• Handmatige focus (
/
) : Pas de scherpstelling van het scherm aan voor dichtbij of ver weg.
Pan-, tilt- en zoombewegingen kunnen uitsluitend gecontroleerd worden als de netwerkcamera is aangesloten aan een pan/
`
M
tilt-ontvanger met een juiste <Seriële setup>.
Preset toevoegen
1. Selecteer het presetnummer om toe te voegen.
2. Kies de naam voor de preset.
3. Druk op de [Toevoegen] knop.
Preset verwijderen
1. Selecteer het presetnummer om te verwijderen.
2. Druk op de [Verwijderen] knop.
Preset kiezen
1. Selecteer de preset van uw keuze.
2. Druk op de [Ga] knop.
Focus
Zoom
Focus
Voorinstelling
Voorinstelling
controle
Opmerkingen
bewegingssnelheid
controle
opslaan
beweging
snelheid
O
O
X
O
O
X
O
X
O
O
X
O
X
O
O
X
O
X
O
O
O
O
X
O
O
O
O
X
O
O
Digitale PTZ
Gebruik de instellingen op deze pagina om de cameraweergave te verplaatsen en digitaal te zoomen.
DPTZ-jog is uitvoer als er ten minste 1 profiel met het <Profiel Digitale PTZ>-optie ingeschakeld is tussen de profielen
`
J
opgeslagen in <Videoprofiel>.
1. Selecteer in het Instellingenmenu het <PTZ (
2. Klik op <Digitale PTZ>.
Preset toevoegen
1. Selecteer het presetnummer om toe te voegen.
2. Kies de naam voor de preset.
3. Druk op de [Toevoegen] knop.
Preset verwijderen
1. Selecteer het presetnummer om te verwijderen.
2. Druk op de [Verwijderen] knop.
Naar een gewenste vooraf instelling gaan
1. Selecteer de preset van uw keuze.
2. Druk op de [Ga] knop.
Groep instellen
U kunt met de groepeerfunctie verschillende presets
samenvoegen en nadien na elkaar laten uitvoeren.
Zes groepen kunnen elk in totaal 128 vooraf instellingen opslaan.
1. Selecteer een modus voor het instellen van een groep.
2. Druk op de [Toevoegen] knop.
Ingevoerd in de onderste lijst.
3. Als u een toegevoegde vooraf instelling wilt verwijderen, moet u het selecteren en drukken op de knop
[Wissen].
4. Druk op de [Starten] knop.
De groep van handelingen wordt uitgevoerd.
5. Druk op de [Stoppen] knop.
De groep die uitgevoerd wordt, stopt.
6. Druk op de [Verwijderen] knop.
De gegevens van de groep worden gewist.
)> tabblad.
Nederlands _33