Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Nibe VVM S320 Handleiding Voor Installateur pagina 25

Binnen
Verberg thumbnails Zie ook voor VVM S320:
Inhoudsopgave

Advertenties

Sensoren
Buitenvoeler
De buitensensor (BT1) wordt op een beschaduwde
plaats aan de noord- of noordwestzijde geplaatst, zodat
de werking ervan niet kan worden verstoord door bijv.
de ochtendzon.
De buitensensor is aangesloten op klemmenstrook AA2-
X28:14 en op een willekeurige ingang op klemmenstrook
AA2-X29.
Indien er een mantelbuis wordt gebruikt, moet deze
worden afgesloten om condens in de behuizing van de
sensor te voorkomen.
BT1
AA2-X28
9
10
11
12
13
14
AA2-X29
GND
Temperatuursensor, verbinding externe
doorstroming
Sluit de temperatuursensor, externe aanvoerleiding
(BT25) aan op klemmenstrook AA2-X28:12 en op een
willekeurige ingang op klemmenstrook AA2-X29.
BT25
AA2-X28
9
10
11
12
AA2-X29
GND
Ruimtevoeler
VVM S320 wordt geleverd met een ruimtesensor (BT50),
die het mogelijk maakt om de kamertemperatuur te to-
nen en regelen op het display van de VVM S320.
Monteer de ruimtesensor in een neutrale positie waar
een insteltemperatuur is vereist. Een geschikte locatie
zou bijvoorbeeld kunnen zijn een vrije binnenwand in
een hal, ca. 1,5 m boven de vloer. Het is belangrijk dat
de ruimtesensor tijdens het meten van de juiste kamer-
temperatuur niet wordt gehinderd, bijvoorbeeld doordat
deze in een nis, tussen planken, achter een gordijn, bo-
ven of nabij een warmtebron, in een tochtstroom van
een buitendeur of in direct zonlicht wordt geplaatst. Ook
dichtgedraaide radiatorthermostaten kunnen problemen
veroorzaken.
VVM S320 werkt zonder ruimtesensor, maar indien u
de binnentemperatuur van de woning wilt aflezen van
het display op de VVM S320, moet de ruimtesensor
worden geïnstalleerd. De ruimtesensor is aangesloten
op klemmenstrook X28:13 en op een willekeurige ingang
op klemmenstrook AA2-X29.
NIBE VVM S320
Indien er een ruimtesensor wordt gebruikt om de kamer-
temperatuur in °C te wijzigen en/of om de kamertempe-
ratuur te finetunen, moet de sensor worden geactiveerd
in menu 1.3 "Instellingen ruimtesensor".
Als er een ruimtesensor wordt gebruikt in een kamer
met vloerverwarming, dient deze uitsluitend een weer-
gavefunctie te hebben en geen functie ter controle van
de kamertemperatuur.
BT50
AA2-X28
10
11
12
13
AA2-X29
GND
LET OP!
Wijzigingen van temperatuur in de woning ne-
men tijd in beslag. Korte perioden in combinatie
met vloerverwarming leveren bijvoorbeeld geen
merkbaar verschil op in de kamertemperatuur.
Externe energiemeter
Er zijn een of twee energiemeters (BE6, BE7) aangeslo-
ten op AA2-X28:1-2 of AA2-X30:7-8.
VVM S320
AA2-X30
5
6
7
8
9
AA2-X28
1
2
3
4
5
Activeer de energiemeter(s) in menu 7.2 en stel vervol-
gens de gewenste waarde (energie per puls) in menu
7.2.19 in.
Laadmonitor
Geïntegreerde vermogensregeling
VVM S320 is voorzien van een eenvoudige vorm van
een geïntegreerde vermogensregeling, die de vermogen-
trappen voor de elektrische bijverwarming beperkt door
te berekenen of toekomstige vermogentrappen kunnen
worden aangesloten op de relevante fase zonder dat de
gespecificeerde hoofdzekering wordt overschreden. In-
dien de stroom de gespecificeerde hoofdzekering mocht
overschrijden, is de vermogenstrap niet toegestaan. De
grootte van de hoofdzekering van het gebouw is gespe-
cificeerd in menu 7.1.9.
Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluitingen
Extern
+5V
BE6
+5V
BE7
25

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave