Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Venkon
1.48
KaControl voor Venkon
Installatie- en bedieningshandleiding
Deze handleiding voor toekomstig gebruik zorgvuldig opslaan!
I393/08/10/1 NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Kampmann KaControl

  • Pagina 1 Venkon 1.48 KaControl voor Venkon Installatie- en bedieningshandleiding Deze handleiding voor toekomstig gebruik zorgvuldig opslaan! I393/08/10/1 NL...
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Verklaring symbolen: 1. Doelmatig gebruik .................5 2. Belangrijke informatie / veiligheidsinstructies ......6 3. Bediening KaController ..............7 Attentie! Gevaar! 3.1 Functietoetsen, afleeselementen ..........8 3.2 Bediening ..................10 Het niet naleven van 3.2.1 Regeling in- en uitschakelen..........11...
  • Pagina 4 1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3 Parameterinstellingen ............37 10.3.1 Indicatie op het display gewenste temperatuurwaarde/ kamertemperatuur ............37 10.3.2 Instelling van de gewenste temperatuurwaarde absoluut of ± 3K ................37 10.3.3 Functie ON/OFF, eco/dag ..........38 10.3.4 Gewenste temperatuurwaarde tijdens ecomodus ..39 10.3.5 Omschakeling verwarmen/koelen via aanlegsensor...
  • Pagina 5: Doelmatig Gebruik

    KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 1. Doelmatig gebruik Kampmann KaController en Venkon zijn volgens de stand van de techniek en erkende veiligheidstechnische regels gebouwd. Toch kunnen er tijdens het gebruik risico's voor personen of schade aan het apparaat of aan andere goederen ontstaan, wanneer het apparaat niet deskundig gemonteerd en in gebruik wordt genomen of niet volgens de voorschriften wordt gebruikt.
  • Pagina 6: Belangrijke Informatie / Veiligheidsinstructies

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 2. Belangrijke informatie / veiligheidsinstructies Installatie, montage onderhoudswerkzaamheden elektrische apparaten mogen uitsluitend door een gediplomeerd elektricien in de zin van de VDE worden uitgevoerd. De aansluiting dient volgens de geldige VDE-bepalingen en de richtlijnen van de elektriciteitsproducent te worden uitgevoerd.
  • Pagina 7: Bediening Kacontroller

    3. Bediening KaController De KaController regelt het brede productscala van de Kampmann systemen. De KaController is voorzien van de meest actuele technologie en de gebruiker kan hiermee de airconditioning van gebouwen aanpassen aan de individuele behoeften.
  • Pagina 8: Functietoetsen, Afleeselementen

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING KaController met functietoetsen, 3.1 Functietoetsen, afleeselementen type 3210004 1. Display met LED-achtergrondverlichting 2. ON/OFF-toets (afhankelijk van instelling) - AAN / UIT (fabrieksinstelling) - ecomodus / dagmodus 3. TIMER-toets - tijd instellen - tijdschakelprogramma’s instellen 4.
  • Pagina 9 Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Symbolen LCD-display Indicatie gewenste waarde kamertemperatuur Actuele tijd Tijdschakelprogramma actief Weekdag Alarm Gekozen functie is geblokkeerd Ecomodus Instelling gewenste waarde actief Instelling ventilatoraansturing auto-1-2-3 Modus ventileren Modus koelen Modus verwarmen Modus automatische omschakeling...
  • Pagina 10: Bediening

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 3.2 Bediening De KaController wordt via de navigator en de functietoetsen bediend. De functies, die via de navigator kunnen worden opgeroepen en ingesteld, zijn in beide uitvoeringsvarianten (met functietoetsen aan de zijkant, zonder functietoetsen aan de zijkant) identiek,...
  • Pagina 11: Regeling In- En Uitschakelen

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 3.2.1 Regeling in- en uitschakelen Na het inschakelen van de regeling wordt op het display het standaardaanzicht met de actuele gewenste waarde voor de kamertemperatuur en de ingestelde ventilatorstand aangegeven. Na de eerste inbedrijfstelling van de KaController wordt de tijd niet aangegeven op het standaardaanzicht (zie keuzemenu „Tijdinstelling“).
  • Pagina 12: Temperatuurinstelling

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 3.2.2 Temperatuurinstelling gewenste temperatuurwaarde wordt vanuit standaardaanzicht ingevoerd. Om het standaardaanzicht op te roepen drukt u op de ESC-toets of bedient u de KaController niet gedurende 3 seconden. Gewenste temperatuurwaarde instellen: Door in het standaardaanzicht aan de navigator te draaien kunt u een nieuwe gewenste temperatuurwaarde instellen.
  • Pagina 13: Ventilatorinstelling

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 3.2.3 Ventilatorinstelling Om het keuzemenu „Ventilatorinstelling“ op te roepen drukt u op de VENTILATOR-toets (snelle toegang) of gebruikt u de navigator. Oproepen van het menu „Ventilatorinstelling“ door middel van navigator: In de automatische modus wordt de kamertemperatuur geregeld door een automatische aanpassing van het ventilatortoerental.
  • Pagina 14: Tijdinstelling

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 3.2.4 Tijdinstelling Om het keuzemenu „Tijdinstelling“ op te roepen drukt u 1 x op de TIMER-toets (snelle toegang) of gebruikt u de navigator. Oproepen van het menu „Tijdinstelling“ door middel van navigator:...
  • Pagina 15: Tijdschakelprogramma's (Tsp)

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 3.2.5 Tijdschakelprogramma’s (TSP) KaController kunnen geprogrammeerde uitschakeltijden via een tijdschakelprogramma (TSP) worden uitgevoerd, als ruimten slechts op bepaalde tijden overdag moeten worden geklimatiseerd. tegenstelling conventionele thermostaatregelaars kunt u met de KaController niet slechts één in- en uitschakeltijd kiezen, maar twee in- en uitschakeltijden per dag instellen.
  • Pagina 16 1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Om het keuzemenu „Tijdschakelprogramma‘s“ op te roepen drukt u de TIMER-toets 2 x in (snelle toegang) of gebruikt u de navigator. Oproepen van het menu „Tijdschakelprogramma’s“ door middel van navigator: Actie 1: Door aan de navigator te draaien kiest u een weekdag waarvoor u een in- of uitschakeltijd wilt programmeren.
  • Pagina 17 Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Actie 4: Door aan de navigator te draaien stelt u de gewenste uitschakeltijd in. instellen minuten wordt ingestelde uitschakeltijd overgenomen en wordt het TSP-startscherm opge- roepen ( Actie 1). Invoerscherm uitschakeltijd Om ingevoerde in- en uitschakeltijden te wissen moet de betreffende weekdag en het bijbehorende TSP-nr.
  • Pagina 18: Modi (Mode-Toets)

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 3.2.6 Modi (mode-toets) Om het keuzemenu „Modi“ op te roepen drukt u op de MODE-toets (snelle toegang) of gebruikt u de navigator. Oproepen van het menu „Modi“ door middel van navigator: De modus kan afhankelijk van de parameterinstelling worden ingesteld via de navigator.
  • Pagina 19: Alarmmeldingen

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 4. Alarmmeldingen De KaController geeft functiestoringen aan door de in de volgende tabellen aangegeven alarmmeldingen. De alarmmeldingen worden op prioriteit op het display aangegeven. In geval van alarm noteert u de alarmmelding en neemt u voor een snelle opheffing van de...
  • Pagina 20: Motorveiligheid, Condensaatalarm

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 5. Motorveiligheid, condensaatalarm 5.1 Motorveiligheid Een motorstoring van een Venkon wordt op de KaController aangegeven via de invoeging „A07“. De Venkon met de motorstoring wordt automatisch uitgeschakeld. Nadat een motorstoring opgetreden is, controleert u of een ventilatorwals geblokkeerd is. Om de storing op te heffen schakelt u de Venkon vrij van spanning en verwijdert u de storingsbron.
  • Pagina 21: Leidingaanleg

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 6. Leidingaanleg 6.1 Algemene instructies • Alle laagspanningsleidingen dienen langs de kortste weg te worden aangelegd. • Er dient, door metalen afscheidingsbruggen kabelplatforms, worden gewaarborgd laagspannings- en sterkstroomkabel qua ruimte gescheiden zijn.
  • Pagina 22: Regelingen Met Één Cyclus T/M 6 Apparaten

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 6.2 Regelingen met één cyclus t/m 6 apparaten Regeling met één cyclus t/m 6 apparaten met KaController voor muurmontage Geleideapparaat: Regelingsvariant -C1 Volgapparaat: Regelingsvariant -C1 Regeling met één cyclus t/m 6 apparaten met KaController ingebouwd in het...
  • Pagina 23: Regelingen Met Één Cyclus T/M 30 Apparaten

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 6.3 Regelingen met één cyclus t/m 30 apparaten Regeling met één cyclus t/m 30 apparaten met KaController ingebouwd in de Venkon Geleideapparaat: Regelingsvariant -C2 Volgapparaat: Regelingsvariant -C1 + aanzuigtemperatuursensor Regeling met één cyclus t/m 30 apparaten met KaController ingebouwd in de...
  • Pagina 24: Afsluitweerstanden In Een Can-Bus-Systeem

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 6.3.1 Afsluitweerstanden in een CAN-bus-systeem • De busleidingen tussen de CAN-bus-kaarten moeten lijnvormig worden uitgevoerd. • Voordat de afsluitweerstanden worden geplaatst, moet de Venkon spanningvrij worden geschakeld. • Er moet op de eerste en laatste CAN-bus-kaart in een buslijn een afsluitweerstand worden aangesloten tussen de klemmen „+“...
  • Pagina 25: Regelingen Met Verschillende Cycli T/M 10 Regelcycli

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 6.4 Regelingen met verschillende cycli t/m 10 regelcycli Venkon met zonemanager regeling met verschillende cycli, maximaal 10 regelcycli Maximaal toegestane leidinglengten Totale lengte busleidingen tussen de Venkon apparaten in een regeling met één cyclus max.
  • Pagina 26: Kacontroller

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 6.5 KaController • Voor de KaController is een inbouwdoos nodig. • Sluit de KaController aan op de dichtstbijzijnde Venkon conform schakelschema. De maximale buslengte tussen KaController en Venkon bedraagt 30 m. • Door het aansluiten van een KaController wordt de betreffende Venkon automatisch het geleideapparaat in de regelcyclus.
  • Pagina 27: Uitgangen Voor Bedrading Van Ext. Regelunits (Bv. Warmteverzoek, Storing, Enz.)

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 6.7 Uitgangen voor bedrading van ext. regelunits (bv. warmteverzoek, storing, enz.) • Alle KaControl-Venkon geleideapparaten beschikken over multifunctionele uitgangen die bij de inbedrijfstelling met verschillende functies kunnen worden bezet (warmteverzoek, koudeverzoek, storing, enz.) •...
  • Pagina 28: Montage, Elektriciteitsaansluiting Venkon, Kamerbedienings

    7. Montage, elektriciteitsaansluiting Venkon, kamerbedieningsapparaat, aanzuigtemperatuursensor 7.1 Ventilatorconvector • De aansluitpunten van de elektrische leidingen in de KaControl - Venkon bevinden zich in de elektrische schakelkast. • De elektrische schakelkast bevindt zich achter een zijpost en is altijd tegenover de klepmodules gemonteerd.
  • Pagina 29: Kacontroller

    KaController 7.3 Aanzuigtemperatuursensor DIP-schakelaar nr.1: ON DIP-schakelaar nr.2: OFF • Alle KaControl regelprintplaten beschikken over analoge ingangen voor het registreren van de aanzuigtemperatuur. • In de regelingsvariant -C2 is een aanzuigtemperatuursensor standaard ingebouwd. • Montage achteraf van een aanzuigtemperatuursensor in de regelingsvariant -C1 dient conform afbeeldingen te worden uitgevoerd.
  • Pagina 30: Adressering

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Adressering Regelingen met één cyclus 8.1.1 Maximaal 6 Venkon in één regelzone • Venkon in regelingen met één cyclus met maximaal 6 apparaten hoeven niet te worden geadresseerd. • De definitie geleideapparaat / volgapparaat komt tot stand door het aansluiten van de KaController.
  • Pagina 31: Regelingen Met Verschillende Cycli

    Regelingen met verschillende cycli 8.2.1 Maximaal 10 regelzones met maximaal 6 Venkon in een regelzone Adressering via parameterinstellingen nodig • KaControl-Venkon in regelingen met verschillende cycli moeten RS485 kaart geadresseerd worden, terwijl in één regelcyclus uitsluitend de geleideapparaten hoeven te worden geadresseerd.
  • Pagina 32: Parameterinstellingen Voor De Adressering Van De Geleideapparaten

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 8.2.2 Parameterinstellingen voor de adressering van de geleideapparaten Voor het instellen van de parameters dienen de volgende bedieningsstappen te worden uitgevoerd: 1. De Venkon moet worden uitgeschakeld door: • op de ON/OFF-toets te drukken •...
  • Pagina 33: Instelling Apparaatuitvoering Door Middel Van Dip-Schakelaars

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 9. Instelling apparaatuitvoering door middel van DIP- schakelaars De apparaatuitvoering van een Venkon (bv. 2-pijps of 4-pijps DIP-Schakelaar toepassing) wordt d.m.v. de DIP-schakelaars op de basisprintplaat ingesteld. Na het instellen van de DIP-schakelaars zijn alle vereiste basisfuncties van een apparaatuitvoering ingegeven en is de Venkon direct functioneel.
  • Pagina 34 1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING DIP-schakelaar nr. 2 In een 2-pijps systeem gebeurt de omschakeling verwarmen/koelen standaard door de bedrading van de digitale ingang DI2, waarbij de volgende modi afhankelijk van het externe contact uitgevoerd worden: → verwarmen Ext.
  • Pagina 35 Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING DIP-schakelaars fabrieksinstellingen 2-pijps systeem 2-pijps Functies DIP1 Aanlegtemperatuursensor niet aanwezig DIP-schakelaars 2-pijps systeem DIP2 Omschakeling H/K via digitale ingang DI2 regelingsvariant C1 DIP3 Blokkeren van bedieningsfuncties gedeactiveerd DIP4 2-pijps systeem DIP5 OFF moet dwingend worden ingesteld...
  • Pagina 36: Parameterinstellingen

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10. Parameterinstellingen 10.1 Algemeen Speciale systeemeisen kunnen via parameterinstellingen in het servicemenu worden geconfigureerd. Speciale systeemeisen kunnen zijn: • indicatie op het display: kamertemperatuur of gewenste tempe- ratuurwaarde • blokkeren van bedieningsfuncties •...
  • Pagina 37: Parameterinstellingen

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3. Parameterinstellingen 10.3.1 Indicatie op het display gewenste temperatuurwaarde/kamertemperatuur Door middel van het grote display met zeven segmenten kunnen verschillende waarden worden aangegeven. De waarde wordt via parameter P37 ingesteld. Parameter P37...
  • Pagina 38: Functie On/Off, Eco/Dag

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.3 Functie ON/OFF, Eco/Dag Parameter P38 De functie van de ON/OFF-toets en de tijdschakelprogramma’s wordt via parameter P38 gespecificeerd. Via de ON/OFF-toets en de tijdschakelprogramma’s kan het apparaat worden in- en uitgeschakeld of tussen eco- en dagmodus worden omgeschakeld.
  • Pagina 39: Gewenste Temperatuurwaarde Tijdens Ecomodus

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.4 Gewenste temperatuurwaarde tijdens ecomodus Parameter P18, P19 Via parameter P18 wordt de temperatuurstijging tijdens koelen gedurende de tijd van de ecomodus ingesteld. Via parameter P19 wordt de temperatuurdaling tijdens verwarmen gedurende de tijd van de ecomodus ingesteld.
  • Pagina 40: Instelling Modus Automatische Omschakeling Verwarmen/Koelen

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.5.2 Instelling modus automatische omschakeling verwarmen/koelen Parameter P38 Via parameter P38 wordt de modus automatisch vast ingesteld, omdat de modi verwarmen en koelen uitsluitend via de aanlegsensor worden gespecificeerd. Parameter P38 is ook voor de functie „ON/OFF en eco/dag” (zie paragraaf 10.3.3) in te stellen.
  • Pagina 41: Grenswaarde Koeling

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.5.4 Grenswaarde koeling Parameter P14 Via parameter P14 wordt de grenswaarde voor het inschakelen van de ventilatorstanden tijdens koeling ingesteld. Functie Standaard Min Eenheid Grenswaardetemperatuur voor het vrijgeven van de °C ventilatorstanden tijdens koeling...
  • Pagina 42: Spoelfunctie

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.6 Spoelfunctie kamertemperatuur correct registreren aanzuigsensor in de regelingsvariant C2 wordt gebruikt is het nodig om de ventilator na een gedefinieerde stilstandtijd in stand 1 in te schakelen. De functie Spoelen is altijd vrijgegeven, als DIP-schakelaar nr.
  • Pagina 43: Auto-Eco-Functie

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.7 Auto-eco-functie Via een aanlegsensor kunnen de ventilatorstanden afhankelijk van de watertemperatuur worden geblokkeerd. Door deze toepassing kan een centrale verlaging of verhoging van de watertemperaturen in het gebouw bij de betreffende Venkon worden geregistreerd en verwerkt.
  • Pagina 44: Indicatie Verwarmingssymbool / Koelsymbool

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.8 Indicatie verwarmingssymbool / koelsymbool Parameter P55 Via parameter P55 kan het display van het verwarmings- en koelsymbool in de automatische modus worden in- en uitgeschakeld. Functie Standaard Min Eenheid 0 = verwarmings- en koelsymbool zijn permanent...
  • Pagina 45: Functie Digitale Ingangen Di1, Di2, Di3, Di4 En Di545

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.10 Functie digitale ingangen DI1, DI2, DI3, DI4 en DI5 10.3.10.1 Digitale ingang DI1 De functie van de digitale ingang DI1 is gespecificeerd en kan niet via parameters worden gewijzigd. Ext. contact...
  • Pagina 46: Digitale Ingang Di4

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.10.4 Digitale ingang DI4 De functie van de digitale ingang DI4 is gespecificeerd en mag niet via parameters worden gewijzigd. Er is geen externe bedrading standaard voorzien. Voor de digitale ingang DI4 moet parameter P44 dwingend op P44 = 4 worden gezet.
  • Pagina 47: Digitale Uitgang Nr. 7

    8 = koudeverzoek of verwarmingsverzoek 10.3.11.3 Instellingen klepprintplaten voor 0..10 V stelaandrijvingen en 3-punts stelaandrijvingen De KaControl regelprintplaat biedt de mogelijkheid om verschillende klepprintplaten via een insteekverbinding op te nemen. Klepprintplaat standaard: Nr. 4: digitale uitgang 230 V klep verwarmen/koelen Nr.
  • Pagina 48 1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Parameterinstellingen klepprintplaat voor 0..10 V stelaandrijvingen Parameter P39-P42, P95, P108, P109, P114, P115 Via de volgende parameters worden de functies van de „klepprintplaat ter aansturing van 0..10 V stelaandrijvingen“ geconfigureerd. 0..10 V...
  • Pagina 49 Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Parameterinstellingen klepprintplaat voor 3-punts stelaandrijvingen Parameter P39−P42, P95, P97, P108, P109, P114, P115 Via de volgende parameters worden de functies van de „klepprintplaat ter aansturing van 3-punts stelaandrijvingen“ geconfigureerd. 3-punts Functie Min Max Eenheid aansturing 9 = uitgang nr.
  • Pagina 50: Instellingen Ventilator

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.12 Instellingen ventilator 10.3.12.1 Automatische modus van ventilator In de automatische modus van de ventilator worden de ventilatorstanden afhankelijk van de kamertemperatuurregeling in- en uitgeschakeld. Via parameter P07, P08 en P09 wordt de automatische ventilatormodus ingesteld.
  • Pagina 51: Continu Bedrijf Ventilator

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.12.3 Continu bedrijf ventilator Via parameter P29 kan het continu bedrijf van de ventilator worden geactiveerd. Tijdens continu bedrijf van de ventilator blijft de ventilator in de vooraf gekozen stand ingeschakeld, ook als de kamertemperatuur de gewenste waarde heeft bereikt (in de automatische ventilatormodus blijft stand 1 actief).
  • Pagina 52: Blokkeren Van Besturingsmogelijkheden Of Functies

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 10.3.14 Blokkeren van besturingsmogelijkheden of functies, parameter 38 Via parameter P38 kunnen afzonderlijke besturingsmogelijkheden of functies worden geblokkeerd. Parameter P38 moet o.a. worden ingesteld voor • de functie ON/OFF, eco/dag conform paragraaf 10.3.3 •...
  • Pagina 53: Programmeersleutel

    Venkon regelprintplaten worden gekopieerd. Om te kopiëren a.u.b. de volgende besturingsstappen uitvoeren: 1. De vooraf geprogrammeerde Venkon KaControl printplaat spanningvrij schakelen. Parameter uitlezen 2. De DIP-schakelaars van de programmeersleutel op leesmodus instellen (DIP1 =UIT, DIP20 =UIT). De DIP-schakelaars bevinden zich onder de afdekking! 3.
  • Pagina 54: Parameterlijst Regelprintplaat

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 11. Parameterlijst regelprintplaat De parameter kunnen in het servicemenu worden opgeroepen en conform de installatievereisten worden aangepast. Het oproepen van het servicemenu staat omschreven in paragraaf 10.2. Functie Standaard Min Max Eenheid Opmerking...
  • Pagina 55 Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Functie Standaard Min Max Eenheid Opmerking P031 Standaardwaarde moet dwingend worden ingesteld 255 °C P032 Spoelfunctie: maximale stilstandtijd van de ventilator 255 min Bladzijde 42 P033 Spoelfunctie: tijdsduur van de spoelfunctie 255 S...
  • Pagina 56 1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Functie Standaard Min Max Eenheid Opmerking P043 Digitale ingang DI3 Bladzijde 45 P044 Digitale ingang DI34 Bladzijde 46 P045 Digitale ingang DI5 Bladzijde 46 0 = zonder functie 1 = eco/dagmodus -- (contact open → dag) 6 = eco/dagmodus -- (contact open →...
  • Pagina 57 Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Functie Standaard Min Max Eenheid Opmerking P097 Looptijd 3-punts aandrijvingen voor 255 s Bladzijde 49 verwarmen/koelen P099 Standaardwaarde moet dwingend worden ingesteld 100 % P100 Antiblokkeerbescherming 3-punts stelaandrijvingen 255 uren Bladzijde 49...
  • Pagina 58: Functiecontrole Van De Aangesloten Modules

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 12. Functiecontrole van de aangesloten modules De KaController biedt de mogelijkheid de functie van de aangesloten externe apparaten onafhankelijk van de software/ applicatie te testen. De functie van afzonderlijke modules, bv. van de ventilator, kan via invoer op de KaController direct worden geactiveerd en getest.
  • Pagina 59 Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Stap In- en uitgang Display knippert Display knippert niet L01* Ingang B1 Sensor defect Sensor in orde L02* Ingang B2 Sensor defect Sensor in orde L03* Ingang B3 Sensor defect Sensor in orde...
  • Pagina 60: Parameters Kacontroller

    1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 13. Parameters KaController 13.1 Algemeen Via parameterinstellingen in de KaController kunnen speciale vereisten van de gebruiker worden geactiveerd en gedeactiveerd; via parameters kan bv. de op de KaController instelbare minimale en maximale gewenste temperatuurwaarde worden ingesteld.
  • Pagina 61: Parameterlijst Kacontroller

    Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING 13.3 Parameterlijst KaController Functie Standaard Min Max Eenheid Opmerking t001 Serieel adres 207 - t002 Baudrate 0 = baudrate 4800 1 = baudrate 9600 2 = baudrate 19200 t003 Werkwijze achtergrondverlichting 0 = langzaam invoegen, snel onderdrukken...
  • Pagina 62 1.48 Venkon KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Notitie...
  • Pagina 63 Venkon 1.48 KaControl voor Venkon INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING Notitie...

Inhoudsopgave