3.1.3
Volledige uitschakeling
De volledige uitschakeling van het inbraakalarmsysteem is alleen toegestaan voor gebruikers
(niveau 2 pinnen) en de installateur (niveau 3 pin-indien ingeschakeld door een niveau 2
gebruiker) mogen toestemming hebben op alle gebieden van de installatie.
Om het volledige inbraakalarmsysteem via het toetsenbord uit te schakelen:
1.
Herhaal punt 1 en 2 van de vorige paragraaf
2.
Selecteer "Uitgeschakeld".
Het bedieningspaneel geeft 1 pieptoon en schakelt het inbraakalarmsysteem uit.
3.1.4
Gedeeltelijke inschakeling
De gedeeltelijke inschakeling van het inbraakalarmsysteem is toegestaan voor alle gebruikers
(niveau 2 pinnen) en de installateur (niveau 3 pin-indien ingeschakeld door een niveau 2
gebruiker) zijn toegestaan op de zones waarvoor zij werden gemachtigd.
Om het inbraakalarmsysteem gedeeltelijk in te schakelen via het toetsenbord:
1.
Herhaal punt 1 en 2 van de vorige paragraaf
2.
Alleen gebieden die zijn ingeschakeld, worden weergegeven. Selecteer de zone die
ingeschakeld moet worden. Als er tijdens de programmering een naam aan de zone is
gegeven, verschijnt deze in plaats van de algemene naam Zone A, Zone B, enz.
3.
Selecteer met de pijltoetsen:
-
-
-
en bevestig de keuze met de ok-toets.
Het bedieningspaneel geeft 3 pieptonen en schakelt de inbraakalarmzones in.
Als er andere zones ingeschakeld moeten worden, herhaal dan de hele procedure voor elke in
te schakelen zone
3.1.5
Gedeeltelijke uitschakeling
De gedeeltelijke uitschakeling van het inbraakalarmsysteem is toegestaan voor alle
gebruikers (niveau 2 pinnen) en de installateur (niveau 3 pin-indien ingeschakeld door een
niveau 2 gebruiker) zijn toegestaan op de zones waarvoor zij werden gemachtigd.
Om het inbraakalarmsysteem gedeeltelijk via het toetsenbord uit te schakelen:
1.
Herhaal punt 1 en 2 van de vorige paragraaf
2.
Selecteer de zone die uitgeschakeld moet worden. Als er tijdens de programmering
een naam aan de zone is gegeven, verschijnt deze in plaats van de algemene naam
Zone A, Zone B, enz.
3.
Selecteer "uitgeschakeld"
Het bedieningspaneel geeft 1 pieptoon en de geselecteerde zones worden uitgeschakeld
3.2
In- en uitschakelen met de afstandsbediening
De afstandsbediening kan uit twee types bestaan:
-
Programmeerbare afstandsbediening, kan worden aangepast, er is dus geen
standaardknop die het hele systeem in- of uitschakelt.
-
Voorgeprogrammeerde afstandsbediening, waarvan de toetsen zijn toegewezen aan
specifieke functies
Raadpleeg de handleiding van elk van de afstandsbedieningen voor informatie over het in- en
uitschakelen van het systeem.
2 CS M60 07 31 D09 01
Extern om het systeem in te schakelen in de Extern-modus,
Intern om het systeem in te schakelen in de Intern-modus,
Vooralarm om het systeem in te schakelen in de Vooralarm-modus,
B US CH -/ABB -S ECUR E@HO M E
1 5/67