In de velpositie kunt u de kettingrem niet handmatig
inschakelen. De kettingrem kan in deze stand alleen
worden ingeschakeld door het traagheidsmechanisme.
Vergrendeling voedingsschakelaar
De vergrendeling van de activeringsschakelaar
voorkomt dat de activeringsschakelaar per ongeluk
wordt ingeschakeld. Als u de vergrendeling van de
activeringsschakelaar naar voren (A) en tegen de
handgreep (B) drukt, wordt de activeringsschakelaar (C)
losgelaten. Als u de handgreep loslaat, bewegen de
activeringsschakelaar en de vergrendeling weer terug
naar hun beginposities.
B
A
C
Kettingvanger
De kettingvanger vangt de zaagketting als deze breekt
of loskomt. Zorg dat de ketting onder de juiste spanning
staat om het risico hierop te verkleinen. Het risico wordt
ook kleiner als u de geleider en zaagketting op de
juiste manier onderhoudt. Zie
Onderhoud op pagina 65 voor instructies.
en
Rechterhandbescherming
De rechterhandbescherming beschermt uw hand
mocht de zaagketting breken of loskomen. Bovendien
voorkomt deze dat takken het gebruik van het product in
de weg staan.
2190 - 004 - 12.01.2024
Montage op pagina 52
Veiligheidsvoorschriften voor acculader
WAARSCHUWING:
volgende waarschuwingen voordat u het
product gaat gebruiken.
•
Risico van elektrische schok of kortsluiting wanneer
de veiligheidsinstructies niet worden opgevolgd.
•
Gebruik een goedgekeurde geaarde
wandcontactdoos die niet beschadigd is.
•
Gebruik geen andere acculader dan die bij uw
product is geleverd. Gebruik uitsluitend Husqvarna-
QC-laders wanneer u vervangende Husqvarna-BLi-
accu's oplaadt.
•
Probeer de acculader niet te demonteren.
•
Gebruik de acculader niet als deze beschadigd is of
niet correct werkt.
•
Til de acculader niet op aan de voedingskabel.
Trek aan de stekker om de acculader uit de
wandcontactdoos te halen. Trek niet aan de
voedingskabel.
•
Houd alle kabels en verlengsnoeren uit de buurt
van water, olie en scherpe kanten. Let op dat de
kabel niet bekneld raakt tussen deuren, hekken en
dergelijke.
•
Gebruik de acculader niet in de buurt van brandbare
materialen of materialen die corrosie kunnen
veroorzaken. Controleer of de acculader niet is
afgedekt. Haal de stekker van de acculader uit de
wandcontactdoos bij rookontwikkeling of brand.
•
De accu mag alleen binnenshuis worden opgeladen
op een plek met voldoende ventilatie en zonder
direct zonlicht. Laad de accu niet buiten op. Laad
de accu niet op in vochtige omstandigheden.
•
Gebruik de acculader alleen op plekken met een
temperatuur tussen 5 °C (41 °F) en 40 °C (104
°F). Gebruik de lader in een omgeving die goed
geventileerd, droog en stofvrij is.
•
Plaats geen voorwerpen in de koelspleten van de
acculader.
•
Verbind de contacten van de acculader niet met
metalen objecten, omdat dit kortsluiting in de
acculader kan veroorzaken.
•
Gebruik goedgekeurde wandcontactdozen die niet
beschadigd zijn.
Lees de
51