Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Keuze: Fabriekswaarden Inlezen Van 1 I/O Module; Keuze: Programmering Bewaren In Computer - alphatronics AlphaVision 96 Handleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor AlphaVision 96:
Inhoudsopgave

Advertenties

Keuze: fabriekswaarden inlezen van 1 I/O module

Bij deze optie wordt gevraagd van welke I/O (of input) module de fabriekswaarden ingelezen
moeten worden. Dit kan bijvoorbeeld noodzakelijk zijn wanneer een nieuwe module geplaatst
wordt bij een bestaand systeem.

Keuze: programmering bewaren in computer

Wanneer vanuit het keuze menu voor deze optie gekozen wordt, dan verschijnt op het beeld-
scherm van de PC:
Er is gekozen voor overzenden van de programmering van
de centrale naar de PC toe. Toets nu een bestandsnaam om
de programmering in op te slaan.
Een bestandsnaam mag bestaan uit maximaal 8 karakters
eventueel gevolgd door een punt en nog 3 karakters,
bijvoorbeeld TEST0001.PRG
Bestandsnaam:
Toets nu een bestandsnaam in, bijvoorbeeld TEST0001.BIN gevolgd door <ENTER>. De pro-
grammering van de centrale zal nu in blokken verzonden worden naar de PC en in de PC opge-
slagen worden als bestand (file). Wanneer dit gereed is, dan zal het keuze menu opnieuw
getoond worden. Het verdient aanbeveling om de file-naam op .BIN te laten eindigen. Wanneer
gebruik gemaakt wordt van het Alphamanager software-pakket, zal de opgeslagen file automa-
tisch teruggevonden worden, omdat Alphamanager zoekt op .BIN files.
Voor de duidelijkheid en een beter begrip van wat er nu werkelijk gebeurt volgt nu een uitleg
van het geheugen beheer van de AlphaVision centrale:
Wanneer de AlphaVision volledig spanningsloos is, dan is het RAM werkgeheugen van de cen-
trale zonder inhoud, omdat RAM chips geen gegevens kunnen bewaren zonder voedingsspan-
ning. Een E 2 PROM kan echter wel gegevens bewaren voor lange tijd (langer dan 100 jaar) maar
kan niet als werkgeheugen gebruikt worden. Daarom zullen, op het moment dat de AlphaVision
onder spanning gebracht wordt, alle gegevens vanuit het permanente geheugen gecopieerd
worden naar het werkgeheugen. Met de gegevens in het werkgeheugen kan de AlphaVision als
beveiligingscentrale functioneren. In de afbeelding is het copiëren van het permanente geheu-
gen naar het werkgeheugen met "1" aangeduid.
Wordt tijdens het opstarten van de centrale middels de PC een correcte installateurscode inge-
voerd, dan herkent de centrale dit en veronderstelt dat de programmering gewijzigd moet wor-
den. Om dit veilig te kunnen doen wordt er een apart deel van het RAM geheugen gereserveerd
als "kladblok geheugen" ten behoeve van het programmeren. Wanneer vanuit het keuze menu
voor optie 1 "programmeren van de centrale" gekozen wordt, dan worden de gegevens van het
kladblok geheugen getoond. Ook wanneer er wijzigingen aangebracht worden, dan worden
deze wijzigingen in het kladblok geheugen aangebracht.
1. Dit houdt tevens in dat, wanneer op het moment van wijzigen de voedingsspanning van de
AlphaVision verwijderd wordt en opnieuw aangebracht wordt, de ingebrachte wijzigingen niet
aanwezig zijn, immers: de wijzigingen stonden in het kladblok geheugen en zijn nog niet opge-
slagen in het permanente geheugen (E 2 PROM).
2. Wanneer alle gewenste wijzigingen aangebracht zijn tijdens het programmeren, dan moet
voor optie "einde, bewaar de gewijzigde gegevens" gekozen worden. Bij deze optie worden de
gegevens van het kladblok geheugen opgeslagen in het permanente geheugen. Daarom zal de
centrale zelf, na het uitvoeren van het opslaan van de gegevens, automatisch opnieuw opstar-
ten. Hierbij worden de doorgevoerde wijzigingen pas actief.
3. Bij de keuze opties "programmering bewaren in computer" en "programmering verzenden
van computer naar centrale" is het belangrijk om bovenstaande omschrijving goed te begrijpen.
32
Installateurshandleiding voor de AlphaVision 96 centrale

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave