Inhoudsopgave
Advertenties
Programmeren van gebruikers-codes (PIN-codes) via de PC
Wanneer de installateur beschikt over de hoofdgebruikerscode, dan kunnen de gebruikers-
codes ook geprogrammeerd worden met behulp van TERMPRIV. Dit gaat als volgt. Tussen de
opties op het installateursmenu bij het programmeren met behulp van TERMPRIV vindt U de
optie: " Programmeren van gebruikerscodes". Kies deze optie en het scherm toont:
Toets hoofdgebruikerscode (systeembeheerder) in (4-6 cijfers)
gevolgd door ENTER:
Toets nu de hoofdgebruikerscode (de 98 e code) in gevolgd door <ENTER>. Wanneer de juiste
code is ingetoetst verschijnt als scherm:
INSTALLATIE GEGEVENS: ALPHAVISION 96 vx.x — datum
NR. NAAM
CODE
NIV. SECTIE
001 AAAA
000000
0
002 AAAA
000000
0
003 AAAA
000000
0
004 AAAA
000000
0
005 AAAA
000000
0
006 AAAA
000000
0
007 AAAA
000000
0
008 AAAA
000000
0
009 AAAA
000000
0
010 AAAA
000000
0
011 AAAA
000000
0
012 AAAA
000000
0
013 AAAA
000000
0
014 AAAA
000000
0
015 AAAA
000000
0
016 AAAA
000000
0
017 AAAA
000000
0
018 AAAA
000000
0
019 AAAA
000000
0
020 AAAA
000000
0
Met dit invulscherm kunnen de gebruikerscodes 1 t/m 20 geprogrammeerd worden. De toetsen
">" en "<" worden gebruikt om respectievelijk een bladzijde vooruit of terug te bladeren. Met
de toets <END> wordt direct naar de laatste bladzijde geprongen en met de toets <HOME>
direct naar de eerste bladzijde. Om het programmeren van codes te verlaten dient, wanneer
het eerste scherm getoond wordt nogmaals op <HOME> gedrukt te worden, of wanneer het
laatste scherm getoond wordt nogmaals op <END> gedrukt te worden.
De NAAM die bij een code geprogrammeerd kan worden bestaat uit 4 letters. Hier kunnen bij-
voorbeeld de initialen of de naam van de gebruiker ingevuld worden. De NAAM mag bestaan
uit de letters A t/m Z en de cijfers 1 t/m 5 of een spatie. Wanneer kleine letters ingevuld worden,
dan worden deze na het opslaan automatisch omgezet naar hoofdletters. De ingevulde NAAM
is bedoeld als indicatie om aan te geven door wie de geprogrammeerde code gebruikt wordt.
Deze naam wordt in het historisch overzicht bij de gebeurtenissen weergegeven. Dit geldt niet,
wanneer het historisch overzicht op het bedieningspaneel opgevraagd wordt, maar alleen bij
weergave op de PC middels menu keuze: "weergeven historisch overzicht". De naam, die
gekoppeld is aan een gebruikerscode wordt niet naar de meldkamer verzonden. Bij inschake-
ling kan de meldkamer dus alleen zien dat bijvoorbeeld de 25 e gebruikerscode gebruikt is.
Met behulp van het up/download software pakket ALPHAMANAGER kan dit wel op afstand
opgevraagd worden.
Wanneer er 4- of 5- cijferige gebruikerscodes geprogrammeerd worden, dan moeten deze
codes vanaf het 1e cijfer geprogrammeerd worden en de niet gebruikte locaties als 0 gepro-
grammeerd worden. De 4-cijferige code 4444 wordt dan als 444400 geprogrammeerd en de
5-cijferige code 55555 wordt als 555550 geprogrammeerd.
De verkorte inschakelcode wordt, net als bij het invoeren met behulp van een bedieningspaneel,
geprogrammeerd als 2 cijfers gevolgd door 4 nullen en niveau 1. Om eenvoudig in te kunnen
schakelen met 99# kan dus als code 990000 geprogrammeerd worden met niveau 1.
ZMDWDVZ
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
xxxxxxxx
xxxxxxx
Installateurshandleiding voor de AlphaVision 96 centrale
27
Advertenties
Inhoudsopgave
