Katherm HK
Ka Control voor Katherm HK
INSTALLATIE- EN BEDIENINGSHANDLEIDING
11.3.7.3 Grenswaarde verwarming
Parameter P10, P11, P12
Via parameters P10, P11, P12 worden de grenswaarden voor het inschakelen van de
ventilatorstanden tijdens verwarmen ingesteld.
Functie
P10 Grenswaardetemperatuur voor het vrijgeven van
ventilatorstand 1 en 2 tijdens verwarming
P11 Grenswaardetemperatuur voor het vrijgeven van
ventilatorstand 3 en 4 tijdens verwarming
P12 Grenswaardetemperatuur voor het vrijgeven van
ventilatorstand 5 tijdens verwarming
De regeling bewaakt permanent de watertemperatuur en geeft de verwarming en de
ventilatorstanden uitsluitend vrij als de watertemperatuur de ingestelde grenswaarden heeft
overschreden. Als na uiterlijk 5 minuten de grenswaardetemperatuur conform P10 niet wordt
bereikt, wordt de klep gesloten en na 4 uur opnieuw 5 minuten lang (zie cyclisch openen en
sluiten van de klep) opengeschoven.
Als de verwarming op grond van de watertemperatuur niet kan worden ingeschakeld, knippert
het verwarmingssymbool op het display.
11.3.7.4 Grenswaarde koeling
Parameter P14
Via parameter P14 wordt de grenswaarde voor het inschakelen van de ventilatorstanden tijdens
koeling ingesteld.
Functie
P14 Grenswaardetemperatuur voor het vrijgeven van de
ventilatorstanden tijdens koeling
De regeling bewaakt permanent de watertemperatuur en geeft de koeling en de
ventilatorstanden uitsluitend vrij als de watertemperatuur beneden de ingestelde grenswaarde is
gekomen. Als men na uiterlijk 5 minuten niet beneden de grenswaardetemperatuur conform P14
komt, wordt de klep gesloten en na 4 uur opnieuw 5 minuten lang (zie cyclisch openen en sluiten
van de klep) opengeschoven.
Als de koeling op grond van de watertemperatuur niet kan worden ingeschakeld, knippert het
koelingssymbool op het display.
36
36
1.43
Standaard Min
Max
26
0
255
28
0
255
30
0
255
Standaard Min
Max
18
0
255
Eenheid
°C
°C
°C
Eenheid
°C