Problemen met beelden oplossen
e
Als u de raden van het geprojecteerde beeld hebt vervaagd met de
functie Randonscherpte, drukt u op de knop
afstandsbediening om het menu Flexibel beeld weer te geven. Druk
vervolgens op de knop
f
Als u projecteert vanaf een computer, gebruikt u een lagere resolutie of
selecteert u een resolutie die overeenkomt met de oorspronkelijke
resolutie van de projector.
g g Verwante koppelingen
• "Instellingen Beeldkwaliteit - Menu Beeld"
• "Het beeld scherpstellen met de scherpstelhendel"
• "Het projectievenster reinigen"
• "De randen van het beeld vervagen (flexibel beeld)"
Problemen met gedeeltelijke afbeeldingen oplossen
Als slechts een gedeeltelijk computerbeeld wordt weergegeven, probeer één
van de volgende stappen totdat het probleem is opgelost.
a
Als u de grootte van het geprojecteerde beeld hebt aangepast, drukt u
op de knop
op de afstandsbediening om het menu Flexibel
beeld weer te geven. Druk vervolgens op de knop
geprojecteerde beeld de juiste grootte heeft.
Als Hoogte-breedteverh. in het menu Beeld is ingesteld op Zoom,
b
wijzigt u dit naar Normaal.
c
Controleer of u de juiste projectiemodus hebt geselecteerd. U kunt dit
selecteren met de instelling Projectie in het menu Instellingen van de
projector.
d
Controleer de beeldscherminstellingen van uw computer om de
dubbele beeldschermweergave uit te schakelen en stel de resolutie in
op de
om de functie uit te schakelen.
pag.78
pag.41
pag.90
pag.67
tot het
binnen de limieten van de projector. (Raadpleeg de handleiding van uw
computer voor details.)
g g Verwante koppelingen
• "Instellingen projectorfuncties - Menu Instellingen"
• "De grootte of positie van het beeld wijzigen (flexibel beeld)"
Aanpassen van een afbeelding die ruis of statische
electriciteit bevat
Als het geprojecteerde beeld elektronische storing (ruis) of statische
electriciteit vertoont, probeer één van de volgende stappen totdat het
probleem is opgelost.
a
Controleer de kabels die uw videobron verbinden met de projector. Ze
moeten:
• Gescheiden zijn van de voedingskabel om interferentiestoring te
voorkomen
• Veilig aangesloten zijn op beide uiteinden
• Niet aangesloten zijn op een verlengsnoer
b
Pas de instelling Ruisvermindering aan in het menu Beeld van de
projector.
c
Als u de beeldvorm hebt aangepast met de bedieningselementen van de
projector, probeert u de instelling Scherpte in het menu Beeld van de
projector te verlagen om de beeldkwaliteit te verbeteren.
Beeld > Aangepaste instellingen > Scherpte
s
d
Zorg dat u de geschikte EDID-instelling hebt geselecteerd in het menu
Beeld van de projector in overeenstemming met de standaarden die
worden ondersteund door de videoapparatuur, beeldsignalen en
HDMI-kabels.
104
pag.84
pag.65