5 Installatie
!
OPMERKING
83322207 2/2021-11 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Grond/water-warmtepomp Geoblock® WGB ...
5 Installatie
5.1 Eisen aan het verwarmingswater
Het verwarmingswater moet aan de VDI-richtlijn 2035 of aan vergelijkbare lokale
voorschriften voldoen.
Schade aan het toestel door te lage of te hoge pH-waarde
Bij volledig ontzilt verwarmingswater mag de pH-waarde niet te hoog of te laag zijn.
Condensor en koelcircuit kunnen beschadigd worden.
Ervoor zorgen dat de pH-waarde van minstens 7,5 ... 9,0 bedraagt.
Evt. pH-waarde-stabilisatoren gebruiken.
Onbehandeld vul- en navulwater moet dezelfde kwaliteit hebben als drinkwater
(kleurloos, helder, zonder afzetting).
Het vul- en navulwater moet vooraf gefilterd zijn (maaswijdte max 5 µm).
Er mag geen zuurstof in het verwarmingswater ingebracht worden (max
0,02 mg/l).
Bij niet diffusiedichte installatiecomponenten moet het toestel door een systeem-
scheiding van de stookkring losgekoppeld worden.
Bij vertrektemperaturen van 55 °C kan steenvorming niet volledig vermeden
worden.
Richtwaarden voor het vul- en navulwater:
Som aardalkaliën
Totale hardheid
5.2 Hydraulische aansluiting
Verwarmingsinstallatie met minstens tweemaal de volledige inhoud van de
installatie spoelen.
Vreemde bestanddelen worden verwijderd.
Vertrek en terugloop aansluiten, daarbij
afsluitinrichtingen inbouwen;
slib- en luchtafscheider monteren.
Hydraulische kleinverdelerset monteren.
Expansievat aanbouwen.
28-136
max 2,0 mol/m³
max 11,2 °dH