Inhoudsopgave
Advertenties
Bediening en werking van de unit
Bediening voor chauffeur
Keuzetoets modus (MSK)
De unit wordt bediend met de keuzetoetsen.
Beschikbare modi kunnen koeling, ventilatie, verwarming en automatische modus zijn. De
automatische modus kan betekenen Opnieuw verwarmen of Koelen/Verwarmen.
Bediening van de unit
ClimaAIRE II - regelsysteem
De ClimaAIRE™ II - microprocessorcontroller regelt maximaal twee temperatuurzones en bewaakt de
werking van de unit. Zie het hoofdstuk ClimaAIRE II in deze handleiding voor meer informatie.
IntelligAIRE II -regelsysteem
Deze unit maakt gebruik van de IntelligAIRE II- microprocessorcontroller. Met de IntelligAIRE II-
interface kunt u eenvoudig alarmcodes downloaden voor het oplossen van problemen en eenvoudig
programma's voor nieuwe configuraties uploaden.
Deze interface heeft een volledig afgesloten regelpaneel voor maximale veiligheid en duurzaamheid
en is geschikt voor de regeling van drie temperatuurzones. Zie het hoofdstuk over de
microprocessorcontroller in deze handleiding voor meer informatie.
Sensor voor omgevingstemperatuur (ATS)
De ATS bewaakt de temperatuur van de buitenlucht en zendt een signaal naar de controller zodat de
compressor wordt beschermd in het geval van een lage omgevingstemperatuur.
Temperatuursensor retourlucht (RTS)
De RTS bevindt zich in het verdampergedeelte. Deze sensor bewaakt de temperatuur van de
retourlucht in de bus en zendt een signaal naar de controller die de temperatuur en
vochtigheidsgraad in het compartiment regelt.
Spiraaltemperatuur sensor (CTS)
De CTS bewaakt de temperatuur van de verdamperspiraal en verzendt een signaal naar de
controller. Als de temperatuur van de spiraal te veel daalt, wordt de compressor door de controller
stopgezet zodat de verdamperspiraal niet bevriest.
De compressor wordt door de controller gestart zodra temperatuur van de spiraal is gestegen en de
verdamperspiraal niet zal bevriezen.
VDL BERKHOF
27
23-12-2005
HEERENVEEN
Advertenties
Inhoudsopgave
