kwart draai tussen de koppeling en de
voorste pulleys.
• Plaats nu de V-snaar onder de vaste
geleider (item 8) op de hefarm.
• Til met de hand de vaste spanner op (item
7) om de V-snaar onder de span pulley te
leiden.
• Leid de riem over de poelies van het
achterdek en trek de riem uit in de richting
van de vooras.
• Klap het maaidek omhoog zodat de
riem op de schijf aan de voorzijde kan
worden gemonteerd. De riem heeft een
kwart draaiing tussen de schijven van het
achterdek en de schijf aan de voorzijde.
• Klap het dek naar beneden.
• Plaats alle snaar spanners en verstel de
snaar geleider kap aan de achterzijde van
het maaidek met 3mm (.125 inch) ruimte
tusesn de pulleys en kap.
• Verstel de twee snaar houders (item
6) op de motorkoppeling 3mm. (.125
inch) speling tussen koppeling schijf en
houders.
MAAIEN
WAARSCHUWING
Loop voordat u een terrein gaat
maaien over dat terrein heen en
raap alle stenen, takken en andere
rommel op. Ga voorzichtig te werk
als u een nieuw terrein gaat maaien.
Maai het gras de eerste keer altijd
in een hoge stand om objecten die
verscholen liggen in het gras eerst
zichtbaar te maken. Ga er nooit
vanuit dat er niets ligt, kijk altijd
eerst!
Zorg dat er geen mensen aanwezig
zijn op het te maai en terrein.
Weggeslingerde objecten kunnen
toeschouwers verwonden.
WAARSCHUWING
Plaats de maaier op het te maaien
terrein met de hoogte juist ingesteld
alvorens u begint te maaien. Zet de
motor op naar vol gas en trek de
PTO knop omhoog om de messen
in te schakelen.
O m e r n s t i g l e t s e l e n z e l f s
levensgevaar te voorkomen door
weggeslingerde objecten of door
contact met de messen mag u
NOOIT de maaier gebruiken zonder
de uitworpklep of de mulchklep
geïnstalleerd te hebben.
Houdt handen en voeten verwijdert
van de uitwerpopening.
Analyseer het te maaien terrein voor de beste
maaimethode voordat u begint te maaien.
Neem hoogte, type gras, en soort terrein
(glooiend, vlak, oneff en) in overweging.
Een goede rijsnelheid om te maaien hangt
af van de hoogte, het soort en de dichtheid
van het gras dat gemaaid moet worden. Een
normale rijsnelheid is 5 tot 10 kilometer per
uur. Een lange en dichte grasmat moet met
een lage snelheid gemaaid worden terwijl
een dunne en middellange grasmat met een
hogere rijsnelheid gemaaid kan worden.
Zorg dat de motor altijd vol gas draait als
u aan het maaien bent. Dit is noodzakelijk
om de messen op voldoende toeren te
laten draaien om een mooi maairesultaat te
krijgen.
Volg de lokale aanbevelingen voor een goede
maaihoogte in uw omgeving. Maai het gras
niet te kort om maar zo min mogelijk hoeven
te maaien. Dit zorgt ervoor dat het gras
moeilijker kan overleven tijdens droog en
heet weer en het zorgt dat er meer onkruid
in het gras groeit tijdens de lente.
Zorg met het maaien van een grasmat dat
het ongemaaide gras zich aan de linker zijde
van de machine bevind. Dit zorgt ervoor
dat de grassnippers verspreidt worden over
het gemaaide gedeelte. Als het gras wordt
uitgeworpen aan de ongemaaide kant kan dit
29
GEVAAR