ProSpray 3.20
11
ONDERHOUD
11.1
ALGEMEEN ONDERHOUD
Het onderhoud van het apparaat dient eenmaal per jaar door
de servicedienst van Wagner te worden uitgevoerd.
1. Hogedrukslangen, aansluitkabel en stekker controleren
op beschadigingen.
2. Controleer inlaat-, uitlaatventiel en filter op slijtage.
11.2
HOGEDRUKSLANG
Controleer de hogedrukslang visueel op eventuele
insnijdingen of uitbollingen, in het bijzonder bij de
koppelstukken. Wartelmoeren moeten probleemloos kunnen
worden gedraaid.
Bij oude hogedrukslangen stijgt het risico
op beschadigingen. Wagner raadt aan, de
hogedrukslang na 6 jaar te vervangen.
12
REPARATIES AAN HET APPARAAT
Apparaat uitschakelen OFF (UIT).
Voor alle reparaties – netstekker uit het
stopcontact verwijderen.
12.1
ONTLASTINGSVENTIEL
De klepbehuizing (4) mag niet worden hersteld.
Als deze versleten is, moet het altijd worden
vervangen door ee nieuwe.
Let op
6
1. Kerfstift (afb. 8, pos. 1) met een drevel van 2 mm uit het
ontlastingsventielknop (2) verwijderen.
2. Ontlastingsventielknop (2) en meenemer (3) verwijderen.
3. Complete ventielbehuizing (4) met een bahco losdraaien.
4. Controleren, dat de afdichting (5) goed aanligt en
vervolgens de nieuwe complete ventielbehuizing (4) op
de materiaaltransportpomp (6) draaien. Met een bahco
vastdraaien.
5
4
3
7
2
1
ONDERHOUD / REPARATIES AAN HET APPARAAT
5. Meenemer (3) uitlijnen met de boring op de
materiaaltransportpomp (6). Meenemer opschuiven en
met machinevet insmeren.
6. Boringen
in
de
ontlastingsventielknop (2) op elkaar uitlijnen.
7. Kerfstift (1) aanbrengen en de ontlastingsventielknop in
de stand PRIME/SPRAY zetten.
12.2
IN- EN UITLAATVENTIEL
1. Verwijder de schroef die de drukregelknop bevestigt
aan de onderkant van de drukregelknop.
de knop. De drie schroeven op de frontkap losdraaien,
frontkap verwijderen.
Beknellingsgevaar – niet met vingers of
gereedschap tussen de bewegende delen
komen.
2. Apparaat inschakelen ON (AAN) en zo uitschakelen OFF
(UIT), dat de zuiger in de onderste stand van de slag
staat.
3. Netstekker uit het stopcontact verwijderen.
4. Klembeugels van de aansluitbuis van de aanzuigslang
verwijderen, aanzuigslang verwijderen.
5. Retourslang losdraaien.
6. Apparaat 90° naar achteren kantelen zoadat de
materiaaltransportpomp beter bereikbaar is.
7. Verwijder de druksteelklem en schuif de behuizing van
de druksteel (7) uit de behuizing van de inlaatklep (1).
2
8
8. Inlaatventielbehuizing (afb. 10, pos. 1) uit de
materiaaltransportpomp draaien.
9. Onderste kogelgeleiding (6), onderste afdichting (5),
inlaatventielkogel (4), inlaatventielzitting (3) en O-ring
(8) demonteren.
10. Alle delen met geschikt reinigingsmiddel reinigen.
ventiel-as
(7)
en
in
Verwijder
6
5
4
3
1
7
de
57