Enveloppen in de papierlade plaatsen
Soorten enveloppen die u moet vermijden
Het gebruik van de volgende enveloppen dient te worden vermeden:
■
Enveloppen die beschadigd, gekreukt of geknikt zijn of een ongebruikelijke vorm hebben
■
Hoogglanzende enveloppen, of enveloppen met een speciale structuur
■
Enveloppen die met haken, klemmen of touwtjes worden gesloten
■
Enveloppen met een zelfklevende sluiting
■
Zakachtige enveloppen
■
Enveloppen die geen scherpe vouw hebben
■
Enveloppen met reliëf (met verhoogd opschrift)
■
Enveloppen die reeds door een laserprinter zijn bedrukt
■
Enveloppen die reeds aan de binnenzijde zijn bedrukt
■
Enveloppen die niet netjes gestapeld kunnen worden
■
Enveloppen van papier dat zwaarder is dan wat in de specificaties wordt aangegeven
■
Enveloppen van inferieure kwaliteit met randen die niet scherp zijn gevouwen of niet recht zijn
■
Vensterenveloppen of enveloppen met gaatjes, uitsnijdingen of geperforeerde enveloppen
ALS U EEN VAN DE HIERBOVEN GENOEMDE SOORTEN GEBRUIKT, KAN DIT DE PRINTER
BESCHADIGEN. DERGELIJKE SCHADE WORDT NIET DOOR DE GARANTIE OF DE
SERVICE-OVEREENKOMST GEDEKT.
■
Voordat u op enveloppen gaat afdrukken, dient u de stapel door te bladeren; dit om te
voorkomen dat ze vastlopen of scheef worden ingevoerd.
■
Plaats nooit verschillende soorten enveloppen tegelijk in de papierlade, omdat deze dan kunnen
vastlopen of scheef kunnen worden ingevoerd.
■
U mag enveloppen niet aan twee zijden bedrukken.
■
Voor het beste resultaat moet u in uw toepassing hetzelfde papierformaat selecteren als het
formaat papier dat in de papierlade zit.
2 - 15 GESCHIKTE PAPIERSOORTEN EN AFDRUKMETHODEN