VOORZICHTIG
Pompen kunnen onverwachts starten.
Voordat u onderhoud pleegt of reparaties uitvoert,
moet u de installatie uitschakelen of de stroomvoor-
ziening onderbreken.
De pomp mag nooit drooglopen of gaan slurpen:
het schoepenwiel en de pompbehuizing moeten
altijd tot de minimale dompeldiepte onder water
staan.
De pomp mag niet worden gebruikt als er men-
sen in het water zijn of als de persleiding niet is
aangesloten.
De pomp bouwt persdruk/overdruk op.
54 / 148
3
3.1
De installatie mag alleen voor het verpompen van huishou-
delijk, fecaliën bevattend afvalwater, dus niet voor brand-
bare c.q. explosieve vloeistoffen of oplosmiddelen worden
gebruikt.
De installatie is geschikt voor de lediging van vuilwater bene-
den terugstuwniveau en voor aard-/tuininbouw.
De installatie is niet geschikt voor inbouw in grondwater.
De pomp is alleen geschikt voor huishoudelijk afvalwater.
Lokale wetgeving moet in acht worden genomen. Vaak
schrijven deze regels onder andere een maximale tempera-
tuur voor afvalwater voor (bijv. 35 °C).
Iedere niet door een uitdrukkelijke en schriftelijke toestem-
ming van de fabrikant verrichte om- of aanbouw, gebruik van
niet-originele onderdelen en reparaties door niet door de
fabrikant geautoriseerde bedrijven of personen leiden tot het
verlies van de fabrieksgarantie.
Pompstation / Inbouw- en bedieningshandleiding
Introductie
Reglementair gebruik
WAARSCHUWING
Het is niet toegestaan de installatie in een omgeving
met explosiegevaar (ATEX) te gebruiken.
016-102_01