Inhoudsopgave
Advertenties
Als er geen snelheidssignaal meer wordt ontvangen en de training is gestopt of als de computer langer
dan een minuut niet wordt gebruikt, wordt de achtergrondverlichting uitgeschakeld. Als de computer
langer dan een minuut niet wordt gebruikt, schakelt hij automatisch uit. Daarbij worden alle waarden
gereset.
Start Display:
Als je het apparaat bedient, verschijnt op de display de scrollende tekst SET WEIGHT. Druk op de
toets WEIGHT (GEWICHT) om je gewicht in te voeren en voer vervolgens met de toetsen + en - je
lichaamsgewicht (in kg) in. De gewichtsinvoer dient voor het berekenen van het calorieverbruik tijdens
een work-out. Druk op ENTER als de invoer beëindigd is.
Nu kun je het soort training kiezen: Om met een van de voorgedefinieerde trainingsprogramma's te
beginnen, kies je een bijbehorend trainingsprofiel (PROGRAM PROFILES). Voor een handmatige training
druk je op de MANUAL-toets. Om onmiddellijk met de training te starten zonder trainingsprogramma,
druk je op de toets QUICK START.
3.4
Programma's
Met het draaiwiel kun je een van de volgende programmacategorieën selecteren:
+
Handmatig programma: 1
+
Verschillende profielen voor vooringestelde trainingsprogramma's: 4
+
Hartslaggestuurde programma's: 4
3.4.1
Handmatig programma
Na het drukken van de MANUAL-toets kom je in de handmatige modus. Een puntmatrix toont je eerst
het laagste snelheidsniveau (lowest level). Om een trainingsduur in te voeren, druk je op de ENTER-
toets. Op het beeldscherm verschijnt nu SET TIME; nu kun je de trainingsduur van 1-99 minuten instellen
met de toetsen + en -.
Zodra je in de handmatige modus op de START-toets drukt, begint je training onmiddellijk. De
tijdsaanduiding start op 0:00 en telt op. Tijdens de training word je geïnformeerd over de tijd (TIME), de
afgelegde afstand (DISTANCE), de snelheid in toeren per minuut (RPM) en de verbruikte calorieën (CAL).
Druk op de toets DISPLAY SHIFT om de gegevens m.b.t. de moeilijkheidsgraad (LEVEL), weerstand in
watt (WATT), het metabolische equivalent (METS) en je huidige hartslag (PULSE) te zien. Deze laatste
wordt echter maar getoond, als je een borstband voor telemetrische hartslagmeting draagt en de
ellipsentrainer een hartslagsignaal kan ontvangen. De moeilijkheidsgraad kan met behulp van de
toetsen + en - op elk ogenblik worden aangepast. Als de gewenste trainingsduur verstreken is, d.w.z.
de ingestelde trainingsduur is afgeteld naar 0:00, schakelt de computer automatisch over naar de STOP-
modus. Hier kun je gedurende korte tijd zowel je trainingswaarden als het verloop van de training
bekijken met behulp van de puntmatrix.
11
Advertenties
Inhoudsopgave
