7. Hulp bij storingen
Om machineschade of levensgevaarlijke letsels bij het oplossen van storingen aan de machine te vermijden,
moeten de volgende punten absoluut in acht worden genomen:
•
Los een storing alleen op, wanneer u ook over de vereiste kwalificatie daarvoor beschikt.
•
Beveilig de machine eerst tegen onvoorzien herinschakelen, door
de stroomtoevoer te onderbreken. (netstekker uittrekken)
•
Garandeer op ieder ogenblik de veiligheidsuitschakeling van de machine door een tweede persoon.
•
Beveilig het actiegebied van de bewegende machineonderdelen.
•
Lees ook het hoofdstuk "Algemene veiligheidsinstructies".
7.1. Mogelijke storingen en hun oplossing
Oorzaak
Aandrijfmotor start niet
Aandrijfmotor heeft geen vermogen
Slechte zaagresultaten
Aandrijfmotor remt niet (max.10 sec.)
Hout klemt aan de splijtwig
Beschermkap opent en sluit moeilijk
Trek de netstekker eruit, voordat de schakelaar wordt geopend.
Let op
Oorzaak / oplossing
•
Voedingskabel defect / controleren
•
Schakelaar defect / vervangen
•
Bimetalen zijn uitgeschakeld / laten afkoelen
•
Thermische sensoren hebben geen
doorgang / overbruggen of motor opnieuw
wikkelen
•
Voedingskabel controleren / 2-fasewerking
•
Zaagblad stomp / vervangen
•
Zaagblad niet vast / vastdraaien
•
Zaagblad stomp / vervangen
•
Zaagblad verbrand / vervangen
•
Rem controleren / bijstellen
•
Rem controleren / remvoering
•
Splijtwig kromgetrokken / vervangen
•
Motor is verschoven / uitlijnen
•
Zaagblad te dun / geschikt blad
•
Bewegende onderdelen controleren /
invetten of vervangen
vervangen
monteren
28