Afdrukken
•
Als u wilt afdrukken op een aangepast papierformaat, selecteert u in het dialoogvenster
Afdrukken de naam van het aangepaste papierformaat in de lijst met papierformaten. Klik op
de knop Eigenschappen en ga door naar stap 4.
•
Als u wilt afdrukken op het aangepaste papierformaat dat u in de eigenschappen van het
PostScript-stuurprogramma hebt gedefinieerd, klikt u vanuit het dialoogvenster Afdrukken op
de toets Eigenschappen. Selecteer op het tabblad Papier/Aflevering in de lijst met
papierformaten de optie Aangepast papierformaat. Laat de instellingen van het
dialoogvenster Instellingen aangepast formaat PostScript ongewijzigd of wijzig ze in het
papier waarop u gaat afdrukken. Klik op OK.
4.
Klik op het tabblad Papier/Aflevering en verricht de volgende handelingen:
a.
Selecteer in de lijst met papiersoorten de papiersoort.
b.
Selecteer in de lijst met papierladen de lade van waaruit u wilt afdrukken.
Selecteer eventuele andere gewenste opties en klik vervolgens op OK.
5.
6.
Klik in het dialoogvenster Afdrukken op OK (of op Afdrukken) om te beginnen met afdrukken.
Afdrukken op papier van aangepast formaat met het Windows
PCL-stuurprogramma
1.
Plaats het papier van aangepast formaat in de lade die u wilt gebruiken. Zie
pagina 65 voor meer informatie.
2.
Open in de toepassing van waaruit u afdrukt het dialoogvenster Afdrukken en selecteer het
WorkCentre 6505 PCL-stuurprogramma.
3.
Klik op de knop Eigenschappen.
Klik op het tabblad Papier/Aflevering en verricht de volgende handelingen:
4.
a.
Selecteer in de lijst met papierformaten de naam van het papier van aangepast formaat dat
u hebt gemaakt.
b.
Selecteer in de lijst met papiersoorten de papiersoort.
c.
Selecteer in de lijst met papierladen de lade van waaruit u wilt afdrukken.
5.
Selecteer eventuele andere gewenste opties en klik vervolgens op OK.
6.
Klik in het dialoogvenster Afdrukken op OK (of op Afdrukken) om te beginnen met afdrukken.
96
WorkCentre 6505 multifunctionele kleurenlaserprinter
Gebruikershandleiding
Papier plaatsen
op